Een Braziliaans avontuur i n Overveen •iö;2 e; Vrybq (paHM ecief' kaartj e ihé dé»! Mairritsstacl [V Irid Compagnie. jOerbicc Suriname. JVicuwc. Gcoctroyee.rde- Giiajauiische, Comp. Stalen van Holland Koloniën' aa/v de. Amazone 1637 MnuriUtssUyl/r In het Overveen-nummer van de lustrumjaargang gaf Jet Slagter-Wieringa aan dat de naamgeving van het Joan Mauritsplein en van de omringende lanen in deze wijk (de Brazilië-, Céara-, Mauricia-, Pernambuco-, Recife-, Rio Grande- en Vrijburglaan) verwijst naar het bewind van Joan Maurits van Nassau Siegen in een deel van Brazilië. Dit 'Braziliaans avontuur' uit de zeventiende eeuw kwam overigens ook ter sprake bij een bewonersborrel die 16 augustus 1997 werd georganiseerd vanwege het zestigjarig bestaan van de Mauricialaan. De voorzitter van het comité dat deze happening organiseerde, Jeroen van Thiel, gaf er toen een korte impressie van op basis van door onder andere het Mauritshuis in Den Haag verstrekte documenta tie. Duidelijk werd daaruit hoe opmerkelijk Joan Maurits, ook wel 'de Braziliaan' genoemd, zich in deze Hollandse kolonie heeft gemanifesteerd. Dit is reden om hiervan in 'Ons Bloemendaal' het een en ander vast te leggen, mede ter aanvulling op wat het boek van mej. A.M.G. Nierhoff 'Bloemendaal, lanen en wegen' over deze naamgeving ver meldt. Roerige tijden De zeventiende eeuw was voor de jonge Republiek van de Verenigde Nederlanden een roerige tijd. Het gewest De kolonie in Brazilië; inzet Mauritsstad (Hettema) Holland manifesteerde een sterke drang tot autonomie. Er speelden zich tussen protestanten en katholieken felle godsdiensttwisten af. Onder leiding van stadhouder prins Maurits (1567-162S) en zijn opvolger prins Frederik Hendrik (1584-1647) vocht men tegen Spanje. Het Twaalfjarig Bestand, op aandringen van Van Oldenbarneveldt in 1609 gesloten, bracht hierin slechts betrekkelijke rust, want in 1621 laaide de strijd weer op. Vooral in het Caraïbisch gebied werd deze door de Nederlandse vloot uitgevochten - onder andere door de met zilver uit Mexico beladen Spaanse schepen op hun terugweg naar huis te overvallen. Maar men beoogde méér: het versterken van de handelspositie door overzeese gebieden te bemachtigen, er een goed bestuursapparaat op te zetten, de plaatselijke economie te stimuleren en deze te beschermen tegen vijandelijke aanvallen. De West-Indische Compagnie De in 1621 opgerichte West Indische Compagnie was aan vankelijk vooral georiënteerd op het monopolie van de handel op Amerika en de Westkust van Afrika, maar al snel richtte men zich vooral op Zuid Amerika. De 'drie- hoekshandel' was van groot belang: in Afrika werden negerslaven gekocht, van hun opbrengst in Amerika kocht men de suiker waarmee de schepen dan weer terugkeer den naar Amsterdam. Mede om een uitvalsbasis te hebben voor kaperijen nam 22 Ons Bloemendaal, 22e jaargang, nummer 1, voorjaar 1998

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1998 | | pagina 22