IM a 11 e duinen
Nationaal Park De Kennemerduinen: 't Wed, juli 1995
'Er is geen gedeelte van onze Vaderlandse
grond dat minder bezocht, minder bekend is
dan onze Hollandsche Duinen; zij worden door
het gros der Natie beschouwd als eene woestijn
die enkel uit rauwe Zandbergen bestaat...' Dit
schreef in 1798 de Commissie van de
Superintendentie over het onderzoek der
Duinen in het voormalig Hollandsch gewest.
De commissie wilde een 'Groot Plan' uitvoeren, ze wilde
die barre woestijn gaan koloniseren en laten ontginnen.
De talloze armen uit de steden moesten, met een voor
schot van 1.000,- en een stukje duingrond ter bebou
wing, door eigen arbeid de kans krijgen op een beter
bestaan. Want behalve zand was er in de duinen ook veel
water te vinden. Er waren 'vlakten en valleyen' waarvan
sommige 's winters vol water stonden, één of twee voet
diep. Andere delen waren in ieder geval 'dras en moerag-
tig'. 'Kraantje Lek', 'Duinvliet' en 'Vaart en Duin' zijn
oude namen die duiden op de waterrijkdom van de dui
nen.
Ontginningen
Al eeuwen was er op bescheiden wijze landbouw gepleegd
in de duinen. Maar vretende en gravende konijnen en het
voortdurend stuivende zand hadden het nooit tot een
bloeiend bedrijf gemaakt. Met de val van het Ancien
Régime in 1795 waren de heerlijke rechten en daarmee
ook het exclusieve jachtrecht van de adel in de duinen
afgeschaft. Nu zouden in ieder geval alle konijnen kunnen
worden uitgeroeid. Met noeste vlijt en ijver moest het
mogelijk zijn in de duinen granen en aardappelen te telen
en veeteelt te bedrijven. Het 'Groote Plan' is nooit tot uit
voering gekomen. De konijnen uitroeien lukte zelfs door
de myxomatose in onze eeuw niet en het zand bleef stui
ven. De ontginningen kwamen niet verder dan enkele wei
nig geslaagde experimenten. De associatie 'Middenduin'
die zich de agrarische exploitatie van het duingebied ten
westen van Overveen ten doel stelde, is er een voorbeeld
van. Ook in de tegenwoordige Amsterdamse
Waterleidingduinen en het Naaldenveld werden de ontgin
ningen geen doorslaggevend succes. Alleen namen als de
Bokkendoorns en het Koevlak herinneren nog aan de agra
rische bedrijvigheid van tweehonderd jaar geleden.
Water
Al eeuwen werd het water dat aan de oostzijde van de
duinen helder opwelde beschouwd als een kostbaar goed,
te gebruiken voor verschillende doeleinden. Men kon er
bier mee brouwen - de Brouwerskolk in Overveen met de
20
Ons Bloemendaal, 19e jaargang, nummer 3, najaar 1995