Dankbaar is gebruik gemaakt van:
Geschiedenis van Bloemendaal en AerdenhouE, Mr. C.W.D. Vrijland
(Schuyt en Co Haarlem).
NZH Railatlas, D. van der Spek (Schuyt en Co Haarlem).
Archief NZH bedrijfsmuseum (NZH Leidsevaart 396 Haarlem).
Noot
In de onlangs verschenen NZH-Railatlas 1881-1961 is de interlokale
tramlijn Amsterdam-Haarlem-Zandvoort die over Bloemendaals grondge
bied liep makkelijk op te zoeken. Tot in de jaren dertig waren er niet
minder dan vier Haarlemse stadslijnen die een Bloemendaalse eindbestem
ming hadden: Haarlem-Bloemendaal-dorp via de Kleverlaan, Haarlem-
Overveen via de Julianalaan, Haarlem-Overveen via de Zijlweg en
Haarlem-Bentveld als onderdeel van de interlokale lijn naar Zandvoort. Zo
staat de NZH-Railatlas boordevol informatie, kaarten en foto's uit lang
vervlogen tijden. De NZH-Railatlas verscheen bij Schuyt en Co, ISBN
90-6097-432-8, en kost f 85,-.
Boedapester-tramstel naar Amsterdam, te Aerdenhout. Voorjaar 1957.
Gevaren
In een artikel uit Eigen Haard, 1899: De 'eerste electri-
sche' door G.S. de Clercq, wordt uitgebreid ingegaan op
de (vermeende) gevaren van electrische tractie. De schrij
ver zegt hierover het volgende: 'De theorie bevestigt hier
wat de praktijk gelukkig dagelijks aantoont nl. dat er niet
het minste gevaar bestaat om over de rails te lopen. Slechts
dan zou er gevaar zijn wanneer er door het menschelijk
lichaam een verbinding tot stand kwam met de boven-
grondsche geleiding. Maar zulke reuzen bezit Haarlem (en
Aerdenhout) niet en wie op andere wijze contact maakt,
nl. door onder de wielen te vallen, is ook zonder den
electrischen stroom een verloren man'.
Elders in hetzelfde artikel wordt opgemerkt: 'en eindelijk
zouden er zonder de tram in den
Aerdenhout niet zulke aardige
witte villa's met roode daken tus-
schen de oude eiken verrezen
zijn. Het gemeentebestuur van
Haarlem, dat de jonge tram
onderneming steeds bereidwillig
tegemoet trad en daarover in den
tijd der voorbereiding nogal wat
heeft moeten hooren, heeft in
deze zaak blijk gegeven van het
bezit vandien ruimer blik, dien
men zoo gaarne als een onaf
scheidelijke eigenschap aan onze
overheidspersonen verbonden zou
zien'.
Amsterdam. Grote aantallen mensen werden veelal in 3-
wagentreinen vervoerd. De frequentie was gezien de
belangstelling heel hoog: door de week werd een groot
deel van de dag om de tien minuten gereden.
Op 31 augustus 1957 werd de tram door Aerdenhout
opgeheven: met een requiem in de Tempeliersstraat in
Haarlem werd een tramverbinding die geschiedenis schreef
beëindigd. Er worden nu bussen ingezet, die jaloers zijn
op het congestievrije tracé dat de tram kende...
Niek van Trigt
Heel lang was de Blauwe Tram dé
verbinding tussen Aerdenhout en Een tram met een grote gesloten bijwagen aan de halte Aerdenhout met het speciale wachthuisje.
14
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 1, voorjaar 1997