Kasteleins
Van Ouds het Raadhuis
Latere kasteleins hebben de dorpsbestuurders in elk
geval genoeg te bieden gehad. Een bekende waard
was Herman Timmer, die in 1792 aantrad en de herberg
uitbouwde tot een bloeiend bedrijf, met een grote
keuken, een welvoorziene wijnkelder, 12 kamers en een
wagenhuis. Later liet hij er ook nog een gemetselde
overdekte kolfbaan bij optrekken.
In 1817 werd de zaak overgenomen door een nog
kleurrijkere figuur, de waard Jan Christiaan Sprenger
(1769-1832). Onder zijn bewind werd het Rechthuis een
geliefde pleisterplaats voor vrolijke gezelschappen zoals
het Heerengezelschap Sint Hubert, waarin we grote
namen als Hartsinck, Barnaart en Kops zien prijken. De
heren legden zich, men raadt het al, gezamenlijk toe op
de jacht. Sprenger was zelf ook een fervent jager.
Een ander gezelschap dat graag het Rechthuis aandeed
was het dichtlievende Haarlemse genootschap
Democriet, dat er in 1814 ook zijn 25-jarig bestaan
vierde. Voor deze gelegenheid liet het prominente
lid Jan van Walré een lijvig dichtwerk uit zijn pen
vloeien:'Democritische Keuken- en Kelderlof: Silphio te
Parahéléos in twaalf zangen toegezwaaid'.'Parahéléos'is
een scherts-vergrieksing van Overveen, en met'Silphio'
was ongetwijfeld kastelein Sprenger bedoeld. Niet
altijd was Van Walré zo tevreden. Een hem door de neus
geboorde vismaaltijd gaf hem aanleiding tot de milde
boutade op pagina 2.
Onder Sprenger kreeg het Rechthuis ook een
economische functie. Regelmatig organiseerde hij
er veilingen van agrarische voortbrengselen van de
omringende buitenplaatsen: rogge, haver en gerst,
Bloemendaalse kool, bonen en veldsla. Later werd
het huis vooral een trefpunt voor de Overveense
bloembollenkwekers, die er eveneens veilingen hielden.
Eén vaste klant raakte het Rechthuis wel kwijt. In
de Bataafs- Franse tijd, en ook nog in de eerste
drie decennia van het koninkrijk, bleven de
gemeentebestuurders (nu burgemeester en 'assessoren'
geheten) er vergaderen. Maar in 1846 betrokken ze een
écht raadhuis, een charmante creatie van J.D. Zocher
jr., aan de overkant van de Bloemendaalseweg, in 1937
helaas gesloopt.
Herberg De Swaen werd herdoopt in Van Ouds het
Raadhuis, en zo heet het nog steeds, zij het in een
andere gedaante. Het oude gebouw viel in 1905 onder
de slopershamer en op de zelfde plaats verrees het
bouwwerk van architect S.P. Rijnierse dat er nu nog
staat. Wat zich daar allemaal heeft afgespeeld leest u in
het artikel van Piet van der Ham.
Litho van Blommers, 1857. Rechts het Raadhuis van Zocher, links Vanouds het
Raadhuis, daartussenin het tolhek.
18 www.onsbloemendaal.nl nr. 2 zomer 2013