Jo Th. Thijsse, Bloemendaler
en ontwerper van dijken
www.onsbloemendaal.nl
20
nr. 2 zomer 2020
Villa Binnenduin, Dr. Jac. P. Thijsselaan 3, Bloemendaal. Hier woonde Jo Thijsse als kind.
Frank W. van den Berg
(1938 - 1963)
in 1933 in Delft,
bebouwing van het weiland
verdween het landelijk aanzien
van dit gedeelte van ’t oude dorp
en ging tevens de daarmede
verband houdende slooping
van het voormalig tolhuis en
stalhouderij en het aan de
overzijde gelegen Raadhuis
een stukje Overveensche
geschiedenis verloren.”
Fragment 4
“Ik kom weer op mijn schreden
terug om nu een wandeling te
maken vanaf het Raadhuis naar
het meer zuidelijk gedeelte
van het dorp, om ook daar van
het natuurschoon te genieten.
Vanaf het einde der
Ramplaan volg ik het pad
door het weiland van Elswout,
gestoffeerd met prachtig
roodbont vee, behoorende
bij de modelboerderij van
voornoemd landgoed. Aan den
Kwakel (smal houten bruggetje
dat daar nog steeds is; TS) is een
kruispunt dat ook bereikt kan
worden door de Elswoutslaan
te nemen, die midden door het
landgoed loopt. Dit stuk heeft
-evenals het geheele landgoed
Elswout- sinds eeuwen niets
aan natuurschoon verloren.
Den weg verder gaande langs
het huis van den Rentmeester,
komt men aan het inrijhek van
Duinvliet, nu ook tot Elswout
behoorende. Het was vroeger
eveneens een buitenplaats, doch
het heerenhuis werd reeds jaren
geleden gesloopt. Daarna sla ik
linksaf en kom bij den Kwakel
terug om nu de schilderachtige
Marcellisvaart te volgen, die naar
de Houtvaart leidt.
Dit toch was een typisch landelijk
gedeelte van de gemeente, langs
deze vaart woonden enkele
bloemisten, maar in hoofdzaak
tuinders of wel groententelers.
Ze laadden hun schuiten met
frissche groenten voor den
steiger van hun bedrijf om ze op
de Haarlemsche groentenmarkt
te verkoopen. Het was een
schoon en landelijk plekje met
als achtergrond het gezicht op
de bosschen van Elswout. Aan dit
eenvoudige bedrijfsleven heeft
Fragment 7
“Hoeveel schoone feesten leven
in mijn herinnering voort! Het
bezoek van H.M. de Koningin-
Moeder met onze Koningin
Wilhelmina als prinsesje in 1892
en het groote bloemencorso,
georganiseerd door den
het vandalisme van den oorlog
een einde gemaakt; van opstal en
bedrijfsgebouwen is niets meer
te vinden. Ook dit gedeelte der
gemeente is met de omgeving
Ramplaan, Rolland en Duinvliet
door annexatie in 1927 bij
Haarlem gevoegd.”
Fragment 5
“Zeer typisch waren de groote
bloembollenveilingen, welke
in de maand April gehouden
werden, wanneer de gewassen
op het land in vollen bloei
stonden. Dan kwamen er groote
scharen kweekers om te koopen
en als het veilen op één terrein
was afgeloopen, verplaatste deze
menschenmassa zich naar andere
tuinen. Dat waren dikwijls dagen
van groote drukte. Wanneer het
middaguur daar was, werden er
gratis broodjes met kaas en koffie
aangeboden; ook liep er een man
rond met een vaatje jenever en
tabak met pijpen.”
Fragment 6
“Omtrent het dorpsleven
onderling is nog veel te
vermelden. Overveen had zijn
eigen dorpsbestaan. Hoewel
met Bloemendaal tot dezelfde
gemeente behoorende, was
het contact tusschen de
bewoners der beide dorpen
niet groot te noemen. Wellicht
vond dit zijn oorzaak in de
verschillende geaardheid der
dorpen. Overveen met zijn
groote bloembollenkweekerijen,
tuinderijen en bleekerijen
verschilde zooveel van het stille,
rustige Bloemendaal, welks
bewoners in hoofdzaak leefden
van het verhuren van optrekjes
in den zomer en van hetgeen zij
verdienden gedurende den tijd,
dat de buitenplaatsen bewoond
waren.”
Voor het complete cahier:
https://noord-hollandsarchief.
nl/bronnen/bibliotheek en toets
archiefnummer 23619 in dan wel
'Overveensche Herinneringen’
als titel. De tweede scan bevat de
ingeplakte foto’s.
A.N.W.B in 1896. Dan was ons
dorp met zijn eerepoorten en
bloemenweelde een attractie
voor heel het land.”
Fragment 8
“Ten slotte mag ik onze
Overveensche kermis niet
onvermeld laten, die in Augustus
werd gehouden. Wanneer deze
werd opgebouwd, bijgestaan
door de dorpsjeugd, en Van
Ooyen, de poffertjesbaas,
met toestemming van het
Gemeentebestuur de tol
liet verplaatsen om zijn
établissement op te kunnen
bouwen, dan was ons dorp die
week in feestvreugde met de
simpele pret van koekslaan en
verloten. En wanneer dan den
laatsten Zondag het overtuintje
van hotel Van Ouds het Raadhuis
met lampions was verlicht,
kwam ook de Haarlemsche
burgerij in grooten getale naar
Overveen om deze eenvoudige
dorpsvreugde mede te beleven.
Het gebeurde in die week vaak
dat de heer W. Borski Jr., eigenaar
van Belvédère, de schoolkinderen
op poffertjes trakteerde, want in
dit verband wil ik niet onvermeld
laten, dat de heer Borski véél voor
zijn dorp voelde. Hij is helaas in
den bloei zijner jaren overleden
zonder zijn groote plannen
voor den bouw van het trotsche
Elswout te hebben kunnen
uitvoeren, dat daardoor nooit zijn
voltooiing heeft bereikt.”
Fragment 9
“En hiermede eindig ik mijn
beschrijving van het dorp
Overveen en spreek daarbij den
wensch uit, dat het tot in de verre
toekomst een sieraad mag blijven
van de gemeente.
September 1946 A. C. W.
Rijnierse”
Op nummer 3 van wat nu de Dr. Jac. P. Thijsselaan heet, in villa
‘Binnenduin’ in Bloemendaal, woonde als kind de waterstaatsingenieur
prof. dr. ir. Jo Thijsse. Hij speelde een grote rol in het ontwerp voor de
Afsluitdijk als de rechterhand van Nobelprijswinnaar prof. dr. Hendrik
Lorentz en hij was één van de opstellers van het Deltaplan na de
watersnoodramp in 1953. Hij was hoogleraar aan de toenmalige TH Delft
en de grondlegger van het Waterloopkundig Laboratorium
nu onderdeel van het kennisinstituut Deltares.