De Connectie Bloemendaal-Indië
Predestinatie of toeval Een feit blijftdat eengroot aantal I ndiëgangers
zich in Bloemendaal heeft gevestigd of er na de oorlog naar gerepatrieerd
is. Voor mijnfamilie is deze Bloemendaal-lndië connectie al ruim 150
jaar geleden gestart en dit geldt voor een groot deel van de Indische
Bloemendalers.
De teloorgang van de VOC, gevolgd door de
Frans-Engelse periode [1805-1814]
Nederland - Indië in de i9de eeuw
Vaders familie in de 19de eeuw [1840-1900]
Door Joost de Boer
De VOC-periode kenmerkte zich door versterkte
handelsposten in de havens en het verkeer over zee met
zeilschepen. Maar de VOC ging min of meer failliet en
de handelsposten raakten in verval. Pas met komst van
Daendels en Raffles (1807-1814) werd begonnen met het
herstel en de ontsluiting van het achterland. Waar tot dan
toe de lokale regenten en adel volgens de adat regeerden,
begonnen de Europeanen steeds meer eigen regels in te
voeren. Dit met het doel om meer grip op productie en
levering van de tropische producten te krijgen.
Koning Willem I bevorderde deze ontwikkeling door
de oprichting van de Nederlandse Handels Mij en de
invoering van het cultuurstelsel. Zo kon men aan de
groeiende behoefte aan producten als suiker, koffie, thee
(naast de specerijen), maar ook rubber, sisal, kokos, palm
en olie voldoen. Om dit bestuurlijk en operationeel voor
elkaar te krijgen, waren naast de nodige investeringen
ook zelfstandige ondernemers (planters), bedrijfsleiders,
bouwkundigen en officieren nodig. Daardoor veranderden
in de 19de eeuw de omstandigheden en de verhouding
Nederland-lndië ingrijpend. In het begin waren er de
verouderde zeilschepen, die in meerdere maanden nog
om de Kaap voerden. Het kon 5 tot 6 maanden duren
voor er over en weer contact was. Het kon iets sneller:
per ijlbode naar Marseille, via de Middellandse Zee naar
Egypte, vervolgens over land naar de Rode Zee, verder
over zee naar Indië en vice versa terug naar Nederland in
circa tweederde van de eerdergenoemde tijd. Door de
komst van de snelle klipperschepen en vervolgens de
stoomschepen rond 1850, ging het echter steeds sneller.
De echte doorbraak kwam pas met de opening van het
Suezkanaal in 1872. Die viel samen met de industrialisatie
eind 1800: stoommachines, gasverlichting, elektriciteit,
telefoon, telegrafie en auto's.Tegelijkertijd maakten de
verbeterde hygiëne en niet te vergeten de geweldig sterke
economische groei het werken en leven in Indië steeds
aantrekkelijker.
De eerste familieleden die naar Indië gingen, waren
officieren uit de familie van mijn grootmoeder van vaders
kant, die het avontuur zochten en promotiedrang hadden.
Mijn overgrootvader verhuisde tegen zijn pensionering
met zijn vrouw, twee dochters en een zoon vanuit Arnhem
naar Amsterdam. Mijn grootmoeder en haar zuster kregen
rond 1875 een Franse opvoeding op het meisjesinternaat
op het Kopje.Tot het begin van de 20ste eeuw werd in
de familie onderling Frans gesproken en geschreven. Dit
was dus het eerste contact met Bloemendaal! De familie
woonde aan de Prinsengracht. Daar genoot men van
het sociale leven met zijn soirees en partijen. Zowel mijn
grootmoeder als haar zuster kwamen op deze manier in
22