Van de redactie Dit eerste nummer van de 22e jaargang van Ons Bloemendaal is tevens een afsluiting van 1997, doordat hierin het jaar verslag van de Stichting is opgenomen. Ook in een ander opzicht biedt het een afronding van dat lustrumjaar waarin dit tijdschrift achtereenvolgens aandacht gaf aan de dorpskernen Aerdenhout, Bloemendaal, Overveen en Vogelenzang. Dat deze nummers veel belangstelling ondervonden blijkt al uit het grote aantal dat in de vrije verkoop over de toonbank ging, maar meer nog uit de reacties die bij de redactie binnenkwamen. In dit voorjaarsnummer treft u ze aan. Het doet de redactie deugd dat zovelen van u naar de pen hebben gegrepen. Uiteindelijk is dit tijdschrift niet alleen maar vóór maar juist ook van de donateurs. Ook het merendeel van de overige artikelen sluit aan op de vorige jaargang. Het vierde lustrum van de stichting was voor Jet van Voorst Vader aanleiding het werk van de pioniers voor het voetlicht te halen. De naamgeving in de wijk op de voormalige gronden van Gehrels, door Jet Slagter in het Overveen-nummer kort besproken, wordt door Peter de Natris in 'Een Braziliaans avontuur in Overveen' uitvoeriger belicht. Henri Spijkerman rondt de historie van de spoor wegstations in de gemeente Bloemendaal af met een artikel over het station Heemstede-Aerdenhout. Maarten Verkaik wijdt, ter aanvulling op de geschiedenis van de Centenbrug in het Vogelenzangnummer, een beschouwing aan de Traliebrug - vroeger een spoorbrug over de Leidsevaart. Deze voorjaarseditie sluit af met een reeks van korte oproepen en mededelingen. Dat er voor 'Ons Bloemendaal' steeds weer werk aan de winkel blijft, werd door voorzitter Henk Garvelink benadrukt in zijn korte verklaring tijdens een van de bijeenkomsten in het kader van de verkiezingen van de gemeenteraad. Hij signal eerde dat de verschillende politieke partijen zich niet of nauwelijks van elkaar onderscheiden in hun opvatting dat Bloemendaal zijn onvervangbare natuur- en recreatiegebieden en zijn specifieke woongebieden zo ongeschonden moge lijk aan de volgende generaties dient over te dragen. De hoofdregel voor het ruimtelijk beleid moet zijn: niet meer bou wen en de duinen, de binnenduinrand en de landgoederen beschermen. Dat dit echter geen vanzelfsprekende zaak is, blijkt uit hetgeen in het afgelopen jaar op onze stichting afkwam. De bouwplannen op Lindenheuvel vormen een inbreuk op het handhaven van bufferzones en van onvervangbaar natuurge bied. De aanwijzing als beschermd dorpsgezicht van enkele villaparken, nog maar net in gang gezet, verhinderde niet het in gang zetten van een art. 19-procedure voor twee woningen aan de Huijghens Backerlaan. Het Nationaal Park Zuid- Kennemerland was nog maar net van de grond of in de Verdichtingsnota werd al weer bebouwing voorgesteld bij de ingang van het park aan de Zeeweg. Zo zijn er wel meer vragen. Waarom wordt initiatiefnemers voor een golfterrein aan de binnenduinrand steeds weer hoop gegeven? Waarom verhuurt de gemeente kort na het vaststellen van de Bestemmingsplangrens van het natuurge bied Caprera, aan de hockeyclub Bloemendaal een stuk grond voor het tweede kunstgrasveld dat over deze grens heen loopt? Waarom komt de gemeente niet zelf in actie en wordt het behoud en de beveiliging van de villa Benvenuta aan krakers overgelaten? Wat wordt het lot van het Bloemendaalse Bos, na de reorganisatie van de Bloemendaalseweg, nu stemmen opgaan hier een stuk van af te knabbelen ten behoeve van parkeerruimte voor het winkelend publiek? Uit het voorgaande is duidelijk dat er een voortdurend proces van afkalving plaatsvindt van wat beschermd is. Wil onvervangbaar erfgoed niet worden opgeofferd, dan zal de gemeente het beleid tot bescherming van de open ruimten moeten uitdragen, een helder beleid inzake de monumentenbescherming kenbaar moeten maken en ook dienen te bevorderen dat er meer beschermde dorpsgezichten worden aangewezen. Tot het zover is, blijft er voor Ons Bloemendaal werk aan de winkel. Bij het ter perse gaan van dit nummer werd bekend dat Wim van Luyken tot lid van de gemeenteraad is gekozen. Omdat een dergelijke functie niet verenigbaar is met activiteiten voor Ons Bloemendaal, zullen wij tot onze grote spijt afscheid van hem moeten nemen. Peter de Natris, redactie 4 Ons Bloemendaal, 22e jaargang, nummer 1, voorjaar 1998

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1998 | | pagina 4