www.onsbloemendaal.nl www.onsbloemendaal.nl 16 nr. 4 winter 2020 nr. 4 winter 2020 17 Johannes Verhuist in zijn Bloemendaalse tijd (1866-1868) (Foto: Maurits Verveer) chumann noemde Verhuist ‘een heel bijzondere man’ en, anders dan de andere Hollanders, ‘helemaal niet flegmatiek'. Blijkbaar had Schumann tijdens zijn kuurverblijven in Scheveningen alleen flegmatische Hollanders ontmoet. Ze waren waarschijnlijk alleen maar aan vakantie toe. Los van het feit dat Schumann even niet aan Jan Pieterszoon Sweelinck (1562-1621) dacht, die in zijn tijd in heel Europa componisten beïnvloedde, had hij het goed gezien. Verhulst komt uit zijn muziek en uit anekdotes naar voren als emotioneel, soms vurig, zeer vasthoudend en vaak behoorlijk dominant. Inderdaad werd hij de eerste componist die Nederland na Sweelinck muzikaal weer op de kaart zette, tot Alphons Diepenbrock die taak bijna een halve eeuw later van hem overnam. Heel terecht dus dat er straten, pleinen enzovoorts naar Verhulst werden vernoemd in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, 's-Gravenzande, Scheveningen, Haarlem, Heemstede, Hoofddorp, Zaandijk, Bilthoven, Nijmegen, Enschede, Bussum, Baarn, Dordrecht, Zwolle, Tilburg, Eindhoven, Waalwijk en, op 1 oktober 1908 ook in Bloemendaal samen met Santpoort. Sommige van die plaatsen hadden vanwege bemoeienissen met Verhulst meer recht om dat te doen dan andere. Hoort Bloemendaal daar bij? Levensbeschrijvingen en archiefstukken moeten het antwoord geven. Helaas doen ze dat niet altijd. Waardering van Mendelssohn Johannes Josephus Hermanus Verhulst kwam op 19 maart 1816 in Den Haag ter wereld. Na zijn opleiding ter plaatse wordt hij violist in het hoforkest en toont Mendelssohn zich tijdens zijn bezoek in 1836 aan Scheveningen bereid hem compositieles te geven. Zo komt Verhulst in Leipzig terecht en leert hij ook Mendelssohns vriend en bewonderaar Schumann, en diens kring, kennen. Verhulst ontplooit zich in Duitsland als een geprezen dirigent en succesvol componist van muziek die een sterke affiniteit met vooral Mendelssohn en Schumann laat horen. Beroemd geworden, voert hij bij een tournee in Nederland, tot ieders enthousiasme, eigen orkest- en kerkmuziek uit. Hij wordt in 1843 geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw en op verzoek van koning Willem II leider van het hoforkest en daarmee opnieuw Haags ingezetene. In 1848 benoemt de Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst hem tot directeur van de Afdeling Rotterdam. In dat kader geeft Verhulst belangrijke feestconcerten, waarbij hij Handels Israel in Egypt, volgens romantisch gebruik ‘verrijkt' met slagwerk en koper, in Nederlandse première brengt en samenwerkt met kunstenaars van het kaliber Franz Liszt. In 1851 trouwt de katholieke Verhulst in Rotterdam met de remonstrantse Elisabeth Rochussen. Afwijzing van moderne muziek Dat klinkt benijdenswaardig, maar juist die stevige greep wordt in zekere zin zijn ongeluk. Hij weert namelijk hardnekkig muziek die gecomponeerd of geïnspireerd is door de moderne Berlioz, Liszt en Wagner, van zijn programma's. Bij het horen van de naam Richard Wagner, de componist die heel artistiek Europa betovert en beïnvloedt, houdt Verhulst zelfs ostentatief zijn handen tegen zijn oren. Ook de actuele Franse muziek wijst hij af. Zo staat hij volgens steeds meer mensen de ontwikkeling van de nieuwe muziek in ons land in de weg. De jonge, rijzende ster Diepenbrock noemt hem ‘de tegenwerkende, belemmerende en verlammende kracht' binnen het vaderlandse muziekleven. Er ontstaat een felle oppositie. In 1886, direct na de feestelijke en met lovende redevoeringen omklede verlening van het erelidmaatschap van Diligentia aan Verhulst, krijgt de gehuldigde zijn ‘eervolle' ontslagbrief als artistiek directeur van datzelfde Diligentia thuisgestuurd. Hij neemt daarop zelf diep gegriefd ontslag uit al zijn Amsterdamse functies en trekt zich verbitterd - het woord dat in elk verslag opduikt - terug uit het openbare muziekleven. Verhulst is zeventig en uitgespeeld. Maar niet vergeten. Op de dag van zijn plechtige begrafenis in 1891 - de Militaire Kapel speelt de Marche funèbre uit Beethovens Eroica - hangt de Londen, Den Haag, Amsterdam Dankzij de immense bewondering voor zijn muziek en zijn grote gaven als dirigent benoemt de Londense Royal Philharmonic Society hem in 1859 tot erelid en neemt het aantal belangrijke functies toe. In 1860 wordt hij artistiek directeur van het Haagse concert- genootschap Diligentia. Amsterdam wordt zijn nieuwe woonplaats. Men stelt hem daar in 1864 aan tot leider van het Toonkunstkoor, van de orkestvereniging Caecilia en van het concert-centrum Felix Meritis. Daarmee heeft Verhulst de belangrijkste muzikale posten in ons land in handen. Vraagtekens Over al deze feitelijkheden zijn de Verhulstbiografietjes en -besprekingen het eens. Alleen op twee biografische punten lopen de meningen uiteen. Eerste punt is het aantal kinderen. Vrijwel alle levensloopschetsen vermelden er vier, enkele spreken van zes. Het tweede punt is de plaats van zijn overlijden. Zelfs de meest gezaghebbende muziekencyclopedieën verschillen van elkaar. De achtentwintigdelige DieMusikin Geschichte und Gegenwart (2006) noemt Bloemendaal, de twintigdelige The New Grove Dictionary of Music and Musicians (1980) heeft het over Den Haag. De overlijdensakte maakt een eind aan de verwarring: Verhulst is op 17 januari 1891 om 6 uur 's ochtends in Den Haag gestorven. Wanneer en door wie Bloemendaal als sterfplek een eigen leven is gaan leiden, kon ik niet achterhalen, maar er zijn aanwijzingen hoe de veronderstelling kon ontstaan. Het bevolkingsregister van Bloemendaal laat zien dat Johannes Verhulst zich daar met zijn vrouw, hun dochtertjes Anna en Louise, zoontjes Robert en Charles en een dienstmeisje op 20 mei 1866, komende uit Amsterdam, liet inschrijven. Al op 29 oktober van datzelfde jaar liet hij zich weer uitschrijven om naar Amsterdam terug te keren. Hier rijzen de vragen. Wat was in Bloemendaal zijn adres en wat zocht hij hier? Naar het adres blijft het gissen. Men kende eind negentiende eeuw nog geen straatnamen, maar wijken en wijknummering. Het bevolkingsregister toont dat Verhulst in het dorp Bloemendaal (wijk A) nummer 72 woonde, maar onbekend is welke laan dat betrof. De periode van Verhulsts verblijf - midden mei tot eind oktober - kan wijzen op de luwte tussen de sluiting en opening van het concertseizoen. Verhulst zou niet de enige Amsterdammer zijn die hier 's zomers rust zocht en ook vond. Hij kan, zoals veel van zijn collega's, de zomermaanden ook hebben benut om te componeren. Mogelijk had hij in 1866 het plan zich definitief met zijn gezin in Bloemendaal te vestigen. Hij liet zich immers officieel overschrijven in het bevolkingsregister. vlag aan het Gebouw van Kunsten en Wetenschappen halfstok. En nog geen twee jaar later wordt zijn borstbeeld in het Rijksmuseum geplaatst. S

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2020 | | pagina 9