besteld voor een staatsierijtuig van de familie Taets
van Amerongen.
De laatste Brederode koopt in 1820 een zilveren
blaker met daarop zijn wapen gegraveerd.
Van de Franse tijd afkomen hofdegens en eresa-
bels in zwang. Toen de prins van Oranje, de latere
koning Willem II, tijdens de onlusten met België
in de Gasthuisstraat te Brussel te paard over de bar
ricaden was gesprongen, kreeg hij als herinnering
daaraan van zijn echtgenote Anna Paulowna een
eresabel ten geschenke met 'matte gronden en ara
besques met zwart marquin schede' in een fraai
mahoniehouten foedraal.
Kleinere zilverwerken
Een paar voorbeelden van kleinere zilverwerken die perso
nen uit onze omgeving aanschaften:
In 1 824 schenkt de gerenommeerde Haarlemse kostschool
houder Willem van den Hull (1775-1858) aan zijn ouders,
bij gelegenheid van hun vijftigjarig huwelijksfeest, twee zil
veren bekers, van binnen verguld.
Mejuffrouw Suze Borski van Vaart-en-Duin koopt een zilve
ren vlalepel.
David Borski, later wonend op Lindenheuvel (nu Over-
beek), laat door Bennewitz een olie- en azijnserviesje met
zilveren beslag maken en ook nog een pleten (red bedekt
met een edelmetaal) likeurdrager.
Mevrouw Borski-Van de Velden van Elswout koopt twee zil
veren gebaksmandjes voor 130,-. Later levert Bennwitz
haar een gouden naaigarnituur, schaartjes, priem, naalden
koker, vingerhoed. De huishonden op Elswout krijgen zilve
ren halshanden van binnen met rood leer bekleed en op het
zilver gegraveerd: W. Borski, Elswout.
Koning Willem III looft in 1854 als eerste prijs bij een feest
van schutterijen op Zomerzorg te Bloemendaal, een zilveren
drinkhoorn uit.
Tot slot
Het is opvallend dat in het Bloemendaalse door de daarvoor
in aanmerking komende bewoners nooit grote zilverwerken
zijn aangekocht. Het kan zijn dat zij, bijna allen Amster
dammers, daarvan reeds waren voorzien. Hun aankopen
zouden dan kunnen worden beschouwd als aanvullingen op
voorhanden zilverbezit.
Ajour bewerkte broodmand Louis XV. Merk maker is onduidelijk, Borski-bezit.
(UitCatalogus veiling inboedel Duinlust, 1939)
danken aan zijn bekwaam
heid, zijn inventiviteit en
zijn gevoel voor kunstvor
men. De zilver/goudsmid
kunst van haar makers
Bennewitz Bonebakker
beeft zeer fraaie kunststuk
ken tot stand gebracht
maar ook talrijke voorwer
pen voor dagelijks gebruik
in een nog niet naar nivel
lering strevende maat
schappij.
Bronnen:
- Benthem, B.J. van: De werkmeesters
van Bennewitz Bonebakker,
Amsterdams grootzilver uit de
eerste helft van de 19e eeuw.
Uitgeverij Waanders 2004;
- Bijleveld, W.J.J.C.: Brieven van, aan
en over W. Borski I (1765-1814),
Leiden 1943;
- Gijsberti Hodenpijl, C.P.:
Napoleon in Nederland, Uitg. Erven
Bohn, Haarlem 1904;
- Wittewaal, B.W.G.: Nederlands
klein zilver (1650-1880). Uitg. Allert
de Lange B.V. 1987 Vinkenspeetje
Het is alles slechts een facet van de voorvaderlijke levenswij
ze onder de gefortuneerden. De nadagen mochten wij mee
maken. Voor de volgende generatie zal het onwerkelijkheid
zijn. Het zijn dingen die als zachte muziek voorbij zijn
gegaan als verwaaiend pluis. Bennewitz had zijn reputatie te
Ons Bloemendaal, 30e jaargang, nummer 2, zomer 2006
13