Een heilig huis
Op zoek naar de datering
Ingangspartij van de kerk met
het detonerende bord (foto
Amal Ahmed)
Dat zich enige niveauverandering heeft voorgedaan is
goed mogelijk, maar dat die een rol gespeeld heeft bij
de plaatsing van het opschrift bij de ingang moet ten
zeerste worden betwijfeld. Een belangrijk argument
in dat verband is, dat het Predikerwoord een tamelijk
gangbare vermaning vormt bij kerkingangen. Veel
voorbeelden daarvan zullen wel verloren zijn gegaan,
vooral wanneer de tekst op losse planken is aangebracht,
zoals in Bloemendaal. Niettemin vonden we zonder veel
moeite identieke opschriften in vier Nederlandse kerken,
namelijk in die van Middelbert (1731) en Westerlee (1776)
in Groningen, Jorwert (2e helft 18e eeuw) in Friesland en
in de afgebroken kerk van Charlois (datering onbekend)
bij Rotterdam. Nog iets verder de blik richtend kunnen
daar gemakkelijk tientallen voorbeelden in Duitsland en
ook in Engeland naast worden gezet. Uiteraard gaat het
bij al deze kerken niet telkens om lastige op- of afstapjes!
Waarom dan wel? Vanzelfsprekend om de diepere zin van
het bijbelvers. Daarover bestond bij de commentatoren
sinds de vroege Middeleeuwen weinig verschil van
mening. De bewoording op de plank is die van de
Statenvertaling van 1637. De Bloemendalers die de tekst
boven de ingang lieten aanbrengen, zullen stellig ook
de gezaghebbende uitleg van deze vertaling voor ogen
hebben gehad. Die luidt als volgt:
De sin is: hebterachtop waer ghy gaet als ghy nae
den Tempel gaet; ghy en gaet niet nae eene gemeyne
plaetse, maer nae een plaetse die heylich is ende heyligen
dingen toege-eygent: So datmen daer moet verschijnen
in ootmoedicheyt ende met eerbiedinge als voor Godes
aenschijn.
De voet is een pars pro toto en staat voor de hele mens:
het vers roept de gelovige op tot diepe eerbied voor
het heilige huis, dat hij op het punt staat te betreden.
De kerk is niet zo maar een gebouw, maar een heilige
plaats, bestemd voor heilige zaken, waar men zich
dient te gedragen, alsof men voor God zelf staat. Zware
woorden van de contra-remonstrantse commentatoren,
die overigens niet misstaan bij dit bijbelboek, vol
van godsvrees en menselijke nietigheid. En woorden
waarmee bezwaarlijk de gedachte kan worden
gecombineerd aan zwikkende voeten bij lastige afstapjes.
Wanneer is het bord met de vermaning van Prediker
aangebracht? Bijna zeker niet bij of kort na de bouw
van de kerk. Daarvoor disharmonieert de plank te sterk
met het zorgvuldige ontwerp van de ingangspartij. De
zeer fraai gemetselde korfboog met de rode op maat
behakte bakstenen wordt door het bord op grove wijze
doorsneden en gedeeltelijk afgedekt. Op deze boog
boven de deur, op zichzelf een opmerkelijk element
in een kerk waarin wij de hand van een representant
van het Haarlemse classicisme menen te herkennen
en die voor het overige alleen rondbogen kent,
komen we in een ander verband nog uitvoerig terug.
Voor het moment volstaat het vast te stellen, dat de
opdrachtgevers tot zo'n afgewogen classicistisch gebouw
als de Bloemendaalse kerk de plank verafschuwd zouden
hebben, ook al getuigde de aangebrachte tekst van nog
zoveel vroomheid.
Het bord is evenmin in de jongste tijd opgehangen.
We zagen al dat de schilder van de huidige plank
waarschijnlijk een ouder bord als voorbeeld heeft gehad,
26 www.onsbloemendaal.nl nr. 1 voorjaar 2012