www.onsbloemendaal.nl
26
nr. 1 voorjaar 2021
Jan Voerman aan het schieten in het front van de schietgang december 1971. Links
Tjaard de Haan, rechts Charles Reinders Folmer. (Foto: familiearchief Voerman)
Groepsfoto januari 1976
Op mijn bureau staat al meer dan twintig jaar een
foto van de Schietclub (zie pag. 20) die voor mij
haast net zo intrigerend is als het schilderij. Hij is
gemaakt op woensdagavond 14 januari 1976. Er zijn
dan vijfentwintig jaren verstreken en de mutaties
hebben het aantal schutters teruggebracht tot een
ploegje van negen heren. Slechts vier staan zowel
op het schilderij als op de foto: Immink, Fischer,
Reinders Folmer en Voerman. De samenstelling
van de groep op het moment van de foto, moet
naar mijn schatting globaal hetzelfde zijn gebleven
gedurende een daaraan voorafgaande periode van
om en nabij tien jaar. Hun bedoeling was om dat zo
te houden. Ze hadden besloten om openvallende
plaatsen niet meer op te vullen in de wetenschap dat
ze dan langzaam zouden uitsterven. Het is de laatst
bekende foto waar de hele groep op staat. Deze keer
niet in hotel Roozendaal maar in café restaurant De
Rusthoek.
Het is niet per ongeluk dat de foto iets weg heeft van
een staatsiefoto voor een bijzondere gelegenheid.
Drie weken daarvoor was mijn vader, op zijn
Mijn vader was er zeer aan gehecht. Uit de contacten
met werkelijk alle nazaten van de schutters die ik
geschreven of gesproken heb, is duidelijk geworden
dat dat voor de anderen net zo gold.
Laatste jaren
De Schietclub heeft daarna waarschijnlijk nog een
jaar of zes bestaan. Na zijn pensionering had mijn
vader als ambteloos burger formeel geen vrije
toegang meer tot het politiebureau, laat staan tot de
schietkelder. Het staat voor mij echter als een paal
boven water dat zijn opvolger, commissaris Brinkman,
expliciet toestemming heeft gegeven om die oude
mannen met hun pistooltjes hun gang te laten gaan.
Ook nadat mijn vader in 1978 onverwacht overleed.
Niet zo lang geleden vertelde een betrokkene mij dat
zestigste verjaardag, met pensioen gegaan na een
politieloopbaan van veertig jaar waarvan bijna
dertig jaar in Bloemendaal. Het gemeentebestuur
had hem ter gelegenheid daarvan een breed
opgetuigde afscheidsbijeenkomst aangeboden in het
gemeentehuis. Op de lijst van de genodigden van wie
wel een toespraak verwacht kon worden stond zeker
ook de Schietclub, maar mijn vader realiseerde zich,
zoals hij mij vertelde, dat die officiële gelegenheid
geen recht kon doen aan de werkelijke betekenis van
de club. Dat gevoel werd door de anderen gedeeld.
Ze besloten het los te koppelen en een paar weken
later uitsluitend als Schietclub aandacht te geven aan
dit feestelijke afscheid.
Het was natuurlijk ook veel leuker om het onderling
te vieren.
De deur naar de schietgang zoals hij er
al tachtig jaarongewijzigd uitziet.
(Foto: Peter Voerman)