Wegen
Het ontwikkelen van villaparken bleek een lucratieve bezig
heid te zijn. Zoals we weten bestond Aerdenhout voor het
grootste deel uit woeste, onontgonnen terreinen die dien
den voor de jacht of als natuurgebied. De waarde van de
terreinen was hierdoor altijd gering geweest, maar met de
ontwikkeling van het gebied steeg de waarde explosief. Veel
grondbezitters verkochten hun terreinen aan speculanten of
gingen ze zelf ontwikkelen. Een goed voorbeeld hiervan is
Mr. H. Enschedé. Door zijn huwelijk met Henriëtte van
Lennep was hij in het bezit gekomen van uitgestrekte gron
den van Groot en Klein Bentveld. Hij heeft zich vooral heel
verdienstelijk gemaakt met de aanleg en verharding van
wegen. Voordat de gemeente de zorg voor de wegen over
nam, was het verharden en de aanleg van wegen vooral een
zaak van particulier initiatief.
De eerste weg die hij onderhanden nam liep van het
Jachthuis naar de Zandvoorterweg. Hij liet deze al in 1872
met kolensintels verharden, die daarnaar nog altijd de
Zwarteweg heet. Mr. Enschedé vertelde: "Dat maken van
wegen heeft mij behalve eene aangenamen bezigheid ook
veel geldelijk voordeel in de schoot geworpen".
Woonbuurt
Al deze laat 19e en begin 20e eeuwse uitbreidingen waren
bestemd voor villabouw op middelgrote of grote kavels. In
Aerdenhout garandeerden de eigenaars door grondservituten
(bepalingen die als een verplichting op een perceel rusten)
of erfdienstbaarheden een zeer open bebouwing en belem
merden de opening van winkels en werkplaatsen.
Aerdenhout ontwikkelde zich voornamelijk tot woonbuurt.
Voor boodschappen moest men toen en ook nu nog naar
Heemstede, of Haarlem.
De prachtige omgeving en de villa's trokken veel renteniers,
en welvarende forensen. Begin deze eeuw vestigden ook
veel kunstenaars zich in Aerdenhout, zoals de schilders
Oscar Mendlik en Breitner, die zich overigens niets op zijn
gemak voelde temidden van het groen. Volgens Mendlik
vond hij het groen verdomd vervelend. Breitner was dan
ook weer snel vertrokken.
Het feit dat hier uitsluitend gebouwd is om te wonen en
niet om te werken moet zijn invloed hebben gehad op het
sociale leven in Aerdenhout. Dat was vooral in het begin
van deze eeuw nauwelijks ontwikkeld. Als men een nieuwe
bewoner wilde leren kennen ging men, volgens Oscar
Mendlik, op zondagmiddag bij hen op bezoek. Een vereni
gingsleven was er, in tegenstelling tot de andere dorpen,
niet. Zelfs een organisatie voor de viering van
Koninginnedag ontbrak. De eerste vereniging die werd
opgericht, was de Schoolvereniging Aerdenhout-Bentveld in
1922. Voor die tijd was er hier geen school.
In 1910 waren er twee politieagenten en een nachtwaker,
maar geen kerk. Er was wel een postkantoor, maar dat was
een bijkantoortje van Haarlem. Een paar jaar later vinden we
een enkele middenstander terug op de Schulpweg en de
Aerdenhoutslaan, zoals de aannemer Sluiter, de bloemist G.J.
van Dijk en een groente- en fruithandelaar. Heel bekend is
de garage Heining geweest.
Natuur en vertier
Ook in vroeger tijden zijn er in Aerdenhout nauwelijks eco
nomische activiteiten ontwikkeld. Het beperkte zich tot het
afgraven van duinzand dat gebruikt werd voor de stadsuit
breidingen van Amsterdam en Haarlem. En er was de
Blauwselmolen 'Duynzicht'. Ook nu zal men hier nog
steeds weinig economische activiteiten aantreffen. De garage
van Heining is gesloten en de aannemer Sluiter is weg.
Voor boodschappen moet men naar Heemstede of Haarlem.
In Aerdenhout kwam men al vanaf de middeleeuwen voor
de natuur en het vertier: de herbergen, de jacht en het
zomerse buitenleven.
Louise van Zetten
Bronnen:
A.M.G. Nierhoff, Bloemendaal lanen en wegen, (1963).
Jannes de Haan, Villaparken in Nederland, (1986).
C.W.D. Vrijland, Geschiedenis van Bloemendaal en Aerdenhout, (1975).
P. Hoekstra, Bloemendaal proeve ener streekgeschiedenis, (1947).
Adresboekjes van Help U Zelve.
Kaart Adriaen Ockerszoon, 1599, Gemeente Archief Bloemendaal.
j. Craandijk, De bezittingen van de N.V. Binnenlandsche
Exploitatiemaatschapij
De Zandvoortselaan omstreeks 1938; links de villa 'Bosch en Landzicht',
rechts het Claverblad, nu de Haringbuys.
10
Ons Bloemendaal, 21e jaargang. Lustrumnummer 1, voorjaar 1997