De Eerebegraafplaats aan de Zeeweg, waar de lichamen van 373 verzets
strijders begraven zijn. Het ontwerp werd gemaakt door Anke Komter en
Gerard Holt. Criticus Blijstra typeerde het geheel als 'een verheven vlakte
des doods' (foto Crefo).
de Bloemendaalse gemeenteraad in de naoorlogse jaren een
rol gespeeld.
De erebegraafplaats, aangelegd in opdracht van de Stichting
Eerebegraafplaats Bloemendaal, heeft een ontstaansgeschie
denis van jaren. Zoals gezegd tekenden Komter en Holt
aanvankelijk een plan (in augustus 194S), dat aanmerkelijk
ambitieuzer was dan het ontwerp dat uiteindelijk verwezen
lijkt is.
Hun eerste plan behelsde, naast de noodzakelijke begraaf
plaats, een galerij met een muur waarin de namen van de
ter aarde bestelde verzetsmensen gebeiteld waren, voorts een
zogeheten Hof der Bevrijding, een aula en ook nog een
museum. De betreffende
schetsplannen (gepubliceerd
in het tijdschrift 'Forum',
1947) laten zien dat de
architectuur van deze
bouwwerken een nogal
klassieke, on-Nederlandse
indruk maakte. We zullen
het nooit weten, maar het
is zeer de vraag of een der
gelijke verheven, in steen
geboetseerde monumentali
teit ons vandaag ook nog
zou aanspreken.
Hoe het ook zij, vanwege
gebrek aan financiële mid
delen kwamen de monu
mentale gebouwen nooit-
Monument
Niettemin moest de begraafplaats veel meer worden dan
begraafplaats alleen. 'Begraafplaats - Monument voor het
verzet - 'Maanteken' voor de toekomst; dat was de trits
die het gebouwde tot uitdrukking zou moeten brengen',
aldus Holt en Komter in hun toelichting in 'Forum'.
Uiteindelijk omvatte hun ontwerp een rechthoekige
begraafplaats, die betreden wordt via een eenvoudige
opgang met een poort. De begraafplaats wordt afgegrensd
door lage muren. Er is een klokkenstoel, een vlaggenmast,
een verhoogde muur met teksten van de hand van H.M.
van Randwijk en een bronzen urn van de beeldhouwer
L.O. Wenckebach, waarin zich de as van gecremeerde
gefusilleerden bevindt. Verder hoort bij het ensemble een
plaats waar in de open lucht toespraken kunnen worden
gehouden en een beheerderswoning, beide op enige
afstand en lager in de duinen gelegen.
Misschien is het maar goed ook, dat de erebegraafplaats zo
eenvoudig mogelijk is uitgevoerd. De architectuurcriticus
Rein Blijstra noemde de gedenkplaats in een artikel
lovend: 'de monumentaliteit van het platte vlak'.
Velen zullen de begraafplaats kennen, maar misschien niet
alle feiten op een rijtje hebben. Het plateau met de graven
meet twintig bij honderd meter. Teneinde dit vlak en
geheel waterpas te krijgen werden enkele kleinere duin
toppen afgegraven en enkele duinkommen met zand aan
gevuld. In het plateau werd een verdiepte rechthoek van
vierenzeventig bij achttien meter uitgespaard, het grafveld.
Daarin kwamen rechthoekige vakken voor de graven;
ertussen zijn paden aangelegd. Elk vak omvat de rustplaats
van de grond.
Beheerderswoning van de Eerebegraafplaats. Net als de begraafplaats opgetrokken uit natuursteen.
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 3, herfst 1997
49