Vogelenzang en de
bollen
De eerste serieuze bollenteelt ontstond in de tweede helft
van de 19de eeuw rond Haarlem. Voor die tijd bestonden
in deze omgeving veel kleine tuinderijen. In 1870 waren
er 400 hectaren met bollen beplant en in 1900 waren dat
er al 2.500. Ook bij het dorp Vogelenzang werden er in
deze beginperiode bollen geteeld. Weilanden en afgegra
ven duingronden werden voor de teelt geschikt gemaakt.
Bekende bollen-namen
Een bekende naam uit deze tijd is die van de Barnaarts.
Deze familie bewoont sinds 1806 het Huis te
Vogelenzang. Jonkheer August Eduard Barnaart vestigde
zich in 1865 onder de naam Barnaart Zn als exporteur.
Zijn zoon Willem Philip behoorde in 1884 tot een van de
eersten die bloembollen exporteerde naar Amerika. Het
bollenland van deze familie lag in de omgeving van de
Bekslaan. Hier bevond zich in de oorlog een VI-baan,
vanwaar de Duitse bezetter raketten richting Engeland
afvuurden. Andere namen uit deze tijd zijn Van Zanten
Co, waar veel mensen uit Vogelenzang werkten, De
Wreede, Zandbergen, Langeveld, Van Haaster, Hulsebosch
en Verdegaal. Het geslacht Roozen is afkomstig uit
Overveen. De oudst bekende generatie legde zich aan het
einde van de 18 de eeuw reeds toe op de teelt van bloe
men, groente en bollen. Vader Leo Roozen had een bedrijf
Het zware werk van toen op het Vojjelenzangse bollenland
(foto's W. Heybroek, Sassenheim).
in Heemstede, maar was een van de slachtoffers van de
economische malaise. In het begin van de jaren dertig kon
zoon Frans een deel van het land kopen van de roemruch
te General Bulb Company, die over de kop was gegaan.
De Bulb
Dit bedrijf, in de volksmond 'De Bulb' genoemd, was in
1885 opgericht. De gronden bevonden zich aan de rand
van het landgoed Woestduin. Men had hier zand afgegra
ven voor de aanleg van de spoorlijn Haarlem-Leiden en
het terrein bleek geschikt te zijn voor bollenteelt. Met
ondersteuning van geldschieters als Jhr. Deutz van Lennep
en Jhr. Teding van Berkhout uit Heemstede werden de
zaken zeer voortvarend aangepakt. De opgerichte kwekerij
was voor die tijd ongewoon groot. Over het hele terrein
van ongeveer veertig hectaren liepen rails ten behoeve van
de lorries die de bollen van en naar de luxueus uitgevoer
de bebouwing aan de Leidsevaart moesten vervoeren. Dit
complex was door architect J. Zietsma in de stijl van de
Amsterdamse school gebouwd. Het bedrijf moest een
voorbeeldfunctie vervullen voor de hele streek. Op het
land stonden zelfs de rietschelven voor het dek in de win
ter op rails. Er werden kapitalen uitgegeven aan een enor
me uit Amerika gemporteerde spitmachine en er werden
proeven genomen met de eerste plantmachine. Dit alles
40
Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 4, winter 1997