raanipartijen zijn helaas aan de grove kant. De Haringbuys anno nu De Haringbuys meet slechts ca 6 bij 11,5 meter. Het is een rechthoekig gebouw onder zadeldak, met twee tuitgevels voorzien van vlechtwerk. Alle gevels zijn gemetseld met een rode baksteen in staand verband met een geknipte voeg. Bij het reinigen van de gevels is de zachte rode baksteen hier en daar flink bescha digd. Het muurwerk is opnieuw gevoegd. Op foto's van voor de restauratie ziet men het vele herstelwerk aan het metselwerk. Drie van de vier gevels hebben een gestuukte en grijs geschilderde plint. Op oude foto's is te zien dat de muren ooit tot aan de kozijnen wit waren geschilderd. De rode pannen van de Haringbuys zijn bij de laatste restauratie vervangen door nieuwe blauwgrijze Oudhollandse pannen. De gevels De zuidgevel is van oorsprong de voorgevel met een apart draaiende boven- en onderdeur met daarboven een zes-ruits bovenlicht. De westgevel heeft een meer gesloten karakter. Links uit het midden een deuropening met bovenlicht die in de jaren zestig van de vorige eeuw is aangebracht. Deze deur komt uit in het noordelijke vertrek. De westgevel heeft in het midden tijdens de recente restau ratie een nieuwe dakkapel gekregen. De kantoorruimten op de verdieping vereisten meer daglicht. De noordgevel dateert gedeeltelijk uit het midden van de vorige eeuw, maar is op dezelfde wijze opgemetseld als de overige gevels. Hier geen geschilderde plint maar een in een donkerder baksteensoort gemetselde plint met rollaag. De oostgevel heeft midden vorige eeuw een nieuwe entree met eenvoudige stoep gekregen. Dat is vermoedelijk gebeurd toen de Zandvoorterweg werd gesplitst en het tracé richting Zandvoort ten noorden van de Haringbuys werd aangelegd (1959). Het noordelijke deel met de keuken en schuur werd toen afgebroken. Dit lager gelegen deel werd minder waardevol omdat het een 19 de eeuwse uitbreiding behelsde. Rechts van de deur bevinden zich twee houten kruiskozij nen met luiken voor de onderste openingen (kloosterkozij nen) Links van de deur een 18de eeuws schuifraam en lui ken met panelen. De nieuwe voorgevel De recente restauratie van de Haringbuys werd uitgevoerd onder leiding van Six Architects te Zeist. De ramen werden gedeeltelijk vernieuwd, twee 20ste eeuwse deuren in oost en west gevel werden vervangen en de drie dakkapellen zijn nieuw. Het gloednieuwe uithangbord De luiken zijn geschilderd in de kleuren rood en groen met een crèmekleurige band. Deze kleuren zijn ook toegepast op het landgoed Elswout. Deze kleurkeuze voor de Haringbuys is niet op historische gronden gebaseerd. De inrichting van de twee ruimten op de begane grond is ingegeven door de stijlperiode van de ramen. Zo kreeg de noordelijke kamer met de kruiskozijnen een 18de eeuws karakter met een plavuizen vloer een tegelplint en een hoge schouw. De zuidelijke kamer kreeg een 19de eeuws karakter met een houten lambrisering en een hardstenen haard. De poort van Aerdenhout is 'definitief behouden. Komend vanuit Zandvoort torent de Haringbuys uit boven een enorme rotonde die nu vlak voor het kantoor is aangelegd. Daarmee zal overigens het verkeersprobleem nog steeds niet zijn opge lost want men blijft met de auto naar Zandvoort gaan. Hopelijk voortaan ongehinderd door infrastructurele aan passingen, heeft dit historisch waardevolle gebouwtje met de herbestemming tot kantoor definitief een eigen plaats verworven in het ensemble van monumenten bij de entree van Aerdenhout. Een sta-in-de-weg mag eindelijk blijven staan. Bronnen - Spijkerman, Henri. De Haringbuis, van herberg-tolhuis Het CJaverbiadt tot verkeersob- stakel en gered monument. Haerlem Jaarboek 1998; - Sterck-Proot, J.M. Geschiedenis van Aerdenhout. Haarlem, 1939; - Tijdschrift Ons Bloemendaal. Dit artikel is een bewerking van een scriptie van de post-HBO-opleiding Bouwhistorie en Restauratie aan de Hoge School van Utrecht (november 2005) De foto's zijn afkomstig van Diederik Six, AnneMarie ten Cate, Peter de Natris en het AvK. Ons Bloemendaal, 30e jaargang, nummer 1, lente 2006 23

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2006 | | pagina 23