(foto of dia) De nieuwe mode: hoge gevangenishekken. gemeenteraad aan de hogere overheden, van juni 1997). Eensgezindheid De (landschaps) architecten J.D. Zocher en L. Springer en de architect J.A.G. van der Steur hebben in belangrijke mate het aan zicht van de parken bepaald. Het is dan ook zeer verheugend dat er zo'n grote eensgezindheid bestaat tussen overheid, adviesorganen, 'Ons Bloemendaal' en eigenaren over het plan tot aanwij zing als beschermd dorpsgezicht. Het is de beste manier om het geheel voor de toekomst te bewaren. hier op zondag toeren en daarom zijn er hier fiets- en wandelroutes uitgezet. Beperkingen De geldende bestemmingsplannen moeten nu worden her zien en daarin zal nog preciezer dan voorheen worden voorgeschreven wat er wel en wat er niet mag. De beschermde monumenten en de zogenoemd beeldbepalen de panden zijn/worden op hun waarde geschat. Onverhoedse sloop is practisch uitgesloten, maar ook bij verbouwing van bijvoorbeeld kozijnen zal niet zomaar kunststof in plaats van hout mogen worden gebruikt. Het uiterlijk, de kapvorm en de indeling van de vanaf de openbare weg zichtbare gevels worden vastgelegd en moe ten liefst in deze vorm behouden blijven. Ontegenzeggelijk leggen de voorschriften uit het plan de bewoners/eigena ren beperkingen op. En toch maken ze nauwelijks bezwaar tegen deze aantasting van hun bevoegdheden! Kennelijk realiseert men zich dat het behoud van de unieke woon omgeving voor iedere eigenaar apart het beste gegaran deerd wordt door voorschriften voor het geheel. De villaparken zijn destijds bewust zó aangelegd, dat laan beplanting overbodig was. In het begin zag het er hier nog dor en kaal uit, maar naarmate het particuliere groen gedijde vormden alle tuinen met heesters en bloemperken rond de huizen en de bomen die vanuit de tuinen de weg overschaduwden, samen een prachtig lommerrijk park. Dat maakt het gebied zo uniek, daarom komen de mensen Privacy Zelf ben ik geboren en bijna getogen in het huis w~aar ik nu ruim dertig jaar als volwassene woon. Ik voel mij met hart en ziel verbonden met huis, tuin, erf en de omge ving. Ik meen iedere laan of weg, ieder huis met omge ving en bijna iedere boom te kennen. De mensen die de huizen bewonen ken ik echter in steeds mindere mate. Dat ligt natuurlijk aan mijzelf, maar ook aan de manier waar op men zich de laatste jaren verschanst in zijn eigen privé- koninkrijkje. Wat is het geval? Velen zijn tegenwoordig zo op privacy gesteld, dat men zich zelfs in de ruime tuinen niet meer veilig waant zonder een manshoge heg als erfafscheiding. Niet langer kan de wandelaar genieten van verrassende doorkijkjes op karakteristieke villa's en tuinen; hij moet verveeld tussen groene wanden zijn weg vervolgen. Of hij stapt in de auto omdat er toch niets valt te beleven onder weg. Vroeger waren er de typisch Bloemendaalse boogjes- hekken, al dan niet met rozen of klimop begroeid, met daarachter de villa's tussen bomen en heesters. Nu zijn het maar al te dikwijls de fantasieloze, zomer en winter een- derogende 'coniferen'-hagen, zoals ze in de volksmond heten. Zeker, de grote bomen zijn mooi genoeg en ook de hoogteverschillen maken het hier nog bijzonder, maar van de villa's, 'monument, beeldbepalend of gewoon welva rend', is dikwijls alleen nog maar de bovenverdieping te 32 Ons Bloemendaal, 22e jaargang, nummer 2, zomer 1998

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1998 | | pagina 32