www.onsbloemendaal.nl nr. 2 zomer 2021 21 Een kleine selectie fragmenten uit haar cahier: Fragment 1 "Eerst zal ik u maar eens iets vertellen over ons bedrijf, dat gelegen was aan het Binnenpad achter de buitenplaats "de Nagtegaal”, ruim 200 meter van de Bloemendaalseweg af naar beneden gaande en bereikt werd langs een eigen weg. De ligging van de blekerij in dat lage gedeelte van Overveen was voor het bedrijf van grote betekenis, immers het zuivere duinwater kon van de hoge, destijds waterrijke duinkant naar de sloten rondom de bleekvelden vloeien om benut te worden vroeger voor het bleken van het garen en linnen en later ook voor de kleerblekerij, omdat het voor een heldere wasbehandeling zo’n grote factor was.” Fragment 2 "De bleekvelden voor het huis waren door een sloot precies in tweeën gedeeld en ook terzijde van ieder veld was een sloot gelegen. De grote stukken linnen, die vroeger, vooral uit Twente en Engeland, hierheen werden gezonden om van de Kennemerbleek te genieten, werden na de vele bewerkingen met loog- en melkbaden op de velden uitgespreid om gebleekt te worden. Het linnen werd door pennen vastgezet ter voorkoming van opwaaien, maar ook om, hoewel het op het gras rustte, er enige lucht te laten toetreden. Dan werd het met het zuivere duinwater uit de sloten besproeid door twee mannen, die ieder aan een kant van het veld stonden en met de sierlijke zwaai van een grote, lange schep, waterhoos genaamd, juist elk de helft van 't veld konden begieten, zodoende alles gelijkmatig besproeiende. Het verdere werk moest de zon verrichten.” Fragment 3 "Na de avondboterham (6 uur) begon het huiselijk leven en werd de keuken netjes opgeknapt, de tafel van een schoon zeiltje voorzien en zaten de vrouwen gezellig te breien of te stoppen. Dan ging Moeder hen ook wel eens helpen met het knippen van haar jurken, want het traditionele verjaarscadeau was katoen voor een japon of schorten. Elk had een uitgaansavond, kermismiddag en schaatsenrijmiddag. Wanneer een vrijer zich kwam melden, werd naar zijn persoon eerst goed geïnformeerd en waren die informaties gunstig, dan mocht hij ook een avond in de keuken doorbrengen, voor hem werd dan een flesje bier en sigaren klaargezet en voor de meisjes thee en koekjes, op die wijze hadden zij ook gezelligheid onder elkander, een grote factor voor tevredenheid en saamhorigheid.” Fragment 4 "Zo zijn wij dan aan het eind gekomen van de wasbehandeling en wat daarmee annex was. Mocht u alles nog eens willen bezichtigen, maakt U dan in Uw vacantie een reisje naar Arnhem, waar het interessantste gedeelte van onze blekerij in 1937 in het Openlucht Museum werd opgebouwd. Goede reis!” Fragment 5 "Na de werkzaamheden wil ik U toch nog iets vertellen van de genoegens, die wij in en om de Bleek in ons dorpje Overveen mochten beleven, waar elk van de seizoenen toch zijn eigen bekoring voor ons had. Als U denkt dat er op ons dorp veel verenigingen of iets dergelijks te vinden waren, dan moet ik U daarin teleurstellen, want op een klein dorp, zonder communicatie of verlichting, een enkele petroleumlantaarn op de hoofdweg uitgezonderd, en met lange werktijden, genoot ieder 's-avonds het meest in de huiselijke kring. Aangezien de bevolking niet zo groot was en de zaken nog een beperkte omvang hadden, werd alles veel meer met elkaar gedaan, de patroons werkten gelijk In het midden moeder Alida Cornelia Gehrels-Vervooren (1851-1932), de weduwe J.C. Gehrels, en haar vier ongetrouwde, in het bedrijf meewerkende kinderen. Linksboven Willem George Frederik (1873-1940); rechtsboven Maria (1875-1950); rechtsonder Johannes Christiaan (1881-1961); linksonder Johanna Frederica (1878-1944). Datum rond 1920 (Nederlands Openluchtmuseum Arnhem)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2021 | | pagina 21