Jan Cornelis Mol (1891-1954)
pionier van de wetenschappelijke film
www.onsbloemendaal.nl nr. 1 voorjaar
J.C. Mol en cameraman Chr. Pointl
Inge de Wilde
Jan Cornelis Mol specialiseerde zich als een van de eerste Nederlandse cineasten in
wetenschappelijke films. Molenig zoon van eenfruitkweker uit Venhuizenwas na de HBS en
de tuinbouwschool korte tijd werkzaam in het bedrijf van zijn vader. Spoedig besloot hij echter
van zijn grote hobbyde fotografie, zijn beroep te maken. Hij verhuisde in 1921 met zijn gezin
naar de Duinwijckweg 5 in Bloemendaal en werd directeur van NV Focus, de Bloemendaalse
uitgeverij vanfotoboeken en -tijdschriften van Adriaan Boer op de Kleverlaan 21. In diens
fototijdschrift Focus. Maandblad voor Amateur-photographie, opgericht in 1914 publiceerde
Mol foto's en artikelen, eerst over fotografie, maar allengs over cinematografie.
Bureau voor Wetenschappelijke
Kinematografie
In september 1923 nam Mol na onenigheid
met Boer ontslag als directeur bij Focus
en begon in 1924 het Bureau voor
Wetenschappelijke Kinematografie in een
houten gebouw aan de Zomerzorgerlaan 29 in Bloemendaal,
naast het woonhuis van Henriette en Richard Roland Holst-
van der Schalk. Samen met de Leidse bioloog dr. W.H. van
Seters slaagde hij erin opnamen te maken van micro
organismen en kristallen en met door hemzelf ontwikkelde
technieken legde hij langzaam ontluikende bloemen vast.
In 1924 waren zijn eerste belangrijke documentaires klaar
over Anthony van Leeuwenhoek, waarin de werking van
de microscoop werd uitgelegd en de in opdracht van het
Rode Kruis gemaakte MalariaElm, met microscopische
beelden van de malariamug. Het was het begin van een
lange serie wetenschappelijke films, waaronder Uit het rijk
der kristallen (1928), dat een eervolle vertoning kreeg in de
Parijse avant-garde bioscoop Studio 28. De voorstelling was
gearrangeerd door Abel Gance, de man die het jaar ervoor
zijn megaproduktie Napoléon had gerealiseerd.
Haarlemse afdeling van de Filmliga
Uit de aard van Mols werk vloeiden contacten voort met
H. Lorentz, curator van Teylers Museum, Jac. P Thijsse en
Adolphe Burdet (1860-1940), een Zwitser die in Bloemendaal
trouwde met Olga van der Vliet, nazaat van de Borski's van
Elswout. In zijn overvloedige vrije tijd was ook Burdet gaan
filmen en hij werd een pionier op het gebied van vogelfilms.
Bij de vertoning daarvan voor Natuurmonumenten trad
Thijsse geregeld op als explicateur. Burdet en Thijsse
behoorden met Lodewijk van Deyssel en jhr. A.W.G. van
Riemsdijk ook tot degenen die adhesie betuigden aan het
idee van Mol en zijn cameraman Christian Pointl om ook in
Haarlem een afdeling van de Filmliga op te richten. Succesvol
werd het initiatief niet. Na één seizoen werd de Haarlemse
filmliga alweer opgeheven.
www.onsbloemendaal.nl nr.1 voorjaar 2015 19
'Multifilm' aan het Spaarne
In 1928 had Mol behoefte aan uitbreiding. Hij bleef in
Bloemendaal wonen maar zijn filmbusiness verhuisde naar
het pand van de ter ziele gegane Hollandia-fabriek aan
het Spaarne 57-59. 'Multifilm', zoals het nieuwe initiatief
heette, werd financieel gesteund door onder anderen
de Bloemendaler Adriaan Stoop, mr. P. Tideman en Jac.P.
Thijsse. Er verschenen films als De bloedsomloop (1928), De
tandarts op school (1928) en 'Slachtoffer van het vleescheten
(1930), een propaganda film voor het vegetarisme. In 1932
verhuisde Multifilm van het Spaarne naar het Kenaupark.
Ook Mol merkte dat met de komst van de geluidsfilm eind
jaren twintig filmen duurder werd, waardoor hij vooral
opdrachtfilms ging maken, zoals Een dag Lichthoeve (1932)
over een tehuis in Santpoort voor 'tijdelijk onverzorgde
kinderen' Altijd welkom (1935) ging over de Droste-
fabrieken, Ko, de lachende koe (1935) over 'De Friesche
Vlag' en Invloed van verschillende prikkels op hartwerking
en circulatie (1935) werd gemaakt in opdracht van de
Nederlandsche Bond tot Bestrijding van Vivisectie. De film
werd, opmerkelijk genoeg, door de Centrale Commissie
voor de Filmkeuring niet toegelaten voor openbare
vertoning. Voor universiteiten realiseerde Mol medische
films en samen met zijn collega Dick Laan regisseerde hij
de opdrachtfilm De Vrije Universiteit (1935). Mols echtgenote
Rensina Coster, met wie hij in 1918 was getrouwd, speelde
in 1929 de rol van moeder van Boy in de gelijknamige film
van Dick Laan. Mol en Laan ontmoetten elkaar ook in het
bestuur van 'De Nederlandsche Smalfilmliga', opgericht
in 1931, waar ook de invloedrijke Mannus Francken bij
betrokken was.
Nederlands-Indië
Mol was lang voorzitter van de in 1908 opgerichte
'Bloemendaalsche Amateur Fotografen Vereeniging' en in
het Jeugdhuis aan de Donkerelaan vertoonde hij net als
Dick Laan geregeld zijn films. In de jaren dertig verzorgde
hij enkele avonden voor het Dinsdagavondgezelschap
(DAG), een in 1916 opgericht Haarlems discussiegezelschap.
Ter gelegenheid van het uitbrengen van zijn honderdste
film Het vruchtbare land (1939) schreef het Haarlems
Dagblad een lovend stuk over Mols oeuvre. Hij vertrok
kort daarna voor een nieuwe opdracht naar Nederlands-
Indië en liet het werk in Haarlem over aan zijn rechterhand
E.J. Verschueren. Door de oorlogsomstandigheden was
terugkeer naar Nederland onmogelijk. Mol verbleef lange
tijd in een Japans interneringskamp wat zijn gezondheid
geen goed deed. In 1949 kwam hij terug maar hij was
te zwak om weer met energie aan het werk te gaan. Hij
overleed in 1954 in Heemstede.
Zijn bedrijf Multifilm werd in 1958 met Polygoon Profilti en
Interfilm samengevoegd tot Cinecenter in Hilversum.
Archief
Eye-filminstituut, archief G. Donaldson, dossiers Maurits Binger en Dick Laan
Literatuur
- Egbert Barten, Geoffrey Donaldson. Een leven voor de film (Geoffrey Donaldson Instituut Noord-Scharwoude 2013)
- Ruud Bishoff, Hollywood in Holland. De geschiedenis van de Filmfabriek Hollandia 1912-1923 (Amsterdam 1988)
- Karel Dibbets en Frank van der Maden (red.), Geschiedenis van de Nederlandse Elm en bioscoop tot 1940
(Het Wereldvenster Weesp 1986)
- Bert Hogenkamp, 'J.C. Mol en Multifilm: wetenschap en bedrijf', in: De Nederlandse documentaire Elm 1920-1940
(Van Gennep Amsterdam 1988) 97-108
- Bert Hogenkamp, 'Jan Cornelis Mol (1891-1954), in: BiograEsch Woordenboek van Nederland
- Bert Hogenkamp en Paul Kusters, J.C. Mol. Een ElmograEsch en bibliograEsch overzicht van zijn Nederlandse werk (Hilversum 2000)