Pjf jMgy jAsgS
Tabel 1. Uitslag verkiezingen 1933 en 1935
Bloemendaal en
Zandvoort
Politieke partijen
1933
1935
1933
1935
in blokken
Arbeiders
13,26
13,89
36,72
33,71
Katholieken
24,42
23,98
14,54
13,01
Protestanten
25,61
20,41
24,11
18,26
Liberalen
31,79
26,49
17,19
11,50
NBTM-Partij
0,11
0,08
Nationaal Herstel
3,38
1,93
Overigen
1,54
0,03
5,43
0,17
NSB
Totaal aantal kiezers
6638,00
15,20
6711,00
3886,00
23,35
4112,00
Pernambucolaan bij Mauricialaan.
Het schilderwerk aan deze kast zal na verwijdering van de
papieren ernstig beschadigd blijken te zijn. Opname mei
verklaring te geven voor dit opmerkelijke succes van de
NSB. In de jaren zestig onderzocht dr. G.A. Kooy het échec
van de volksbeweging, zoals de NSB beschouwd werd. Hij
richtte zijn aandacht met name op de plaats Winterswijk
waar de NSB ook een extreem hoge aanhang had (20,3%)
en probeerde daarvoor een verklaring te geven. Hij deed dat
eveneens voor enkele andere plaatsen.
Zandvoort en Bloemendaal zijn de enige twee aan elkaar
grenzende gemeenten waar de NSB een groot aantal stem
men kreeg. Kooy onderzocht de kiezers op de NSB in beide
plaatsen. Het hoge aantal stemmen gaf volgens hem uit
drukking aan de bijzondere lokale sociaal-economische
structuur. In beide gemeenten nam de goed gesitueerde
burgerij een, in vergelijking met het land als geheel, kwan
titatief sterke tot zeer sterke positie in. Het waren allebei
'deftige' gemeenten, waar onder de deftige burgerij de oud-
indisch-man, de officier en de hoge (ex) ambtenaar beken
de verschijningen vormden.
Volgens Kooy leefde er onder de plaatselijke deftigheid een
duidelijke Mussertsympathie die neigde naar salonnazisme
om drie redenen: in dit milieu leefde een krachtig nationa
listisch gevoel; men was geneigd tot anti-socialisme en
kwam daarmee 'automatisch' bij de NSB terecht; er heerste
een zeer krachtige neiging tot 'hiërarchiserend' denken over
de samenleving. Volgens Kooy waren er geen sterke plaatse
lijke leiders en sprak Mussert aan vanwege zijn 'gezag en
orde op basis van Godsvertrouwen, nationalisme en anti-
socialisme'.
Welstand
Passchier en Van der Wusten onderzochten in de jaren
zeventig het electorale succes van de NSB in 1935, in alle
1.069 gemeenten van ons land. Hun bevindingen kwamen
overeen met die van Kooy en versterken eerder het beeld
van zowel Bloemendaal als Zandvoort. Zij kwamen tot de
conclusie dat de NSB het sterkst doordrong in de meest ver
stedelijkte en meest welvarende gemeenten, waarbij de wel
stand van de bevolking invloed leek uit te oefenen. De NSB-
aanhang liep zelfs op in gemeenten naarmate de
werkloosheid er geringer was, vooral in gemeenten met
veel welgestelden. Zij verklaarden dit door een mogelijk res
sentiment van werkenden tegen werklozen. Zij kwamen ook
tot de conclusie dat de NSB makkelijker in gemeenten kon
penetreren waar het aantal liberale stemmers hoger was dan
gemiddeld, dus waar sprake was van minder verzuiling, en
waar al partijen als NBTMP en Nationaal Herstel aanhang
hadden, hetgeen eind jaren twintig en begin jaren dertig
voor beide gemeenten gold.
Lokaal
In feite deed zich het merkwaardige verschijnsel voor dat de
NSB zich aanvankelijk lokaal organiseerde, in Kringen,
Groepen en Blokken, maar niet meedeed met de verkiezin
gen voor de gemeenteraden. Wel werd meegedaan aan de
verkiezingen van de Provinciale Staten, maar dat had geen
of nauwelijks directe lokale gevolgen in de jaren dertig. De
NSB-Bloemendaal was lokaal niet zelfstandig georganiseerd
maar viel jarenlang onder de afdeling Haarlem.
Zowel Kooy als Passchier en Van der Wusten wijzen erop
dat de aanwezigheid van een sterke charismatische leider
veel invloed heeft gehad op de lokale aanhang van de NSB.
Aangezien we Bloemendaal onder Haarlem moeten rekenen
was er wel degelijk sprake van leiders die veel invloed heb
ben gehad en waarvan er een aantal niet in Haarlem woon-
6
Ons Bloemendaal, 19e jaargang, nummer 1, voorjaar 1995