Het ontbreekt in het ruimtelijk beleid van de gemeente aan duidelijke en goed hanteerbare spelregels" Max van Aerschot: Zienswijze op de ontwikkeling van Haarlem in context met het 'Ommeland'. www.onsbloemendaal.nl nr. 2 zomer 2015 Max van Aerschot studeerde bouwkunde in Delft en Amsterdam, en startte in 1981 zijn eigen architectenbureau. Sinds 1990 werkt hij in Haarlem, en wel het liefst aan grote, dus lang lopende projecten zoals het door hem ontworpen stadskantoor aan de Raaks en de Gedempte Oudegracht, en het ING- kantoor als onderdeel van het plan Raaks. Als het even kan op fietsafstand van zijn woonplaats, Bloemendaal. Ook het ontwerp van de verbouwing van de bekende Drostefabriek komt van zijn bureau. Op de vraag of een bouwproject er voor hem zelf uitspringt of hem extra dierbaar is, geeft hij aan dat een project eigenlijk niet meer van jezelf is omdat veel partijen en wensen een rol spelen in de uitkomst. Door de looptijd van een project, vaak 7 tot 12 jaar, wordt het natuurlijk wel een beetje je kindje. In 2007 werd hij voor vier dagen per week benoemd tot stadsbouwmeester van de afdeling Ruimtelijk Beleid, als adviseur van het college van B&W. Voordien kende Haarlem 'stadsarchitecten', onder wie bekende namen als G. Friedhoff, N. H. Andriessen en L. C. Röling. Max van Aerschot ziet zijn taak breder: hij profileert zich met een zienswijze op de ontwikkeling van de hele stad in context met het 'ommeland', waarvan onze dorpen prominent deel uitmaken. In deze functie is hij meer stedenbouwer dan architect Binnenkort verschijnt van zijn hand bij de Stichting Nieuwe Gracht Producties de Stadsplattegrond Haarlem 2052, en dat wordt, zoals de titel al doet vermoeden, een visionair boek. Spelregels We leggen Max van Aerschot de bovenvermelde, Ons Bloemendaal verontrustende zaken voor. Als Ons Bloemendaal zien wij graag dat nieuwbouwprojecten op de een of andere manier aansluiten bij de bestaande omgeving en de bijzondere kenmerken van Bloemendaal, de ruimtelijke kwaliteit, ondersteunen en versterken. Dit geldt nog sterker als er in de nabijheid van een monument of op een landgoed met reeds bestaande monumentale bebouwing wordt bijgebouwd. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld de bebouwing op het voormalig Provinciale ziekenhuisterrein Meer en Berg, en Landgoed Alverna. Wat bijvoorbeeld bij Meer en Berg is misgegaan, meent Max van Aerschot, is een gebrek aan regie met betrekking tot het gemeenschappelijk terrein. Een gebrek aan tijdig overleg, afstemming met en participatie van alle belanghebbenden. Je moet in de initiatieffase met elkaar kijken wat je daar nu wilt, er afspraken over maken en elkaar daar ook aan houden. Het ontbreekt in het ruimtelijke beleid van de gemeente aan duidelijke en goed hanteerbare spelregels. Je moet van tevoren met elkaar afspreken wat je wilt en waaraan je gaat toetsen. Het ontbreken daarvan kan leiden tot gebrek aan regie en afstemming, zoals bij Meer en Berg, of tot willekeur, zoals in het optreden van de Welstandscommissie in het geval van de nieuwbouw bij de Bloemendaalse dorpskerk. Dit gaat hoe dan ook veranderen. Het huidige systeem met de welstandscommissie werkt nog volgens een format uit het begin van de vorige eeuw en www.onsbloemendaal.nl nr.2 zomer 2015 functioneert in de huidige tijd niet meer. Als in de nabije toekomst, waarschijnlijk rond 2018, de op stapel staande omgevingswet van kracht wordt, zullen de welstandscommissies dan ook verdwijnen. In Haarlem is dat overigens al gebeurd. Hoe gaat het daar dan? Op zijn instigatie is in de gemeente Haarlem in 2008 een 'Nota ruimtelijke kwaliteit' ingevoerd. Die bevat een tiental 'gouden regels': ruim geformuleerde spelregels met betrekking tot het ruimtelijke kwaliteitsbeleid voor de bebouwde omgeving en de openbare ruimte. Tegelijk werd een adviescommissie ruimtelijke kwaliteit opgericht, die tot taak heeft alle aan het gemeentebestuur voorgelegde aanvragen en projectvoorstellen te toetsen aan die spelregels. Dat resulteert in een advies aan het gemeentebestuur, dat op basis daarvan met recht en reden een besluit kan nemen. De welstands- en de monumentencommissie werden opgeheven. Ook in Bloemendaal Zou een dergelijke aanpak ook in Bloemendaal kunnen werken? Zeer zeker, meent Max van Aerschot. Net als in Haarlem zou je een raamnota kunnen opstellen, met nadere uitwerkingen voor de verschillende dorpskernen want je moet altijd rekening houden met specifieke omstandigheden. Zo krijg je de gewenste spelregels, die je zou kunnen toepassen op nu voorliggende projecten als de verdere bebouwing van Boekenroode in Aerdenhout, het complex van de Stichting Vogelenzang in Bennebroek en het complex PWN/ Rheinwaterpark in Overveen. Op het stuk van de monumentenzorg zou Bloemendaal baat hebben bij een van een gemeentelijke Nota ruimtelijke kwaliteit afgeleide Nota erfgoed en ruimte, waarin wordt vastgelegd wat je wil bewaren voor het nageslacht. Uit zo'n nota zou bijvoorbeeld een logisch en consequent beleid ten aanzien van de naoorlogse Regionale aanpak Nog beter zou het volgens hem zijn als het ruimtelijke beleid in een regionale context tot stand zou komen, voor Haarlem en ommeland, met een regionale Nota ruimtelijke kwaliteit en adviescommissie. Aanstelling van een 'regiobouwmeester' als onafhankelijke en suprasectorale adviseur van de gemeentebesturen én van andere belanghebbenden zou een voor de hand liggende volgende stap zijn. Een regionaal beleidskader zou bijvoorbeeld dienstig zijn bij de aanpak van het probleem van de Westelijke Randweg. Deze verkeersader veroorzaakt vervuiling en geluidsoverlast, knelt Haarlem aan de west- en Overveen aan de oostzijde af. Dat kan beter. Je zou er een soort Spanjaardslaan van kunnen maken, dan kan de overgang van de stad naar het buitensteedse gebied weer als vanouds mooi verlopen. Je zou dan ook de oude van west naar oost lopende waterlopen kunnen herstellen, waarmee tegelijk de huidige afwateringsproblemen zouden worden opgelost. Voorlopig is er geen geld voor de nodige tunnels, maar over een periode van zo'n 40 jaar zie ik dit wel gerealiseerd. Hoe moet het met de bereikbaarheid van Bloemendaal? Daar heeft hij ook ideeën over. Hij ziet mogelijkheden om een snellere aanrijroute via Haarlem te realiseren. Belangrijk genoeg, want daarmee wordt het voor kapitaalkrachtige lieden in de regio Amsterdam weer aantrekkelijk om in Bloemendaal te gaan wonen en zo zouden onze mooie oude villa's ook in de toekomst bewoond kunnen blijven. Zo ver is het nog niet. Vijf jaar geleden heeft Max van Aerschot de verschillende gemeentebesturen zijn plan voorgelegd, ook met het oog op de komende omgevingswet. Ze reageerden niet afwijzend, maar voerden wel elk een andere reden aan waarom het op dat moment niet opportuun was voor hun gemeente. Maar intussen zijn er verkiezingen geweest en nieuwe raden en colleges aangetreden, dus: wie weet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2015 | | pagina 22