De verborgen schatten van
Middenduin
Door Marijke Dirkson, boswachter Staatsbosbeheer
Vanaf ingang de Zanderij, aan de achterkant van duincentrum de
Zandwaaier, kijkt u uit over de voormalige zanderij van Middenduin.
De vallei is nu fris en groen en als u geluk heeft ziet u er een ree gra
zen. Voor iedereen is straits het zachte geel van de ratelaar te zien en in
augustus het witte bloempje van de parnassia.
Deze plek was eens onderdeel van de landbouwassociatie
Middenduin, een ontginning in de tijd van de Bataafse re
publiek. De mens heeft altijd een belangrijke rol in Midden
duin gehad, als zandafgraver, als bollen teler en nu komt u
er om te genieten, voor
een wandeling of om
er te sporten.
Staatsbosbeheer beheert
Middenduin. Voor mij
als boswachter is
Middenduin een mooie
en rijke werkplek met
een eeuwenoude cul
tuurhistorie en heel
diverse natuur.
Duinontginning
De politiek en de eco
nomische veranderin
gen aan het eind van de
18 de eeuw zorgden
ervoor dat onze woeste
duingebieden veranderden in ondernemingen. In de Franse
tijd wilde men 'onontgonnen schatten aan het vaderlands
welzijn ten nutte maken en op economisch gebied buiten
de in de tijd van de republiek zo plat getreden paden gaan'.
Op 17 november 1795 werd in de duinen ten westen van
Haarlem de landbouwassociatie Middenduin opgericht. De
ontginning bestond uit een boerderij met akkers en het
duin als schraal weidegrond. Akkerbouw was geen succes.
Stuivend duinzand en een dichte konijnenstand vormden
een voortdurende bedreiging. Schapenteelt lukte beter.
Rond 1800 telde Middenduin in het voorjaar ongeveer hon
derd lammeren. Overdag graasden de schapen in het duin
en 's nachts verbleven ze in de potstal voor mestwinning.
Toch kon de onderneming het niet volhouden. Na enkele
jaren werd grond voor de aanleg van de begraafplaats ver
kocht en in 1807 eindigde de onderneming. Het oorspron
kelijke voornemen tot het ontginnen van 525 hectare duin-
grond, was blijven steken in 25 hectare werkelijk in cultuur
gebrachte grond.
In 1810 werden woning en gronden weer eigendom van
landgoed Elswout. De duinboerderij langs de Zeeweg be
staat nog steeds en is nu een woning. Namen als Koe- of
Kaasvlak, Schapekamp en Lammetjeswei herinneren nog aan
de tijd van de Bataafse republiek.
Zandafgravingen
Vanaf 1850 lagen er dagelijks minstens 50 tot 60 zand
schuiten op de zanderij van Middenduin. Voor die tijd was
de zanderij van landgoed Elswout vrijwel de enige leveran
cier van duinzand in de omgeving van Haarlem. Tegen
1850 was de 'Elswout-voorraad' uitgeput en werd er zand
gewonnen op Duinlust en in Middenduin. Met het schone
duinzand werden de grachten gedempt en kon de stad
Haarlem uitbreiden. Ook werd er veel zand
gebruikt om de zachte en venige bodem
achter de duinen geschikt te maken voor de
bloembollenteelt.
Het verkochte zand werd via de gegraven
Zanderijvaart afgevoerd. In dezelfde tijd
werd ook de spoorbaan Haarlem-Zandvoort
aangelegd. Willem Borski en de spoorweg
maatschappij sloten een weddenschap. Als
de zandafgravers eerder bij de plaats van de
spoorbrug waren dan de spoorwegmaat
schappij zelf, dan werd de spoorbrug over
de Zanderijvaart door de maatschappij
betaald. Borski won met enkele meters
maar beiden partijen smokkelden. Daardoor
is de afgraving bij de spoorbrug smal en is
de bocht in het spoor te scherp wat vandaag
Famassia.
8
Ons Bloemendaal, 29e jaargang, nummer 2, zomer 2005