van Haarlem op. Evenals daarvoor traden de drie heerlijk heden, nu als eigendom van de stad Haarlem, min of meer als eenheid van plaatselijk bestuur op. Pas een aantal jaren na de Franse tijd (1795-1813), waarin de zogenaamde heerlijke rechten in belangrijke mate wer den afgeschaft, vormden de vier dorpen, dus ook Aerdenhout, één gemeente Bloemendaal. Vogelenzang vanuit de lucht gezien anno 1921. generaties lang de familie Verdegaal gewoond en gewerkt. Later kwam de bloembollencultuur erbij, die de inwoners werk verschafte. Inmiddels hebben velen, vooral de bewo ners in de nieuwbouwwijken, een werkkring buiten het dorp en de gemeente. De inwoners Het aantal inwoners van Vogelenzang is in de loop der eeuwen slechts langzaam gestegen. Rond 1800 woonden" er 275 mensen. In 1840 waren het er 440. In 1900 was het aantal tot 780 gestegen. Vijftig jaar later waren er 1.320 inwoners. En nu, weer ongeveer vijftig jaar later, wonen er ruim 2.300 mensen in Vogelenzang. In deze laatste periode was de stijging het sterkst door de nieuw bouw. Van de vier kernen van Bloemendaal is Vogelenzang nog steeds de kleinste wat inwonertal betreft. In vroegere jaren was Vogelenzang in hoofdzaak een agra risch dorp. Er waren wel 19 boerderijen. Enkele daarvan stonden midden in het dorp. Nu nog zijn er veel boerde rijen, waarvan die met de naam "s Gravenweg' op het toe gangshek heel bekend is. Deze naam herinnert aan de vroegere Graven wech, die langs de boerderij naar het Huis te Vogelenzang liep. Dat was nog in de tijd van de graven van Holland. Op de boerderij 's Gravenweg heeft Roo ms-kat h oI iek dorp Een bijzonderheid is dat Vogelenzang van oudsher een overwegend rooms-katholiek dorp was en nog is. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Bloemendaal, waar de refor matie in de 16de eeuw een veel grotere invloed heeft gehad. Nadat het in 1578 de katholieken verboden werd hun godsdienst openlijk uit te oefenen, nam het aantal inwoners van het rustige Vogelenzang, dat de oude leer trouw was gebleven, belangrijk toe. Veel rooms-katholieke families uit de grotere steden vestigden zich in het dorp of in de omgeving. Er bestond daar namelijk niet zo'n stren ge controle op het houden van rooms-katholieke eredien sten. Bij geconstateerde overtreding van het verbod kwa men er ook geen grote straffen aan te pas. Men stond zelfs oogluikend toe (de baljuw inde graag) schuilkerken in te richten. In het bos van landgoed Koekoeksduin bijvoor beeld, werd omstreeks 1600 een (huis)kapel ingericht in het daar aanwezige jachthuis De Koekoek. Later zou op de 6 Ons Bloemendaal, 21e jaargang, Lustrumnummer 4, winter 1997

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1997 | | pagina 6