De huidige brug dateert van 1923 en is in 2005 vervangen
op de bestaande landhoofden. Bij herberg De Witte Hond,
Herberg De Witte Hond (Foto:GAH)
even bezuiden de Vogelenzangse dorpskern was een stop
plaats voor de trekschuit en op de grens van Vogelenzang en
Hillegom ligt en lag de Bartenbrug.
Buitenplaatsen
Aan de Leidsevaart, tussen Haarlem en Leiden, vinden we in
de gemeente Heemstede verscheidene buitenplaatsen, zoals
Oud-Berkenroede, Berkenrode, Ipenrode, Huis te Manpad
en de Hartekamp met de Herenweg aan de voorzijde en
met (vroeger) aanlegsteigers aan de Leidsevaart als grens
van achteren. Voorts Huis te Bijweg in Bennebroek en aan
de westzijde verder Boekenrode, Ley duin, Woestduin en
Croesbeek, grotendeels onder Aerdenhout en Vogelenzang.
De Zweedse reiziger Bengt Fermer, die belangstelling had
voor zijn landgenoot Carl von Linné (Linnaeus) welke
geleerde in 1736-1737 bij George Cliffort als lijfarts en
hortulanus werkte, noteerde in zijn dagboek op 20 juni
1 759 na aankomst bij de Hartekamp: "Hier zag men ook
een mooie grot, een fontein, een menagerie en vrolijke
wandelwegen, die naar de Vaart leidden, waardoor de trek
schuiten naar Leiden en Haarlem voeren." In 1 743 kreeg de
toenmalige eigenaar van Teylingerbosch (Huis te Vogelen
zang) de Amsterdammer Pieter Beck, van de commissaris
sen van de Leidsche trekvaart toestemming om herstelwerk
zaamheden te verrichten aan de steiger en de beschoeiing
van de vaart voor zijn hofstede. Passagiers konden hun
benen strekken of zich laven in herberg De Witte Hond.
Onderhoud
In 1880, toen de reguliere trekschuitverbinding al ongeveer
20 jaar was opgeheven,
werd overeengekomen
dat Leiden de weg langs
de Haarlemmertrekvaart
tot Halfweg nabij station
Lisse zou onderhouden
en de stad Haarlem het
resterende deel van de
Leidsche Vaart. Haarlem
bleef formeel tot 1932
eigenaar van de vaart bij
Bennebroek/Vogelenzang.
Over het onderhoud van
de vaart, de walkanten
en de weg ontstonden
in de loop van de jaren
veel meningsverschillen,
vooral over wie voor de
kosten opdraaide. Het
gevolg was dat nogal eens
sprake was van achter
stallig onderhoud.
Bronnen en literatuur
- Heerlijkheidsarchief Heemstede, in Noord-Hollands Archief, Haarlem
- G. van Duinen, De Leidsevaart, in: De geschiedenis van de
heerlijkheid Berkenrode, VOHB, 1959, blz. 68-72
- J.W Groesbeek, Bennebroek; beeld van een dorpsgemeenschap, 1982
- S.J. Fockema Andreae, De trekvaart Haarlem-Leiden driehonderd jaar, in:
Jaarboek Haerlem 1957-1958, blz. 76-83
- M. Smitsloo-de Graaff,Tussen tol en trekvaart; 350 jaar het monument,
het water en de mensen, Haarlem-Leiden., 2007
- M.Verkaik, Van overzetje naar Centenbrug, in: Ons Bloemendaal, 21e
jaargang, winter 1997, blz. 19
- A.Versprille, 'De Haarlemmervaart 300 jaar, in: Jaarboekje voor geschie
denis en oudheidkunde van Leiden en omstreken 1958-1959, blz. 114-126
- P. Wetsema, Dit schilderij hoort hier in Halfweg thuis, Haarlems Dagblad
14 juni 1991
- Blauwe ader van de bollenstreek, 350 jaar Haarlemmertrekvaart-Leidse-
vaart 1657-2007, 2007
- Informatie van o.a. mevrouw Marca Bultink en mevrouw Ina Mostert
Veel afbeeldingen zijn te vinden op de website www.leidsevaart.nl
Ons Bloemendaal, 3 Ie jaargang, nummer 2, zomer 2007
9