Ie openingen de gemeente Bloemendaal in en uit komen. Op die plaatsen waren betonnen versperringen aangebracht met een nauwe opening. Ze fungeerden te vens als controlepost. Deze versperringen kregen al gauw de naam 'Mauermuur' omdat de Duitsers de merkwaardige en volslagen overbodige gewoonte hadden de aanduiding er met krijt op te kalken en dan ook nog in twee talen. Voor de aanleg werd een flink aantal huizen ges loopt. Op diverse plaatsen kwam er ook radar en zendapparatuur. Zoals in Elswout, waar een belangrijk radio- en telefoon station kwam en op het Kopje van Bloe mendaal, waar een meetpost stond voor de luchtdoelartillerie en bovendien een viertal kazematten. In Zandvoort stond Zander, een radarinstallatie van 3 5 meter hoog op een duintop, en dat kan in ieder geval niemand ontgaan zijn. Ook werd er, in de duinen ter hoogte van het Spartelmeer, een betonnen oefenobject voor de Duitse luchtmacht gebouwd in de vorm van een schip (zie de bijdrage van Van Oosterom). Toen Rommel in januari 1944 op in spectie ging, werd hij na zijn bezoek aan de Festung IJmuiden naar twee enorme luchtafweerbatterijen gebracht, door de Duitse Kriegsmarine ingericht op de eerste duinenrij. Ongeveer bij het huidige Parnassia en ten noorden daarvan, bezocht hij 'Langerak' en ten noorden daarvan 'de Olmen'. Vervolgens wierp hij een blik op zijn eigen aspergevelden. Het moet hem een gerust gevoel gegeven hebben. Bunkers in soorten en maten De Atlantikwall werd een verdedigingslinie die niet alleen bestond uit kustbatterijen, maar er werden ketens versper ringen en bunkers aan toegevoegd - deze laatste ingericht volgens de Duitse principes van verdediging ter land. Het uitgangspunt was een absolute beschutting tegen vijandelijk zicht en vuur. De personeelsonderkomens en munitieop slagruimten waren het grootst in aantal. Ze hadden, zoals andere bunkers, nooit ingangen in de (verwachte) richting van de vijand. De personeelsbunkers waren voorzien van enig comfort. Het type 502 kwam in Nederland het meest voor: een on- Nadat in 1894 de jonge koningin Wilhelmina het hoge duin beklom vanuit hotel Zomerzorg, werd het naar haar genoemde Koningin Wilhelminaduin, oftewel het Bloemendaalse Kopje, in 1910 voor zien van een oriënteertafel. Deze verhuisde in 1926 naar het Kopje van Aerdenhout, toen het Bloemendaalse uitkijkpunt werd uitgebreid onder de naam Wethouder Koolhovenmonument, ter ere van deze in 1925 overleden verdienstelijke ingezetene. De Duitse weermacht bouwde om het monu ment een observatiepost van waaruit luchtdoelgegevens werden doorgegeven aan de commandopost onder in het duin aan de Koninginneduinweg. Voor de waarnemingen 's nachts stond er in de naburi ge duinen een zoeklicht en luisterapparatuur. Op de parkeerplaats van restaurant De Uitkijk kon het mobiele luchtdoelgeschut worden opgesteld. Na de bevrijding liet het gemeentebestuur de bunker op het Kopje tot uitkijktoren verbouwen en aan de buitenzijde ervan op 25 april 1947 een gedenkplaat aan brengen. Behalve afbeeldingen van de verschillende bouwwerken bevat de gedenkplaat een gedicht van C. Boeschoten, gewijd aan de lotgevallen van het Koningin Wilhelminaduin. Zo werd de veelbezochte uitkijktoren tot een Bloemendaals bevrijdingsmonument. Opname voorjaar 1945. (Dank aan T. Snabilie, Stichting WOVIJ, voor deze informatie). derkomen voorzien van twee ruimtes, elk voor tien man, en uitgerust met bedden, tafels en een kolenkachel. Bunkers bestonden er in soorten en maten, het voortschrij dend inzicht dat men tijdens de bouw opdeed, leidde tot een pluriformiteit in bunkertypen. Naast gevechtsbunkers en die voor manschappen en munitie, waren andere in ge bruik als hoofdkwartier of als hospitaal. Een aparte vermel ding verdient hier de 'Tobruk', ook wel 'Ringstand' ge noemd. Dit is een minibunker van Italiaans design, ontworpen ten behoeve van de strijd in Noord-Afrika. De verschillende typen Tobruks hebben alle een ronde, zes- of achthoekige opbouw, in afmeting variërend van 80 tot 150 cm, en al dan niet aangevuld met nog een paar ruimtes. Ze konden als observatiepost, mitrailleursnest of granaatwerper worden gebruikt. Dit redelijk universele bunkertje is in gro te aantallen gebouwd en daarmee het meest typerende bouwsel van de Festung IJmuiden en de Atlantikwall ge worden. Vlakbij de manege aan de Zeeweg, rechts van het ruiterpad, bevindt zich tot op de dag van vandaag nog een Ons Bloemendaal, 28e jaargang, nummer 3, herfst 2004 9

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2004 | | pagina 11