Z WARTEWEG Boeicenrodeweg Rustieke hut (midden 19de eeuw) Zowel deze hut, als de hut bij de Grote Zwitserse brug zijn gebouwd in de geest van Van Laar's Magazijn van Tuin- Sieraaden (1802). Deze hut staat langs het pad op een van de duintoppen en bood behalve een prettig uitzicht ook een rustplaats tijdens de wandeling door de tuin. Chinoiserie De Glazen Koepel 1880) De Glazen Koepel is een mooi voorbeeld van de her nieuwde belangstelling voor de chinoiserie in het derde kwart van de 19de eeuw. Het gekleurde glas-in-lood is een duidelijke weerspiegeling van de Victoriaanse smaak. Toen men besloot de glazen koepel te restaureren, zat er geen glas meer in. Aan de hand van kleine stukjes glas die in het kozijn waren achter gebleven heeft men kunnen vaststellen dat er gekleurd glas in heeft gezeten en is er besloten dit weer opnieuw aan te brengen. Het achthoekig houten theekoepeltje heeft vroeger op 'het hoge eiland' gestaan. Dit was een gedeelte parkbos dat tot ca. 1950 tot Elswout behoorde, maar nu onder Elswouthoek valt. Na de restauratie in 1993 is het op Elswout geplaatst. 29. Glazen Koepel Elswout. 30. Theekoepel Zwarteweg. Theekoepel (18de eeuw) Aan de Zwarteweg in Aerdenhout staat deze koepel in Marot-stijl, die destijds tot het nu geheel gesloopte buiten Bosch en Hoven aan de Herenweg in Heemstede behoor de. In 1927 werd de koepel door de heer C.J. van Tienhoven overgebracht naar zijn buiten in Aerdenhout. Dit was een flink karwei dat 's nachts moest gebeuren. Het dak kon niet uit elkaar worden gehaald, en moest in zijn geheel vervoerd worden op een grote platte wagen, getrokken door paarden. In de koepel hebben vier 'Witjes' gezeten, maar deze zijn door een vorige eigenaar verkocht. Theekoepel Boekenrode (18de eeuw) De fraaie theekoepel, die aan het eind van een beukenlaan staat, stond er al toen Jan Nicolaas van Eys, bewindhebber van de Oost-Indische Compagnie, Boekenrode kocht in 1789. Hij liet het huis verfraaien en de tuin volgens de beschrijving van Numan veranderen 'van het oude, stijve en regelmaatige der laanen in kronkelende wandelwegen, die telkens, langs de heuvelachtige gronden, den wande laar ongemerkt, op aanzienelijke hoogten brengen, van waar men de schoonste veldgezichten ontdekt.' Indertijd 18 Ons Bloemendaal, 19e jaargang, nummer 4, winter 1995

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1995 | | pagina 17