Gerard en Marie, nog vol illusies, verwachtingen en enthousiasme (uit Dozy) geven. Het werd een zeer bewogen zomer, die van 1891. Ik componeerde en tekende veel en genoot van de eenzame natuur waar je uren in het rond geen menselijke wezen ziet. Mijn moeder lag die zomer zwaar ziek. Ik componeerde in die tijd mijn vijf Moments musicaux, ik denk onder de indruk van haar toestand, waardoor ze een bijzondere gevoeligheid kregen. Dit werk, opus 11is dan ook veel verkocht, meer dan andere van mij. Het Leger des Heils, een intermezzo Von Brucken Fock zal steeds heen en weer geslingerd wor den tussen een bestaan als kunstenaar en een leven dat gewijd is aan sociale, ethische en ook religieuze problema tiek. Op de zojuist genoemde muzikale fase volgt nauwelijks een jaar later bijna wetmatig zijn besluit zich verdienstelijk te maken door zich bij het Leger des Heils aan te sluiten. Hij wordt heilsoldaat in Parijs. Zijn vrouw volgt hem, zij het na enig protest. In Frankrijk en Zwitserland trekken ze samen evangeliserend rond —een draaiorgeltje met zich mee tor send. Aan componeren komt hij nog wel toe maar nu beperkt tot het schrijven en toonzetten van liederen voor het Leger des Heils. Terug in Nederland Na betrekkelijk korte tijd, immers in 1895, verblijven ze weer in Nederland, herhaaldelijk veranderend van verblijf plaats. Zijn hang naar evangeliseren is niet geheel verdwe nen maar in deze levensfase overheerst toch de muzikale productiviteit. Van zijn vele composities zijn hier te noe men: Kerstcantate (1900), Paascantate (1901) en vooral zijn Préludes voor piano (1900/1901). In het najaar van 1904 wordt het voor hen gebouwde huis aan de Schulpweg in Aerdenhout opgeleverd. In dit Nieuw Eversdijk, zoals zij het noemen, zullen ze tot 1911/1912 woonachtig blijven. Dat ze hier weinig sociale contacten hebben is voor Geert geen probleem maar Marie voelt zich erg eenzaam. Voor hem is dit reden om, terwijl hij bij zichzelf een groeiend verlangen hiernaar bespeurt, zich nu eens niet in geestelijke zaken te storten. Hij beseft dat hij het risico loopt zo obses sief met het 'hogere' bezig te zijn dat zijn vrouw er wel eens diep ongelukkig door zou kunnen worden. Vandaar dat hij liever terugkeert naar 'het gewone leven'. Hij geniet van het schilderen in het ongerepte duingebied, maar vooral op muzikaal gebied is hij erg actief. Onder meer richt hij zich op het componeren van een oratorium (De Wederkomst van Christus)Een onderbreking vormen enkele buitenlandse reizen waarbij het echtpaar geniet van het con tact met leidende figuren op muzikaal gebied en ook van diverse optredens. Hij componeert vele liederen, onder meer voor Doris Walden, een zangeres uit Dresden. Ook andere orkeststukken komen tot stand, zoals twee Liederen van de zee voor orkest (1906)Klavierstukken, vijf Hollandse liederen, de Symphonie in Bes, en vele andere stukken. De schilder Oscar Mendlik had samen met zijn vrouw in 1902 in Amsterdam Geert von Brucken Fock leren kennen toen deze bij de violist Bram Eldering, een van hun vrien den, een uitvoering gaf. Als de Mendliks zich eveneens in 1904 in Aerdenhout vestigen, wordt het contact weer her vat. In zijn later opgeschreven herinneringen (1949) noteert hij hoe Geert von Brucken Fock hem nog zeer leven dig voor de geest staat. Hij weet nog hoe deze bij het genoemde huisconcert hem zei: "Ik hoorde van mijn vriend dat u zeeschilder bent, dan zullen u mijn kleine composities interesseren, die ik Zeestukjes noem." En Mendlik herinnert zich: 'Die stukjes waren juwelen, stemmingen, die hij o.a. in zijn geboortestreek Zeeland had ondergaan.' Over de jaren in Aerdenhout schrijft Mendlik voorts/Omdat 24 Ons Bloemendaal, 30e jaargang, nummer 2, zomer 2006

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2006 | | pagina 24