www.onsbloemendaal.nl
nr. 4 winter 2021
25
Aftocht Duitse militairen op de Mollaan in Bloemendaal
1944 Studenten-onderduikers op het dak van het
onderduikadres de BéJé in de Barteljorisstraat te Haarlem
Bij lezing dringt zich de vraag op in welke opzichten
de oorlogsgeschiedenis van Bloemendaal zich
onderscheidde van die van andere, min of meer
vergelijkbare Nederlandse gemeenten. De verschillen
lijken herleidbaar tot twee typische kenmerken van deze
gemeente: de geografische situatie en de samenstelling
van de bevolking.
Door de ligging aan de kust was Bloemendaal voor de
Duitsers van strategisch belang, en het wemelde er
dan ook van de Wehrmachtsangehörigen. Dat werd nog
erger toen Duitsland aan de verliezende hand raakte
en de bezetters aan de bouw van kustversterkingen
begonnen om een mogelijke invasie te weerstaan. Voor
de bevolking had dat onaangename gevolgen, vooral
in de vorm van steeds meer rigoureuze ontruimingen.
Tegelijkertijd genereerde de sabotage van Duitse
militaire objecten door het steeds beter georganiseerde
verzet harde repressie en collectieve straffen. Anders
dan bijvoorbeeld in Haarlem hebben represailles als het
executeren van gijzelaars of willekeurige voorbijgangers
zich hier niet voorgedaan. Wel dienden de duinen als
executieplaats van vele honderden verzetsstrijders van
elders.
Dan de bevolking, die volgens burgemeester jhr. Den
Tex enigszins overdreven ‘vrijwel geheel uit meer
gegoeden’ bestond. Voor de Duitse Wehrmacht bood
die omstandigheid het voordeel dat huisvesting nooit
een probleem was; voor elk doel was wel een tehuis
of een villa te vorderen. In de samenstelling van de
verzetsgroepen is die van de bevolking vanzelfsprekend
terug te vinden. Communistische cellen waren hier niet
te vinden, wel christelijk geïnspireerde verbanden en
doldrieste clubs van jongens van goeden huize als de
‘Rolls Royce’ groep. Het is geen toeval dat de financiële
experts achter het Nationale Steunfonds, mr. C.W. Ritter
en de gebroeders Van Hall, banden met Bloemendaal
hadden. Daar staat tegenover dat de NSB’ers en
andere collaborateurs in gemeenten als de onze
verhoudingsgewijs talrijk waren, zoals blijkt uit het aantal
‘foute’ burgers dat na de bevrijding werd opgepakt.
Gelukkig komen we in dit boek ook een
hartverwarmende schakering aan ‘goede’ Bloemendalers
tegen: mannen en vrouwen die in de donkere jaren van
onrecht en onderdrukking het hoofd overeind hielden en
bereid waren daar een prijs voor te betalen. Daar waren
bekende verzetsstrijders bij als de bovengenoemden en
Henk van Riessen, een van de drijvende krachten achter
de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers,
maar ook lokale figuren zoals burgemeester Co den Tex,
dominee Van Dijk, de schilder Simon de Heer, de rijke
‘Oom Herman’ Slurink in Aerdenhout, en zulke praktische
mannen van de daad als de meubelmaker Van Asten en
Cees de Jong. We houden hen in ere.
Uitgeverij van Wijland
ISBN 978-90-77285-58-9
Prijs 19,95