Ips -J
www.onsbloemendaal.nl
nr. 2 zomer 2018
29
Fragment van de vergunningaanvraag van 26 maart 1938
door de 'St. Lambertus Stichting' voor de bouw van een
garage bij Villa Cora. (Gemeente Haarlem)
Piet Blaas (links) en Kees Blaas (rechts) in de winter tegen het
einde van de Tweede Wereldoorlog in de voortuin van Villa Cora;
in het midden van de foto het bord met daarop 'Overveen' ter
aanduiding van de gemeentegrens sedert Ijanuari 1927; rechts
het huidige Koffiehuisje; daar tegenover de RK Jongensschool
aan het Zandvoorterpad, na de oorlog gesloopt. (privé)
In andere handen
Het RK Bejaardentehuis Huize Duinrust werd,
zoals we hebben gezien, in 1914 eigendom van
de ‘St. Lambertus Stichting' en in 1916 één geheel
met Villa Tetterode en Villa Cora. De stichting
kocht beide villa's. Dertig jaar later, in 1946, is de
leiding van de Koninklijke Marine op zoek naar
een gebouw voor een nieuw marine hospitaal.
Het oog valt op Huize Duinrust, dat in de oorlog
door de Duitsers was gevorderd en direct na de
bevrijding was gebruikt als ‘gevangenis' voor
NSB-ers en andere politieke delinquenten. Het is
in 1946 een ‘uitgewoonde, verveloze ravage'. De
stichting is echter niet bereid om Huize Duinrust te
verkopen en afgesproken wordt dat de Koninklijke
Marine het gebouw zal restaureren en tijdelijk
zal gebruiken als hospitaal. Na het afblazen om
financiële redenen van de bouw van een nieuw
modern ziekenhuis op landgoed Eikenroode
in Heemstede, komt de Marine terug bij de
stichting en in 1948 wordt de eigendom van Huize
Duinrust toch aan Defensie overgedragen en is
‘Marine Hospitaal Overveen' een feit. Villa Cora en
Villa Tetterode komen nu ook in handen van de
Rijksoverheid en het ‘Marinehospitaalterrein' in
Overveen is geboren.
Bos, woonachtig in de naastgelegen Villa Tetterode,
geen benzine meer heeft, loopt Ad, ondersteund
door zijn vrouw en dokter Bos, in de winter naar het
ziekenhuis Johannes de Deo in de Kleverparkbuurt.
De doctoren geven hem nog een jaar. Op 8 mei
1945 vindt de intocht van het Canadese leger in
de gemeente Bloemendaal plaats. Ad Blaas moet
het moment dat hij alleen met zijn vrouw en
twee kinderen in Villa Cora kan wonen nog even
uitstellen. Nu worden er Canadese soldaten in de
woning gehuisvest.
We lopen nu met zevenmijlslaarzen door de
geschiedenis heen, omdat er met Villa Cora verder
weinig gebeurt. Sterker nog:
de Rijksgebouwendienst doet niks aan het
onderhoud van het pand. De ‘Weduwe T.G.P. Blaas-
Hesp' woont met haar beide zoons op Zijlweg 309.
De beide zoons gaan studeren (Kees net als zijn
vader klassieke talen en Piet, na een net als zijn
vader afgebroken priesteropleiding in Warmond,
geschiedenis). Moeder Door wordt ziek en door
haar zoons verzorgd. Zij overlijdt op 13 januari
1962, slechts 67 jaar oud.
De zoons trouwen en gaan met een bevriend stel
‘gezessen' in Villa Cora wonen. Meneer Pastoor
vraagt zelfs nog in de jaren zestig ongeveer elke
week aan de drie mannen wanneer er nu eindelijk
kinderen komen.Twee stellen vertrekken uit
Villa Cora en Kees Blaas, net als zijn vader leraar
klassieke talen aan het Triniteits-Lyceum, en zijn
vrouw Hanneke Blaas-Hin, wiskundelerares aan
hetzelfde lyceum, krijgen in 1965, 1968 en 1971
drie kinderen. Net als in 1931 wonen er precies
veertig jaar later weer drie kleine kinderen in Villa
Cora!
Het einde van Villa Cora
De Rijksgebouwendienst heeft al in 1963 de
huur opgezegd. Aan onderhoud wordt niks
meer gedaan. In de loop van de jaren zeventig
wordt duidelijk dat het Rijk Villa Cora wil hebben
om er een recreatieruimte van te maken voor
het personeel van het Marine Hospitaal dat
nachtdiensten loopt. Met pijn in het hart verlaat
Kees Blaas in 1976 met vrouw en kinderen het door
hem zo geliefde, maar zwaar verwaarloosde huis,
waarin hij 38 jaar heeft gewoond. Het gezin gaat
elders in Haarlem wonen. Over de vraag wanneer
Villa Cora gesloopt is, lopen de meningen uiteen.
Direct in 1976 of in 1980? Ik denk het laatste, want
in 1977 maakt de Rijksgebouwendienst nog een
bestektekening voor de verbouwing van Villa
Cora met beneden een recreatieruimte en boven
slaapkamers voor het personeel van het Marine
Hospitaal. Al snel ziet men in dat Villa Cora te klein
is voor deze nieuwe functie en is het definitieve
oordeel over Villa Cora geveld.
De Haarlems architect Jan Willem de Kanter, in
de regio bekend van vele utiliteitsgebouwen,
krijgt bij brief van 22 februari 1979 van de
Rijksgebouwendienst de opdracht tot ‘vervangen
villa Cora, Zijlweg 309 te Overveen t.b.v. de kantine
c.a. Marine Hospitaal'. Hij bezoekt Villa Cora en stelt
vast dat de woning eenvoudig gerestaureerd kan
worden. Maar dat is niet zijn opdracht.
Er bestaan voor zover bekend maar twee foto's
waarop Villa Cora geheel te zien is; de foto uit 1917
aan het begin van dit artikel én deze foto in 1975
gemaakt door Hanneke Blaas-Hin met daarop voor
de villa te zien haar man Kees en twee van hun drie
kinderen. (NHA)
Deze foto uit 1964 levert het bewijs dat de villa de
naam 'Cora' droeg getuige de gevelsteen onder het
raam rechtsboven. In dat raam hangt Tiny Schaaper, de
echtgenote van Piet Blaas. Het houtwerk kan -zo te zien
wel een verfje gebruiken. (Foto privébezit)
De tweede generatie Blaas
Had Ad Blaas in 1944 van de doctoren nog een
jaar gekregen, hij houdt het ondanks zijn zware
nierproblemen nog negen jaar vol. Het leven is niet
gemakkelijk, maar hij is niet aan bed gekluisterd.
Hij overlijdt 27 augustus 1953, 62 jaar oud. Vlak
voor zijn overlijden heeft vader Ad zijn zoon Kees,
van bijna zestien, er van overtuigd dat hij geen
biologie moet gaan studeren, maar klassieke talen.
Zo zal geschieden.
Door Blaas-Hesp met zoon Piet op schoot en Ad Blaas met
zoon Kees in de achtertuin van Villa Cora in de zomer van
1939; op de achtergrond in NO-richting zien we de woningen
langs de Ernst Casimirlaan in Overveen ten oosten van het
toenmalige tennispark 'Wimbledon', daarvóór de spoorlijn
Haarlem-Zandvoort en de weilanden, waar nu de Hogeschool
Inholland staat. De bomen staan langs de B-weg van Huize
Duinrust naar de Zijlweg, thans de Bijdorplaan. (privé)
SS j
S5S <1
Jal
ah