www.onsbloemendaal.nl nr. 1 voorjaar 2020 13 Anna Cecilia van Lennep-van Eeghen Anna Sophia Kreye De halfronde broeikas met kinderen en kleinkinderen van Gerard Louis van Lennep Toen Henrick Samuel negen jaar later tachtig jaar werd, gaven zijn neven en nichten hem een ‘terreinwagen' cadeau: een paardgetrokken victoria met brede velgen, waarmee hij de zanderige paden van Leyduin kon berijden. Hij kon er maar twee jaar gebruik van maken; Henrick Samuel van Lennep overleed in 1914, op de leeftijd van 82 jaar. De begrafenis op de Algemeene Begraafplaats in Heemstede bracht vanzelfsprekend veel mensen op de been. Gerard Louis Broer Gerard Louis was dertien jaar jonger dan Henrick Samuel. Hij doorliep het gymnasium in Amsterdam en ging studeren in Delft. Ook hij bracht in het zomerhalfjaar veel tijd door bij zijn ouders Arnoud Hendrik en Anna Louisa op Leyduin. Maar de studie in Delft vlotte niet. We komen hem wel tegen als secretaris van verscheidene studentenfeestcomités in Delft, maar de studieresultaten waren zodanig dat Koekoeksduin en gronden ten westen van de Vogelenzangseweg). Daarnaast bezat Henk in Amsterdam het huis Herengracht 384, met koetshuis en bovenwoningen aan de Kerkstraat 67 en 69, diverse weidegronden in de provincie, en een boerderij in Hoogwoud. Zijn naam kwam voor op de ‘lijsten van hoogstaangeslagenen' van de belastingdienst; daarmee was hij verkiesbaar tot lid van de Eerste Kamer. Achterneef Adriaan Honig meldde het volgende over zijn oudoom. “Oom was gehuwd met Anna Cecilia van Eeghen, die hem in 1903 door de dood ontviel. Uit hun huwelijk zijn geen kinderen voortgekomen. Waarschijnlijk was hij door dit gemis erg gesteld op zijn neven en nichten, de kinderen van zijn enige broer Gerard Louis, wiens gezin dan ook iedere zomer op Leyduin mocht verblijven. Ik herinner mij hem als iemand met een flink postuur, een rond gezicht, met schitterende oogjes achter een dun brilletje, en wat kalend grijze haren. Hij moet een zeer vermogend man zijn geweest. Als weduwnaar ging hij altijd in het zwart gekleed.” Gerard woonde nog bij zijn moeder Anna Louisa (Antje), die zich wel eens zorgen maakte om het feit dat hij op zijn 31ste jaar nog alleenstaand was. Totdat Gerard op een winterse zondag uit de doopsgezinde kerk in Amsterdam kwam en zijn moeder toevertrouwde dat hij nu een meisje had gezien waarmee hij wel zou willen trouwen. Moeder kreeg al argwaan toen de naam van het meisje haar niets zei. ‘Wie is nou toch Anna Kreye? Toen Gerard bekende dat zij zestien jaar oud was en de dochter van de stovenzetster in de doopsgezinde kerk, sloeg de argwaan om in regelrechte paniek. Maar Gerard hield het been stijf en de familie Van Lennep moest genoegen nemen met een mésalliance van de eerste orde. Anna werd in arren moede door de familie naar een ‘finishing school' in Zwitserland gestuurd, waar zij leerde hoe men zich hoort te gedragen in de betere kringen. Men hoopte dat zij ook wat van haar platte taalgebruik zou kwijtraken door de intensieve cursus Frans, hoewel van Gerard Louis bekend is dat hij ook nogal grof in de mond kon zijn. Toen Anna achttien jaar was en Gerard vierendertig traden ze in het huwelijk, op 7 november 1878. Anna ging nu Sophie (haar tweede voornaam) heten, wellicht omdat er al zo veel Anna's in de familie waren. Ze betrokken een flink pand aan de Amstel in Nieuweramstel (vlak bij de Rustenburgerstraat, nu in de gemeente Amsterdam). Het Juffershuis op Leyduin bleef hun zomerverblijf. In achttien jaar tijd werden elf kinderen geboren, vier meisjes en zeven jongens. Het zesde kind, ook een Gerard Louis, leefde ruim een jaar; de overige tien bereikten de volwassenheid. In 1888 verhuisde het gezin van Nieuweramstel naar de Wagenweg in Haarlem; tegenover het Florapark werd een ruim huis betrokken. Gerard werd rentenier en lid van de Haarlemse gemeenteraad. de studie voortijdig afgebroken moest worden. Daarna verbond hij zich enige tijd aan de Amsterdamsche Rijtuig Maatschappij, waarvan hij geruime tijd commissaris bleef. Uiteindelijk kreeg hij een aanstelling bij de gemeente Nieuweramstel, waar hij onder meer ambtenaar van de burgelijke stand was. Hoewel de indruk bestaat dat moeder Sophie de tien kinderen met strenge hand manieren, stiptheid en zuinigheid bijbracht, wordt daar door kleinzoon Gerard Louis van Lennep (geb. 1930; columnist Algemeen Handelsblad) genuanceerder over gedacht. Hij herinnert zich dat zijn vader en ooms zeer bedreven waren in de omgang met pijl-en-boog en later jachtgeweer, en dat de portretten die in de kamer in het Juffershuis hingen allemaal kogelgaatjes hadden op de plaatsen van de ogen. Ambachtschool Zoals zijn broer Henrick Samuel was Gerard Louis een man die zich vaak belangeloos inzette voor kerkelijke en maatschappelijke organisaties. Zijn belangrijkste wapenfeit op dat gebied ligt bij het onderwijs. Samen met een aantal streekgenoten richtte hij een ‘Ambachtschool' op: een vorm van onderwijs waaraan grote behoefte bestond. Deze kwam na wat omzwervingen terecht in een groot pand aan de Verspronckweg in Haarlem. Bij de stichting van een school draait het onvermijdelijk om geld. Ook bij Gerard Louis van Lennep klopte het schoolbestuur (waarvan hij secretaris was) aan. In ‘De geschiedenis van de Vereniging voor Beroepsonderwijs Haarlem' lezen we: “G.L. van Lennep, die in eerste instantie gevraagd werd om financiële steun, toonde zich enthousiast over de plannen voor de oprichting van een ambachtschool. Dat Van Lennep niet rijk was blijkt uit zijn reactie op het verzoek om steun voor de op te richten Ambachtschool. Verder dan 50 gulden kon hij niet gaan “..omdat mijn [Van Lenneps] gezin zo talrijk is.” Hij bood echter graag zijn persoonlijke diensten aan. Hij beschikte blijkbaar over meer tijd dan geld. Tot zijn dood in 1906 bleef Van Lennep deze arbeidsintensieve functie (secretaris) met veel inzet en enthousiasme bekleden. Hij had zijn hart verpand aan de Ambachtschool. Naar zijn eigen zeggen omdat hijzelf ‘ambachtsman' in hart en nieren was.' Wandtapijt De oudste van de kinderen, Anna Louisa, huwde in 1901 Abraham Broos, bankier in Haarlem. Op een frisse januariochtend in 1911 had hij bijna zijn ochtendwandeling beëindigd toen het hem inviel toch nog even door de moestuin te lopen. Daar deed hij een merkwaardige ontdekking. Op een van de broeikassen bleken resten te liggen van een groot wandtapijt dat ooit in huize Van Lennep had gehangen. Het was later in handzame stukken gesneden om als zonwering op de kas te dienen en om vogels weg te houden van de perenbomen. Broos liet het gobelin schoonmaken en herstellen door de Utrechtse behanger Frans van Klaveren. Toen in mei 1914 het huidige Frans Hals Museum geopend werd, hing het gobelin in de ‘witte zaal' als bruikleen tentoongesteld: een arcadisch landschap met buffeljacht, van Franse origine in Louis XIV-stijl, uit de tweede helft van de zeventiende eeuw; afmetingen 3.71 x 5.14 meter. Merkwaardig genoeg is niet bekend waar het gobelin zich nu bevindt. Het behoort niet tot de inventaris van het Frans Hals Museum; in 1914 werd nog geen administratie van bruiklenen bijgehouden. Gerard Louis overleed in 1906, zijn oudere broer Henrick Samuel zoals gezegd in 1914. De laatste liet heel Bronnen, naast de reeds vermelde: jhr. Henrick S. van Lennep, Genealogie van de familie VanLennep Dagbladen via de Kon. Bibliotheek: www.delpher.nl Leyduin na aan zijn tien neven en nichten, de kinderen van zijn broer. Leyduin omvatte toen het huidige Leyduin, inclusief Vinkenduin en Koekoeksduin. Dat was schrikken! Je krijgt een stuk bos met (voor sommigen) een huis erop en je moet torenhoge successierechten betalen. Om dat te voorkomen werd de hele erfenis voorlopig in een daartoe opgerichte NV ondergebracht, die in 1919 werd verkocht aan C.J. van Tienhoven van Klein-Bentveld in Aerdenhout. Die splitste het hele landgoed in drieën: Leyduin, Vinkenduin en Koekoeksduin. Vervolgens regelde hij met de gemeente Bloemendaal voor alle drie onderdelen een bouwvergunning voor een villa en verkocht die apart. Leyduin ging naar P. Dorhout Mees, Vinkenduin naar de families Laan en Prins en Koekoeksduin naar de heer Koning. De splitsing was tegen het zere been van de familie Van Lennep, maar dat hadden ze eerder moeten bedenken. 9

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2020 | | pagina 7