Gravin Jacoba van Beieren, houten beeldje ca 1470
(Rijksmuseum Amsterdam)
door de inname van de Egyptische stad Damiate (1219).
Kortom: een figuur van formaat, die best een laantje
verdient, maar dat geldt niet minder voor zijn kleinzoon
Willem II (1227-1251). Nog meer dan zijn grootvader was
hij een vorst van Europese statuur, hetgeen wel blijkt uit zijn
verkiezing tot rooms-koning van het Duitse Rijk in 1247.
Negen jaar later zou hij door paus Alexander IV tot keizer
gekroond worden maar de ongelukkige afloop van zijn
veldtocht tegen de weerbarstige Westfriezen verijdelde dat
grootse plan. Bij Hoogwoud zakte hij door het ijs en werd
smadelijk door boerenpummels afgemaakt.
Henegouwen, Beieren en Bourgondië
De bewoners van de Graaf Janlaan hebben niets te kiezen als
ze zich houden aan het raadsbesluit, want er stamt maar één
graaf van die naam uit het Hollandse Huis. Jammer, want
deze zoon van FlorisV is geen vernoeming waard. Jan I re
geerde min of meer van 1296 tot zijn vroege dood (hij was
15) in 1299; daarmee kwam ook het Hollandse Huis aan
zijn eind. Met zijn meer vernoemingswaardige opvolger Jan
II van Avesnes deed het Henegouwse Huis zijn intrede maar
dat geslacht vinden we in Vogelenzang alleen terug in de
Gravin Margarethahof. De naamgeefster (131 1-1356) was
de dochter van de invloedrijke Willem III de Goede',graaf
van Holland, Zeeland en Henegouwen, en de Franse prinses
Johanna vanValois. Zij werd uitgehuwelijkt aan de Duitse
keizer Lodewijk IV 'de Beier' uit het geslacht Wittelsbach,
en zo geraakte het graafschap in het Beierse Huis.
De naam van hun zoon vinden we terug in de Graaf Al-
brechtlaan. Albrecht van Beieren werd geboren in München
in 1336, en volgde de gek geworden graaf Willem V op
in 1358. Hij raakte lelijk verstrikt in de ingewikkelde strijd
tussen Hoeken en Kabeljouwen, niet in het minst door zijn
riskante verhouding met de verleidelijke Aleida van Poel
geest, die in 1392 op het Binnenhof werd vermoord door
de gebroeders Die Blote. Albrecht zelf stierf in 1404.
Over de vernoeming van de Gravin Jacobahof kan geen
misverstand bestaan, want Albrechts kleindochter Jacoba
van Beieren (1401-1436) is nog altijd een ikoon van de
vaderlandse geschiedenis; denk maar aan de kannetjes en de
valkenjacht. Ook zij werd voortdurend gemangeld tussen
Kabeljouwen, Hoeken en de met die partijen verbonden
mogendheden, totdat zij in 1433 al haar graafschappen
moest overdragen aan Filips de Goede, hertog van Bourgon
dië. De beklagenswaardige vrouw levert nog steeds 2530
googlehits op, terwijl haar overmachtige kwelgeest amper
het dubbele krijgt, ondanks zijn internationale roem en
betekenis.
We mogen er wel van uit gaan, dat de Graaf Filipslaan aan
deze vorst (1396-1467) haar naam te danken heeft, want
de raad wilde expliciet een Bourgondiër eren. Daarmee val
len de overige vier Filipsen die tot 1648 met goed recht de
grafelijke titel van Holland konden voeren af. En dat is maar
beter ook: Filips was een man van grote kwaliteiten, en ach
teraf gezien de onopzettelijke grondlegger van de eenheid
der Nederlandse gewesten.
34
Ons Bloemendaal, 32e jaargang, nummer 1, voorjaar 2008