www.onsbloemendaal.nl nr. 3 najaar 2017
Plcisicriq vinke' cn 'leckcr drinke'
Dc vtTikenbdJtert van Rforrueputoflj
Het graven van kanalen. Het zand wordt afgevoerd
in kiepwagens, voortgetrokken door paarden.
december 1853 het drinkwater verkrijgbaar. Een jaar later
begon de Duinwater-Maatschappij met het aansluiten van
huizen en fabrieken op de waterleiding.
Gebrek aan duinwater
Op de tweede aandeelhoudersvergadering van de
Duinwater-Maatschappij, gehouden op 1 juni 1853, deelde
Jacob van Lennep mede dat H.G. Barnaart, ambachtsheer
van Zandvoort en eigenaar van het duingebied tussen
Zandvoort en Noordwijk, medewerking wilde geven
aan het graven van kanalen binnen zijn gebied als de
Duinwater-Maatschappij daar behoefte aan had. Namens
het bestuur sprak Jacob van Lennep zijn waardering uit
dat de heer Barnaart zijn eigen belangen ondergeschikt
maakte aan een maatschappelijk nuttige zaak. Al in 1856,
drie jaar na de start van het waterleidingbedrijf, werd er
begonnen met het graven van waterwinkanalen in het
gebied van Barnaart. Blijkbaar leverde het 120 ha grote
duingebied van professor D.J. van Lennep (bewoner van
Huis te Manpad en vader van Jacob van Lennep) in 1856
al onvoldoende duinwater om aan de vraag te kunnen
voldoen. Na een betrekkelijk korte periode van succes
kwam de Duinwater-Maatschappij weer in de problemen.
Door stadsuitbreidingen bleef er een tekort aan water en
bovendien bleek de druk van het net onvoldoende om
de hoger gelegen verdiepingen van water te voorzien.
Het regende klachten en een van de burgers merkte
zelfs op dat de maatschappij beter was in het leveren
van kwitanties dan van water. Er zat niets anders op dan
meer water te winnen door kilometerslange kanalen
in het duingebied van Henry Barnaart te graven en de
bestaande kanalen te verdiepen. Het gevolg was dat de
duinen verdroogden, de agrarische activiteiten beëindigd
werden en zout water het gebied binnendrong. Aan de
hand van de lengte van de waterwinkanalen kunnen
we concluderen dat omstreeks 1900 al ruim 90% van
het gewonnen duinwater uit het gebied van de familie
Barnaart kwam. Door de nijpende tekorten en om
duinwater te besparen startte de Duinwater-Maatschappij
in 1888 een tweede waterbedrijf dat ruwwater (geen
drinkwater) uit de Vecht leverde voor o.a. de industrie,
waswater en fonteinen.
C.D. Vaillant raakt in de vergetelheid
Bij de oprichting van de Duinwater-Maatschappij in 1852
werd de concessie van Vaillant overgedragen aan de
nieuwe onderneming en de Engelse ingenieur W. Bland
Croker nam zijn werk over. Daarna raakt Vaillant ten
onrechte in de vergetelheid en komen we voornamelijk de
naam van Jacob van Lennep nog tegen.
Enkele dagen na het vieren van het 25-jarig bestaan
van de Duinwater-Maatschappij in 1876 klaagde de
kleinzoon van Vaillant bij de redactie van het dagblad
Nieuws van de Dag dat het feest gevierd werd met
gehele stilzwijgendheid over de grote verdiensten van
zijn grootvader. Hij sloot af met de wens, dat diens
nagedachtenis in ere zou worden gehouden. Tevergeefs
de naam van C.D. Vaillant wordt nog maar nauwelijks
genoemd,
(Een uitgebreide versie van dit artikel verscheen in
Heerlijkheden nr. 17, winter 2017)
Plattegrond van het waterleidingbedrijf, ca. 1920. De smalle
strook met nummer 3123 is de spoorlijn. 1. Leybeek,
2. de cascade in de Leybeek, 3. zandfilter, 4. personeelswoningen,
5. pompstation, gebouwd in 1852,6. pompstation, gebouwd in
1902,7. toenmalige brug over de Leidsevaart, 8. plaats van de
huidige Amstelbrug, 9. Juffershuis en toenmalige boerderij,
10. koetshuis, nu regiokantoor Landschap Noord-Holland
Henry Barnaart,
ambachtsheer
van Zandvoort.
Gert Jan van Setten
Dr. Gert Baeyens, woonachtig in Bennebroek, is ornitholoog,
gepromoveerd op een studie over de ekster, maar bij veel van onze lezers
waarschijnlijk beter bekend door haar boek Lezen in het duin. Nu heeft ze
voor Ons Bloemendaal een mooi boek geschreven over de vinkenbanen
in onze gemeente. Waar gaat dat precies over?
Wij vroegen het haar.
IfiVIBTBfl
bütm