Van de redactie
'Overveen' is de derde dorpskern van de gemeente Bloemendaal die in dit lustrumjaar van de Stichting 'Ons Bloemendaal'
extra aandacht krijgt. Overveen is het oudste dorp van de gemeente Bloemendaal en is lang het bestuurlijke centrum van
de gemeente geweest. Net als in de vorige nummers van dit lustrumjaar, 'Aerdenhout' en 'Bloemendaal', toont de voor
zijde van de omslag het oudste monument van Overveen: de 17de eeuwse vóórpoort van landgoed Elswout. Op de ach
terzijde van de omslag zijn de nieuwste huizen van Overveen afgebeeld.
Jet Slagter-Wieringa nam als projectleider een grote portie van 'Overveen' voor haar rekening. Voor wie haar niet kent:
zij is inwoonster van Overveen, oud-bestuurslid van Ons Bloemendaal, lid van de monumentencommissie van de
gemeente en is als geen ander thuis in het gemeente-archief. In 'Langs wegen van geleidelijkheid' beschrijft zij het gelei
delijke ontstaan van het wegenpatroon in Overveen en doet daarbij telkens kleine zijsprongen naar de historie van de
Overveners. Van haar hand is ook 'Het Ramplaankwartier, een verloren stukje Overveen', een beschrijving van dit door
Haarlem geannexeerde gebied, dat voor de bewoners nog helemaal als Overveen aanvoelt. Haar 'Het klokhuis van
Overveen en zijn uurwerk' volgt het lange leven van de klok die onlangs werd gerestaureerd en nu in de gang van het
gemeentehuis te bezichtigen is. Samen met redactielid Peter de Natris stelde zij de lijst van 'Monumenten in Overveen'
op-
Voorts hebben wij een bont gezelschap schrijvers, bereid gevonden bij te dragen aan 'Overveen'. In 'Café Sligting' treurt
Lodewijk Wiener, leraar Engels aan het Stedelijk Gymnasium, over Carel Sligting, de vroegere kastelein en eigenaar van
deze oer-Overveense pleisterplaats. Een andere vaste ontmoetingsplek in Overveen, de Buurtvereniging Overveen (BVO)
bestaat al veertig jaar en wordt beschreven door P. de Vries. Voor Nelleke Noordervliet was het natuurgebied
'Middenduin' een bron van inspiratie bij haar nieuwe boek 'Uit het paradijs' waarvan wij een enkele passage mogen mee
lezen. Uitgever Jannes van Everdingen, bewoner van De Belvédère, laat ons proeven van het boek 'Antoon Jansen, kok op
De Belvédère' en doet ons daarbij een speciale aanbieding. In het hart van dit nummer is een zeldzame foto van de oude,
helaas afgebrande buitenplaats 'Lindenheuvel' te zien, begeleid door een uitgebreid bijschrift met de historie van
Lindenheuvel door Wim van Luyken. 'Van Ouds het Raadhuis' is een bijdrage van mr. C.W.D. Vrijland, kenner bij uitstek
van deze buurten. Hier wordt de geschiedenis van de voornaamste herberg 'De Swaen' beschreven, de plaats waar vroe
ger het bestuur van de ambachtsheerlijkheid 'Tetterode, Aelbertsberg ende Vogelensang' bijeen kwam.
In de min of meer vaste rubrieken van deze jaargang treffen wij 'Moderne architectuur van Overveen', een levendig ver
haal van architectuur-historicus Wim de Wagt, en de geschiedenis van 'Station Overveen' door Henri Spijkerman. Scholen
staan op de voorgrond nu 'Schoolgebouwen' het thema is van de Open Monumentendag. In zijn ontroerende 'Meer zijn
dan een naam alleen' brengt Jon Römelingh de in de oorlog omgekomen oud-leerlingen van het Kennemer Lyceum in
beeld, tot nog toe slechts bekend als namen op een plaquette in deze school. Het artikel 'School D heet nu Julianaschool'
schetst het ontstaan van deze Overveense basisschool.
Wij prijzen ons gelukkig met het feit dat Overveners bereid zijn geweest hun herinneringen met ons te delen. Zo geeft
mevrouw Nancy de Jong Schouwenburg-Brandt een beschrijving van 'Elswout en de tragische geschiedenis van een fami
lie' waarin haar persoonlijke herinneringen aan haar overgrootmoeder Anna van der Vliet-Borski en haar grootouders
Luden zijn opgenomen. Oud-wethouder Piet van der Ham is geboren en getogen in de vroegere apotheek op de hoek
Zijlweg-Bloemendaalseweg te Overveen. In de 'Herinneringen van een schooljongen aan Overveen' herleeft deze oude
buurt.
Kortom, in 'Overveen' valt veel te lezen en te bladeren voor de liefhebber van de Bloemendaalse historie. Wij zijn verrast
en niet weinig opgelucht dat zich steeds zoveel 'nieuw' materiaal aandient voor ons kwartaalschrift. Ook nu houden wij
ons aanbevolen voor uw bijdragen aan het volgende lustrumnummer 'Vogelenzang'.
Florentine van Eeghen
4
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 3, herfst 1997