Rallye Automobile Mqnte-Carlo
WillemZweertsdeJong(i8/i-i959]uit Bennebroekwas eengrootautoliefhebber.Na
zijntropenjarenbijdemarineinhetbeginvan de twintigsteeeuwbereedhij met grote
sportwagensde Europese wegenennameenpaarkeerdeelaande RallyvanMonte Carlo.
Peter van der Werff
www.onsbloemendaal.nl nr. 3 najaar 2015 31
n de garage naast zijn hoge
huis Vredenhoef, op de hoek
van de Rijksstraatweg en de
Bennebroekerlaan, keek ik
als kind wel eens rond en
zag, als ware trofeeën, oranje
borden hangen met de woorden
Rallye Monte Carlo en een groot
nummer erboven. Door die nummers
leek het een eigenaardig soort
kentekenplaten. Bij gelegenheid vroeg
ik naar de herkomst. Het bleek dat de
oude heer Zweerts de Jong in de jaren
dertig aan de rally had meegedaan en
dat de deelnemers die oranje borden
op hun auto's bevestigden. Aan het
fervente autorijden was hij begonnen
na zijn tijd als gezaghebber bij de
Nederlandse Marine in Nederlands-Indië.
Hij voer onder meer vanaf de zuidkust
van Nieuw-Guinea met zijn schip een
rivier op om het water en de omgeving
te verkennen en contacten met de
bevolking te leggen. Die rivier gaf hij
de naam De Jongrivier, maar inmiddels
heeft de rivier weer de naam die bij de
lokale bevolking in omloop is.
Auburn en Swallow
Na zijn pensionering in 1913 vestigde
Willem Zweerts de Jong zich in
Bennebroek. Hij bezat ondermeer
een Auburn, geproduceerd in het
Amerikaanse stadje Auburn, in de buurt
van Chicago en Detroit. Later reed hij
een Engelse SS1. De afkorting SS stond
voor Swallow Sidecar, waarbij het woord
sidecar verwees naar de motoren met
zijspan die de fabriek eerst produceerde.
Maar de ingenieurs in Blackpool en
Coventry gingen vrij snel ook auto's
maken en wijzigden, om misverstanden
te voorkomen, de naam in Jaguar, een
merk dat grote faam verwierf in de
autowereld. Met de SS1 fabriceerden
ze een grote sportwagen voor twee
personen. De opvallende stroomlijn
was bedoeld om een eerste stap te
zetten naar het bouwen van een echte
raceauto.
Sterrit
In zijn Auburn en SS1 reed Willem
Zweerts de Jong door Nederland
en over de grens, inclusief in rally's
naar de Franse Rivièra. Sinds 1911
had de Rallye Automobile Monte
Carlo voor die jaarlijkse sterritten
gezorgd. De drijvende kracht op de
achtergrond was Prins Albert I van
Monaco, die sterk gemotiveerd was
om vernieuwingen en verbeteringen
in auto's breed onder de aandacht te
brengen. De rally's heetten 'sterritten'
omdat de deelnemers uit alle hoeken
van Europa kwamen aangereden. De
startplaatsen waren Lissabon, Madrid,
Valencia, Palermo, Athene, Boekarest,
Berlijn, Kopenhagen, Tallinn in Estland,
Umea in Zweden, Stavanger in
Noorwegen, Aberdeen, Glasgow en
John O'Groats in Schotland, Harrogate
en Londen in Engeland, Amsterdam
en het Franse Boulogne. Op een paar
Franse trajecten kwamen de rijders
samen om daar gelijke uitdagingen
aan te gaan. De omvangrijke
organisatie die dit mogelijk maakte
weerspiegelt de sterke internationale
contacten van de vroege autowereld.
Deelnemers
Willem Zweerts de Jong vertrok in de
jaren dertig steeds vanuit Amsterdam.
Andere Nederlandse deelnemers in
zijn klasse van een cilinderinhoud
boven de 1500 waren Baron
J.J.C. Taets van Amerongen, H.W.
Vroom, F.W.W. Baron van Tuyll van
Serooskerken, J.A. van Beeck Calkoen,
Mr A.H.A.M. Testers-De Meulemeester,
Jhr van Lennep,
G. Bakker Schut en H. de Beaufort. Van
binnen de gemeentegrenzen kwam
de Aerdenhoutse Maus Gatsonides
(1911-1998), die in 1953 de Rally
won. Zij reden in auto's als Wolseley,
Swallow, Bentley, Talbot, MG, Hillman,
BMW, DKW, Citroën, Chevrolet,
Dodge, Auburn, Ford en Pontiac.
Hedennacht
'Hedennacht om 1 uur 43 min. startte
te Amsterdam de eerste wagen,' schreef
het Leidsch Dagblad op 28 januari 1936.
Om de vijf minuten vertrok de volgende
equipe vanaf het Amstel Hotel. 'Met hun
glanzende auto's en met een snelle vaart
en hevig motorgeronk gingen zij het
kille en mistige Noorden verlaten om
over eenige etmalen in het warme, zoele
Zuiden aan te komen,' aldus de krant.
Met de zegewensen en een
lunchpakketje van de KNAC vertrokken
de coureurs naar Brussel, Parijs en Dijon.
Op dat traject moesten ze gemiddeld
veertig kilometer per uur rijden. Op
het stuk via Lyon, Avignon en Brignolle
naar Monte Carlo was een gemiddelde
van vijfenvijftig verplicht. Onder de
rallywinnaars waren geen Nederlanders
te vinden. Maar er was een apart
Hollands klassement waarin W. Zweerts
de Jong een keer de tiende plaats
behaalde.
De bus
Hoewel er tussen 1940 en1948 geen
rally's waren, bleef menig oud-rallyrijder
in een grote sportwagen rijden. W.
Zweerts de Jong vormde daar geen
uitzondering op, maar in de jaren
vijftig kon hij door zijn gevorderde
leeftijd niet zelf meer rijden en moest
hij tot zijn grote gruwel met bus 50
naar Haarlem. De eerste keer richtte
hij zijn scheepsgeschut op de arme
conducteur toen die een vinger met zijn
tong natmaakte om een dunpapieren
buskaartje af te scheuren. De oude heer
weigerde het papiertje aan te pakken
en zei: 'Houdt u dat maar voor uzelf. Ik
blief uw speeksel niet.' De voormalige
marinecommandant en verwoed
rallyrijder was 87 jaar toen hij op 11 april
1959 zijn laatste adem uitblies.
Met dank aan W. Zweerts de Jong, E.H.
Zweerts de Jong-van der Kuijlen, Liesbeth
Estebano en Leonore van der Werff.
Leidsche Courant, jaargangen 1930-1935
Willem Zweerts de Jong op Scheveningen 1920.