Van de redactie
In dit tweede lustrumnummer van de Stichting Ons Bloemendaal staat het dorp Bloemendaal centraal. Voor hen die via
dit nummer 'Bloemendaal' voor het eerst kennis maken met onze stichting, vermelden wij dat de activiteiten van onze
stichting de gehele gemeente Bloemendaal betreffen en niet alleen het dorp. Dit jaar vieren wij ons twintigjarig bestaan
en wijden wij vier extra dikke nummers van ons kwartaalschrift aan de vier dorpskernen die onze gemeente rijk is:
Aerdenhout, Bloemendaal, Overveen en Vogelenzang. Op de voorzijde van de omslag treft u steeds het oudste monu
ment van ieder dorp aan, op de achterzijde het jongste gebouw.
Het is ons oud-bestuurslid Jet van Voorst Vader geweest die het leeuwendeel van 'Bloemendaal' op zich heeft genomen.
Uit de enorme, onoverzichtelijke brij van historische gegevens heeft zij een heldere 'Geschiedenis van Bloemendaal'
gedistilleerd. In haar artikel loodst zij ons door de tijd aan de hand van de mensen die de historie en het gezicht van
Bloemendaal hebben bepaald, daarbij geholpen door Joanne Sluijter, eveneens oud-bestuurslid, die de mensen uittekende
waar afbeeldingen ontbraken. Als sluitstuk zijn kleine, autobiografische herinneringen toegevoegd die het leven in
Bloemendaal tussen ongeveer 1930 en 19SS illustreren.
Een aantal vaste rubrieken komt u in de vier lustrumnummers tegen. Kunsthistoricus Wim de Wagt schreef een overzicht
van de architectuur in Bloemendaal getiteld 'Bloemendaal: mekka voor architecten of bastion?' Jet Slagter en Peter de
Natris hebben wederom hun beste krachten gewijd aan het samenstellen van een lijst met alle monumenten in
Bloemendaal. In zijn serie over scholen vertelt Jon Römelingh het verhaal van de Middelbare Meisjesschool 't Kopje met
de ferme titel 'Van dertien naar drie'. In 'Sporen van een ver verleden' gaat archeoloog Theo Nieuwenhuizen op zoek
naar de fundamenten van de hofstede Saxenburg. Henri Spijkerman schreef deze keer over het station van Bloemendaal.
Oude glasnegatieven van 'Die Clinghe', bij een opkoper in Vlaardingen aangetroffen, vonden hun weg naar stichting Ons
Bloemendaal via oud-bestuurslid en fotograaf Harm Botman. Zij waren de aanleiding tot een reünie van zeer oude en
nieuwe bewoners die op vijf mei jl. op 'Die Clinghe' plaatsvond en daarvan doet Willemien Westerman Holstijn met 'De
kleren van de keizer' verslag, bijgestaan door Joan Jalink. Ter illustratie dient een aantal van deze afgedrukte glasnegatie
ven waarop buitenkant en interieur van 'Die Clinghe', Hoge Duin en Daalseweg 31, te zien zijn, vlak na de bouw. Een
van de huidige bewoners van 'Die Clinghe' is Rita Tornqvist-Verschuur die in haar kinderboeken veel over deze
Bloemendaalse buurten heeft verwerkt en ons toestond enkele fragmenten te publiceren.
Wij zijn zeer enthousiast over het feit dat zowel oude als oud-Bloemendalers aan ons blad willen bijdragen. Zo heeft
mevrouw Cath. Metselaar-Kleef haar jeugdherinneringen opgeschreven in 'Bloemendaal toen: echt een dorp' en Gerrit
Bakker, zoon van de chef van de werkplaats van Publieke Werken, stuurde ons uit Kootstertille 'De Zandwegen', het eer
ste van een serie stukjes over Publieke Werken in de periode 1925-1945. Daarop volgen een korte inhoud van het
belangwekkende boek 'Gesticht in de duinen' geschreven door Joost Vijselaar en een artikel over de restauratie van de
ramen van de Nederlands Hervormde Kerk in Bloemendaal van de heer N. Blankevoort, in samenwerking met Joan
Patijn. Een waardig slot vormt een bijdrage van Lieuwe Zoodsma, directeur van de Archiefdienst voor Kennemerland in
Haarlem, over het Huis te Bloemendaal.
Door de lijvigheid van 'Bloemendaal' laten wij onze gebruikelijke rubriek 'Reactie-oproep-mededeling' vervallen en zullen
wij de reacties en correcties op de vier lustrumnummers samen onderbrengen in het laatste nummer van 1997 over
'Vogelenzang'. Graag willen wij u nogmaals aanmoedigen om korte stukjes of herinneringen bij te dragen aan 'Ons
Bloemendaal'.
Florentine van Eeghen
4
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 2, zomer 1997
