ontwerp altijd de grote lijnen van de tuin aan. De firma
Empelen en Van Dijk heeft in die tijd ook veel zelf ont
worpen, aangelegd en onderhouden.
Functionalisme
In de jaren dertig begon een streven naar vereenvoudiging
van de Architectonische Tuinstijl, het Functionalisme ont
stond. Deze ontwikkeling is vooral in het werk van Bleeker
te herkennen. G. Bleeker (1882-1956) was een oomzegger
van Springer en van 1906 tot 1924 in dienst van hem.
Daarna werd hij zelfstandig tuinarchitect. In 1927 verhuis
de hij van Aerdenhout naar Santpoort. Het grootste deel
van zijn ontwerpen maakte hij voor villa's in de omgeving
van zijn woonplaats. Hij werkte in verschillende stijlen. Bij
reorganisaties koos hij voor de stijl uit de tijd van het
huis. Voor tuinen in de duinen werkte hij in een eigen
stijl vanwege de hoogteverschillen. In Aerdenhout moet
hij zeer gezocht zijn geweest. Tussen 1919 en 1953 werk
te hij voor de opdrachtgevers v.d. Masch Spakler, Moltzer,
Rens Oudes, Bloch, Blankevoort, Groes, Schmidt, van
Spengler, Hartjens, Cohen, Posthumus Meyjes, Kok en
Munnix.
Ook Mien Ruys was een vertegenwoordigster van het
Functionalisme. Zij zocht een contrast tussen een rechtlij
nige aanleg en een uitbundige begroeiing. Voor de oorlog
was het onderhoud, zeker van grote tuinen, meestal het
werk van de tuinman, vaak in eigen dienst. Velen hadden
een vaste tuinman voor bijvoorbeeld een dag per week via
Empelen en Van Dijk het hele jaar door. In de winter
werkte die tuinman ook wel in huis.
Crisistijd
Van een mevrouw met een hele mooie tuin, ontworpen
door Bleeker, aan de Juliana van Stolberglaan, was het
bekend dat zij de paarden en wagens van de leveranciers
De Bereklauw, ongeveer 1965, ontwerp van Mien Ruys.
opwachtte om gauw de paardenvijgen te kunnen opschep
pen. Die onderhield haar tuin dus zelf. Gedurende de cri
sistijd en de oorlog werden veel tuinen verwaarloosd.
Tegen het einde van de oorlog werden veel groentetuinen
aangelegd en vruchtbomen geplant, ook door hoveniersbe
drijven. Toen er gebrek aan brandstof kwam, werd
Aerdenhout een stuk kaler. Dat er af en toe een boompje
gepikt werd, daar konden de meeste tuinbezitters wel
begrip voor opbrengen. Minder prettig vonden de eigena
ren van 'De Wildernis' het roven van een heel dennenbos
je in één nacht, temeer omdat zij onder één bepaalde dik
ke boom kostbaarheden hadden begraven. Die hebben zij
dan ook nooit kunnen terugvinden.
Na de oorlog ruimde Empelen en Van Dijk veel groente
tuinen op en maakte er weer siertuinen van. Tuinbezitters
werden steeds meer doe-het-zelvers. Weinigen konden
zich een professioneel ontwerp veroorloven, laat staan een
tuinman.
Publieke opdrachten
De meest invloedrijke tuinarchitect werd Mien Ruys. In de
tijd van de wederopbouw kreeg zij veel publieke opdrach
ten. Ze maakte ook ontwerpen voor privé-tuinen, bijvoor
beeld in 1960 voor De Bereklauw (Boekenroodeweg) in
opdracht van de familie Schröfer, in 1965 voor een biel-
zentuin voor mevrouw Bienfait-Biemond aan de
Zandvoorterweg (huis en tuin afgebroken) en voor
mevrouw Heijn aan de Nachtegalenlaan.
Maar ook minder draagkrachtigen konden bij haar terecht.
Ze bracht bezoeken om adviezen te geven. De tuin van 'De
Vrijheid' in de Tollenslaan werd door de familie Van Leer
aangelegd op basis van zo'n bezoek. Ze ontwierp stan-
daardborders op kleur en ligging, die bij kwekerij
Moerheim besteld konden worden. Zoon Joop Bienfait
stelde zich tevreden met zo'n border bij zijn nieuwbouw
huis. De voorlichting door middel van haar boeken en het
tijdschrift 'Onze Eigen Tuin' zijn van grote betekenis.
Andere ontwerpers, die na de oorlog in Aerdenhout actief
waren, zijn:
- H. Roeters van Lennep. Opdrachtgevers waren: H.
Cohen-Chicou, H.J. van Leeuwen, P. van Eek, mevrouw
Chicou, E. Blijdenstein, Jhr. J.Th. van Sprengler, G. Heijn,
W. Naessens-Loyen.
- L. v.d. Putten ontwierp in 1952 de tuin van
'Haarloheim' aan de Vondellaan in opdracht van de heer
en mevrouw Dekker, die met hem in contact kwamen
doordat zij regelmatig eerst in De Beukenhof gingen eten
en erna de Keukenhof bezochten. De opdrachtgevers voer-
32
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 1, voorjaar 1997