De overkapping van het podium van Theater Caprera in 2003. openluchttheater had verricht een eenvoudige plaquette in het theater worden aangeboden. Toch was alles voor Van Geluk tijdens zijn bestuursperiode niet even makkelijk ge gaan. Bij het begrotingsdebat van 1952 kwam hij in conflict met de raad en dreigde hij zelfs zijn voorzitterschap van de Stichting Openluchttheater Bloemendaal neer te leggen. Door zijn omvang leende het openluchttheater zich vooral voor massa-opvoeringen. Het theater was zo gebouwd dat het in principe geschikt was voor vele soorten voorstellin gen, zoals ballet, toneel en muziekconcerten. In stilte droomden de organisatoren van het openluchttheater van het nabootsen van festivals of Festspiele, zoals die in Salz burg en Malvern en in talrijke historische steden van Italië en Frankrijk met het grootse decor van historische bouw werken of een gecultiveerde natuur werden opgevoerd. In de praktijk bleek het voor de directie van het openlucht theater bijna onmogelijk om Nederlandse beroepsgezel schappen aan te trekken. De financiële eisen die zij stelden waren zo hoog dat daaraan niet kon worden voldaan. Prijzen De entreeprijzen van een dubbeltje werden weliswaar al snel tot een kwartje verhoogd, maar hierover werden in de raad dan ook vragen gesteld. Wethouder Van Geluk wilde met deze maatregel de enorme toeloop van het aantal kin deren, waardoor het theater een speeltuin dreigde te wor den, indammen. De verhoogde entreeprijs was met name bezwaarlijk voor wandelaars die een bezoekje wilden afleg gen aan het stuk duinterrein, dat na de opening door de gemeente in pacht aan het openluchttheater werd afgestaan en als een wandelpark met een aparte toegang werd ingericht. Wanneer de nabijgelegen algemene begraafplaats wenste uit te breiden, zou de gemeente zo weer over de grond kunnen beschik ken. Een voorstel tot een gereduceerd tarief buiten het seizoen werd door de gemeenteraad niet geaccepteerd. Evenmin voor specifieke doelgroepen, zoals schooljeugd, ouden van dagen, of minder gesitueerden. De gemeente Bloe mendaal paste goed op de winkel en wenste te allen tijde financiële debacles te voorkomen. Pas toen in 1963 een vereni ging van vrienden van het openlucht theater, 'Tyche' genaamd, werd opge richt en deze zich ook op de jeugd richtte, kon men kindervoorstellingen voor de halve prijs realiseren. Bij publiek dacht men in eerste instantie aan de ingezetenen van Bloemendaal, maar men hoopte ook dat het openluchttheater bezoekers zou trekken van buiten de regio. Daartoe opende de vervoersmaatschappij NZH gedurende de zomermaanden een speciale buslijn. Soms kwamen hooggeplaatste personen voorstellingen in het openluchttheater bijwonen. Nog geen drie jaar na de ope ning bracht koningin Juliana een bezoek aan het openlucht theater voor de voorstelling 'The Knight of the burning Pestle' (de ridder van de gloeiende vijzel)geschreven door Fletcher Beaumont in 1 609 en opgevoerd door The Young Vic Company uit Londen. Deze Engelse toneelgroep trad er van 1949 tot en met 1956 vele malen op. Alhoewel het theater eigendom van de gemeente bleef werd het dagelijks beheer aan een stichting overgedragen, die zorg droeg voor de artistieke leiding en ook de voorstellin gen zou gaan verzorgen. Het openluchttheater werd een zelfstandige instelling, maar bood elk jaar wel haar rekening en begroting, alsmede een jaarverslag aan de raad ter goed keuring aan. Het doel van de Stichting Openluchttheater Bloemendaal werd zo ruim mogelijk gedefinieerd, zodat zij voor velerlei doeleinden, zoals bijvoorbeeld ook als ont- moetings- of conferentiecentrum gebruikt kon worden. Doordat een aantal jaren geleden een ingrijpende renovatie heeft plaatsgevonden - inclusief overkapping van het toneel en een gloednieuw beheer van het restaurant! is de toe komst van Theater Caprera veiliggesteld. Alle foto's zijn afkomstig van de Archiefdienst voor Kennemerland, collectie Bloemendaal. 32 Ons Bloemendaal, 27e jaargang, nummer 2, zomer 2003

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2003 | | pagina 34