De jaren negentig
Algemeen
Indien er één karakteristieke typering voor de jaren negentig
zou kunnen worden gegeven dan is het die van 'het inslaan
van nieuwe wegen'. De aanzet tot de herstructurering van de
volkshuisvesting werd gegeven door Enneüs Heerma, CDA-
staatssecretaris van het Ministerie van VROM. Zijn in 1989
verschenen nota 'Volkshuisvesting in de jaren negentig' luid
de de grootste wijziging in de volkshuisvesting sinds de
Tweede Wereldoorlog in. Decentralisatie van bevoegdheden
en verantwoordelijkheden en verzelfstandiging van de wo
ningcorporaties luidde Heerma's boodschap. Maar vooral
ook financiële zelfstandigheid. Daarnaast werd het hele subsi
diebeleid zo gezegd op zijn kop gezet. Met uitzondering van
de individuele huursubsidie zouden de overige volkshuisves
tingssubsidies worden geminimaliseerd of zelfs opgeheven.
Een steeds verdergaande verschuiving van taken op het ter
rein van de volkshuisvesting van de hogere overheden naar
de regio's leidde ook in Zuid-Kennemerland tot een intensi
vering van de samenwerking tussen de woningbouwvereni
gingen. Daartoe werd in 1992 het Regionaal Overlegorgaan
Sociale Verhuurders (ROSV) opgericht. In plenaire vergade
ringen werden zo'n viermaal per jaar zaken besproken die
van belang waren voor de corporaties in de regio, zoals on
der andere de uitvoering van het Besluit Woninggebonden
Subsidies (BWS).
Eind 1993 bereikten het Ministerie van VROM enerzijds en
de overkoepelende organisaties op het volkshuisvestingsge-
bied anderzijds overeenstemming over de verrekening van
subsidies en nog uitstaande rijksleningen per 1 januari 199S
- de zogenoemde 'bruteringsoperatie', waarin voor zover
van toepassing alle subsidies in één keer afgekocht zouden
worden.
De woningmarkt en het volkshuisvestingsbeleid zouden
zich in de jaren negentig van een lokaal naar een regionaal
niveau (dienen te) ontwikkelen. Het was dan ook voor de
corporaties een teleurstelling dat het Gewest Zuid-Kenne
merland, waarbij Bloemendaal in 1972 was toegetreden,
eind 1999 werd opgeheven. Met name op het terrein van de
volkshuisvesting en ruimtelijke ordening had dit overlegor
gaan op het vlak van beleidsvoorbereiding en coördinatie
altijd een belangrijke rol vervuld. Het Gewest was ook een
belangrijke gesprekspartner voor het ROSV, zodat met haar
vervanging door een portefeuillehoudersoverleg veel know
how verloren ging.
De Bloemendaalse woningbouwverenigingen waren aange
sloten bij de Nationale Woningraad. Op zowel het gebied
van beleid als beheer kon deze instantie de corporaties van
dienst zijn. Per 1 januari 1999 fuseerden de Nationale Wo
ningraad en het Nederlands Christelijk Instituut voor Volks
huisvesting (NCIV), koepel voor woningcorporaties, tot een
nieuwe landelijke vereniging van woningcorporaties, ge
naamd Aedes.
In toenemende mate zou de regelgeving op het gebied van
de volkshuisvesting in de jaren negentig veranderen.
Aanvang 1993 werd het Besluit Beheer Sociale Huursector
(BBSH) van kracht, dat een grote verzelfstandiging van
sociale verhuurders moest bewerkstelligen. Beheer en
beleid dienden op een meer bedrijfseconomische wij
ze gevoerd te worden en tevens zouden de woning
bouwverenigingen meer mogelijkheden krijgen om
hun primaire doelstelling te verwezenlijken.
Om tegemoet te komen aan de eis dat de corporaties
voor 1 augustus 1994 hun statuten aanpasten, vorm
den de drie Bloemendaalse woningbouwverenigingen
gezamenlijk een statutencommissie; tevens nam deze
de voorbereiding voor een gezamenlijke klachten
commissie op zich.
Op grond van het BBSH moesten de corporaties in
hun jaarverslag voortaan over vijf verschillende werk
velden verantwoording afleggen: de kwaliteit van het
woningbezit, het huurbeleid, de leefbaarheid, de fi
nanciële continuïteit en het betrekken van bewoners
bij beheer en beleid.
Verwerving woningen
Aan het begin van de jaren negentig werd nog wel gekeken
of hier en daar kleinschalige nieuwbouw binnen de be
lli 1990 en 1991 bouwde Bloemendcml-Noord in totaal achttien woningen aan
de Dompvloedslaan.
Ons Bloemendaal, 25e jaargang, nummer 3, herfst 200 1
51