Duinzicht, buitenplaats in
Vogelenzang
Door Joan Patijn en Ina Mostert
De buitenplaats 'Duinzicht' (nu: appartementencomplex Beuckenhaege
aan de Vogelenzangseweg) werd al eerder genoemd in de bijdrage over
de bloembollenshowtuin van John van Grieken. Nog veel eerder kwam
het in dit tijdschrift ter sprake in het artikel over het Van Ginneken-
huis', geschreven door van Lou van Emmerik. Onderzoek in diens
archief door Joan Patijn en Ina Mostert leverde aanvullende gegevens op
en gaf hen toen aanleiding de historie van Duinzicht uit te diepen.
Voor het hierna volgende verslag over hun bevindingen namen zij de
publicatie van Van Emmerik uit 1988 als leidraad.
Villa Cornelia
Catharina Verdegaal-van der Hulst
In de negentiende eeuw stond op het noordelijk deel van
het latere Duinzicht aan de Vogelenzangseweg een grote vil
la, 'Cornelia' genaamd. In 1873 vestigde zich hier Catharina
van der Hulst, onder meer bekend als schenkster van de
luidklok in de nieuwe rooms-katholieke kerk van Vogelen
zang - waarvan haar echtgenoot Hein Verdegaal de bouw
van de toren had bekostigd. Deze klok, naar haar milde
geefster 'Catharina' vernoemd, wordt nog steeds ieder jaar
op 25 november, Catharinadag, bij wijze van nagedachtenis
een kwartier lang geluid.
Toen haar man was overleden, bleef zij tot 1873 op hun
boerderij 's Gravenweg wonen. Nadat haar neef Rutgerus
Verdegaal uit Lisse dit bedrijf overnam, betrok zij 'Villa
Cornelia'. Vóór haar overlijden (11 mei 1883) schonk zij de
rooms-katholieke kerk deze villa met opstallen en gronden.
De schenkingsvoorwaarden hielden onder meer in dat de
kerk 'ten eeuwigen dage' per jaar ƒ50.- moet uitkeren aan
het R.K. Armbestuur en dat men gedurende tien jaar na haar
overlijden voor haar zielenheil Heilige Missen dient te lezen
ad 70.- per jaar.
Familie Rensdorp
Het kerkbestuur verhuurde de villa met grond aan de heer
Rensdorp, maar verlaagde de huur na korte tijd met 100.-
vanwege de slechte staat waarin het landhuis verkeerde. De
moeilijkheden die het kerkbestuur zag aankomen leidden
ertoe de villa aan de huurder te verkopen voor 5.000.-.
Rond de eeuwwisseling woonde hier mevrouw Rensdorp
met in haar dienst een keukenmeid, een kamermeisje (Anna
Hoekstra), een huisknecht-tuinarbeider, een koetsier en een
palfrenier. Voor de twee laatsten liet men ten noorden van
de villa, bij het begin van de oprijlaan tegenover de boerde
rij aan de Vogelenzangseweg 240een woning bouwen.
Aan de noordzijde grensde het terrein aan de boomgaard
van de familie Barnaart, de bewoners van huize Kuilenburg
aan de Bekslaan. Aan de oostzijde lagen toentertijd nog de
ongerepte duinen. Later zouden deze worden afgezand.
Villa Cornelia verandert in een buiten
plaats
Rond 1910 verkocht de heer Rensdorp de buitenplaats aan
de heer Sigismund M.S. Thomassen a Thuessink van der
Hoop (1838-1925), een naar Nederland teruggekeerde rij-
Villa Cornelia, 1901 (collectie Jeanne en Leen van Berkel).
Ons Bloemendaal, 28e jaargang, nummer 2, zomer 2004
27