De architect Martin Jacques
Muylaert (I890-1984)
www.onsbloemendaal.nl
www.onsbloemendaal.nl
8
nr. 4 winter 2020
nr. 4 winter 2020
9
Zonnebloemlaan 9 en 11 te Aerdenhout (1928). Aquarel van Siebe Rinkema.
Guido van Rijn Gert Jan van Setten
Van Bulwer tot Busken Huet
Twee jaar na de oprichting begonnen de heren
ook boeken aan te schaffen. Voor elk wat wils. Een
keuze uit het werk van de destijds gevierde, maar
vergeten schrijvers Gustave Aimard, bekend van wilde
avonturenromans en de Engelse E. Bulwer. Van Jacob van
Lennep kochten de leden Holland. Almanak voor 1865 en
zij tekenden in op De lotgevallen van Klaasje Zevenster, dat
in 1865 begon te verschijnen en een enorm schandaal
zou veroorzaken. Maar gevoel voor serieuze literatuur kon
de leden niet ontzegd worden. In 1885 schaften ze Het
Land van Rembrandt van Conrad Busken Huet aan, in 1901
de socialistische roman BartholdMeryan van Cornelie
Huygens en de Fabels van La Fontaine. In 1912 stond
Nederlandsch Indië van H. Colijn op het aankooplijstje
en daarnaast ook in 1913 Petite Madame van André
Lichtenberger. Wie zal dat geweest zijn? In 1917 tot slot
werd, niet verrassend, het anti-oorlogsboek Le feu van
Henri Barbusse gekocht.
Damesleden
In het laatste deel van de negentiende eeuw begon de
vrouw haar plaats in het culturele leven op te eisen. Het
Kennemer Leesgezelschap was hierbij geen koploper.
In 1869 viel de beslissing dat damesleden ‘zich op de
vergadering kunnen laten vertegenwoordigen’. Voorlopig
had alleen mejuffrouw Van Sprang daar belangstelling
voor. Het was niet de bedoeling dat zij ter vergadering
verscheen, maar ze kon aan een van de leden vragen iets
voor haar te bestellen. In 1882 volgde de volgende stap
toen de weduwe Sara J.C. Huijghens Backer-Roëll het
lidmaatschap kreeg aangeboden als dank voor het vele
dat haar pas gestorven man voor de club had gedaan. Zo
had hij 25 gulden bijgedragen voor de aanschaf van een
kast waar het gezelschap boeken in kon plaatsen.
Bijna veertig jaar later was het echt zover. In 1920 waren
vrouwelijke leden welkom en als eerste meldde zich
mevrouw S. Poutsma-Tigler Wybrandi. Snel volgden er
meer en de vergaderingen werden meteen een stuk
levendiger. Op de najaarsbijeenkomst van 1921 waren
veertien leden onder wie zes dames. Mevrouw Poutsma
had ook een cadeau. Zij was bestuurslid geweest van
de afdeling Bloemendaal van de Nederlandsche Bond
voor Vrouwenkiesrecht, die inmiddels was opgeheven
omdat het kiesrecht in 1919 was ingevoerd. Zij schonk het
Kennemer Leesgezelschap de boeken en tijdschriften van
de afdeling. De geschiedenis vertelt niet of het geschenk
in goede aarde viel.
De Kultuurkamer
In 1938 bestaat het Kennemer Leesgezelschap 75 jaar.
Vorige jubilea werden gevierd, nu is er geen behoefte
aan. Waarschijnlijk, meent Marie Nierhoff, omdat de
leden elkaar nu minder goed kenden, want er waren
nieuwe woonwijken gekomen met veel nieuwe
inwoners. Op 23 november 1940 komen zeventien van
de vierentwintig leden bijeen in Hotel Vreeburg om drie
uur ‘s middags. Wegens verduisteringsvoorschriften
is een avondvergadering niet meer mogelijk. Veel
buitenlandse tijdschriften verschijnen al niet meer, ook
enkele Nederlandse bladen stoppen noodgedwongen.
In november 1942 is er nog een opkomst van
tweeëntwintig leden.
Ondanks de moeilijke tijden hoopt het bestuur in
het komend jaar nog veertien periodieken te kunnen
laten circuleren. De vergadering van 27 november
1943 met negentien aanwezigen zal de laatste blijken
te zijn. De secretaris, de heer IJzerman, die vanaf
januari wegens evacuatie in Nunspeet verbleef was
speciaal uitgenodigd, maar durfde de reis niet aan.
Wel was zijn vrouw, mevrouw IJzerman-Schoevaart,
aanwezig. Al in december 1942 was het gezelschap
door de bezettingsautoriteiten gemaand zich aan te
sluiten bij de Kultuurkamer, waar het bestuur niet op
in was gegaan. Mocht de toestand zich wijzigen, zo
verklaarde de voorzitter, de classicus en conrector
van het Kennemer Lyceum Dr. W.H.C. van Esveld,
dan zou het bestuur ‘alle gewenste stappen’ doen,
‘vertrouwende dat de leden dit aan het bestuur willen
overlaten’. Onbekend is of er alsnog getekend is of dat
het gezelschap stilzwijgend werd ontbonden.
Op 19 september 1944 eiste de bezetter dat een groot
deel van de huizen in het dorp binnen drie dagen
ontruimd zou worden. Deze evacuatie van achtduizend
mensen en de ontreddering van het laatste oorlogsjaar
betekenden in ieder geval het einde van het Kennemer
Leesgezelschap. Tot een herstart is het na de oorlog
niet meer gekomen. De tijd van het Kennemer
Leesgezelschap was voorgoed voorbij.
Literatuur
A.M.G. Nierhoff, ‘Het Kennemer Leesgezelschap in
Bloemendaal 1863-1943’(Bloemendaal 1967)
Bernt Luger, ‘Voor 5 cent in de week’. Haarlemse
winkelbibliotheken in de negentiende eeuw’, in:
Bernt Luger, Wie las wat in de negentiende eeuw
(Utrecht 1997) 65-77.
Over architect Muylaert is weinig bekend. Dat hij het Sportfondsenbad
in Haarlem heeft getekend is zijn voornaamste wapenfeit, maar hij heeft
ook opmerkelijke woonhuizen ontworpen. Dit artikel richt zich vooral
op zijn huizen in Overveen en Aerdenhout, prachtige voorbeelden van
de ‘balansstijl’ van de jaren 1925-1935.