Villapark Duin en Daal 100 jaar Door Wim Post Ongeveer een eeuw geleden vond er rond Duin en Daal in Bloemen- daal een grote verandering plaats. Een nieuw fenomeen, overgewaaid uit Engeland, Duitsland, België en uit de VS, deed zich voor namelijk het exploiteren van villaparken. Op de eens zo rustige locatie van het landgoed Duin en Daal verrezen aan nieuwe wegen steeds meer villa s, met name rond het centrum ervan, de Hoge, Lage en Midden Duin en Daalseweg. Villapark Duin en Daal ontstond in 1 897/1898 met de aankoop van de voormalige buitenplaats Duin en Daal door de Binnenlandsche Exploitatie Maatschappij van Onroerende Goederen te Haarlem. Enkele jaren eerder was de laatste bewoner en eigenaar, J.WArnold (1813-1885), overleden en dat was de reden voor de verkoop van het ruim veertig hectare grote landgoed. Het Bloemendaalsche Park Het eerste villapark in Bloemendaal, een ontwerp van A.J. Ritter, werd in 1883 geëxploiteerd door de bouwmaat schappij Het Bloemendaalsche Park. Het villapark werd Gezicht vanaf de duinen naar Bloemendaal door Daniël Schellings, ca. 1650. Links op de achtergrond de Grote of St. Bavokerk te Haarlem met daarvoor de hervormde kerk van Bloemendaal. Rechts het torentje van hofstede Saxenburg en de omgeving van Duin en Daal en Huys te Bloemendaal, vroeger Aelberts- berg genoemd (NHA) ontwikkeld op de gronden van de voormalige buitenplaats De Buiten-Rijp, met als nieuwe wegen Rijperweg, Heuvel- weg en Parkweg, later gevolgd door Korte Parkweg, Saxenburgerweg, Parallelweg, later genoemd Dr. jac. E Thijsselaan, en Huijghens Backerlaan. Het tweede villapark, Duin en Daal, werd dus geëxploiteerd door de Binnen landsche Exploitatie MaatschappijAl snel zouden meerdere maatschappijen dit voorbeeld volgen waardoor het inwo neraantal enorm toenam. Gezicht in de buitenplaats Duin en Daal rond 1800 (NHA) In het verleden Aan het einde van de 16de eeuw bevinden zich op de gronden van het tegenwoordige Duin en Daal tegen de duinvallei enkele blekerijen en weilanden. Niet vreemd overigens, want zowel in het dorp Bloemendaal als in Overveen, maar ook daar buiten, waren blekerijen in ruime mate aanwezig. Het bleken van het geweven linnen en gesponnen garen was een belangrijke tak van nijverheid geworden, mede door de vestiging van vele Vlamingen. Door oorlogsgeweld en stagnatie in de economie waren deze blekers naar hier uitgeweken.Gedurende de 1 7de eeuw bereikte deze tak van nijverheid een hoogtepunt maar in de 18de eeuw nam deze nering weer af. Eind 16de eeuw zijnArent Pietersz. Deyman, oud-burge meester van Haarlem, en Claes Arisz. de eigenaars van de waterrijke gronden van het toekomstige Duin en Daal en naastgelegen Saxenburg. In 1617 begint de vermogende Haarlemse bierbrouwer Joost Vergraft geleidelijk aan deze gronden voor een groot deel aan te kopen. In 1628 is hij in staat om ten noorden van Duin en Daal, aan het einde van de Mollaan tegenover de huidige Bloemendaalse School Vereniging, de hofstede Saxenburg te bouwen. Maar ook daarna gaat Vergraft door met aankopen van onroerend goed. In 1 63 7 blijkt dat Vergraft teveel geld heeft uitgegeven en in de problemen is gekomen. Het gevolg is dat hij de gronden rond zijn hofstede moet verkopen, waaronder twee grote blekerijen en de helft van het meer Duin en Daal. Op 1 1 februari 163 7 komen deze gronden in bezit van de blekers Jac.Reijersz. en Otto Fransz. van Floodorp en op 27 juli 1672 gaan die voor 18.500 gulden over naar Jan Claesz. Bra, eveneens bleker: een complete lijnwaadblekerij met woon- en looghuis, waskamer en alle andere gebouwen, timmerage en boomgaerd te Aelberts- berg (Bloemendaal) en een stukje rietland strekkende van het meer van de heer ChristoffelThijs van Saxenburg. Ons Bloemendaal, 3 1e jaargang, nummer 2, zomer 200 7 15

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2007 | | pagina 15