Het Bloemendaalse villa-interieur
in de periode 1900-1960
JU s
De eetkamer in villa Endymion in Bloemendaal
Het Bloemendaalsche Park, ontwerp voor de aanleg van een villapark in Bloemendaal door L. J. Ritter, 1882 (Bron: NHA)
Esther de Haan
Het eerste villapark, Het Bloemendaalsche Park,
verrees in 1882 op de voormalige buitenplaats De
Rijp en werd vormgegeven door landschapsarchitect
L.J. Ritter. Bloemendaals tweede en grootste
villapark werd in 1898 aangelegd op de voormalige
buitenplaats Duin en Daal, vormgegeven door
landschapsarchitect Leonard Springer. In Overveen
werd in 1899 het park Kweekduin aangelegd
op door Johanna van der Vliet-Borski verkochte
jachtgronden in de duinen. Ook hier gaf Springer
het park zijn landschappelijk aanzien. Het oudste
villapark in Aerdenhout werd in 1899 aangelegd
e door exploitatiemaatschappijen
ontwikkelde villaparken werden in
de nabijheid van spoorstations en
tramhaltes gesitueerd. Terreinen
werden gekocht van de eigenaren
van de oude buitenplaatsen. In het
pastorale landschap verrezen langs de slingerende
duinwegen in rap tempo linten van rustieke,
vaak schilderachtige villa’s. Haarlemse, maar ook
landelijk bekende architecten dienden zich met hun
ontwerpen aan bij de exploitatiemaatschappijen
of participeerden zelf in die maatschappijen; ook
werden architecten van naam aangezocht door de
particuliere kopers van de bouwkavels.
Door het grote succes van de villaparken en
de toenemende vraag naar villa’s stegen de
grondprijzen, nam de bouwdichtheid toe en
werden de uitgegeven kavels kleiner. In 1920
kreeg de gemeente Bloemendaal de bevoegdheid
bouwplannen voor villa’s op esthetische merites te
beoordelen, een recht dat eerder was voorbehouden
aan de exploitatiemaatschappijen. In de jaren vijftig
en zestig van de vorige eeuw verschenen er tussen
de villa’s in Engelse, classicistische of eclectische
stijl, bungalows in modernistische stijl die aansloten
bij de ideeën over het Nieuwe Bouwen. In latere
jaren werden ook wel villa’s afgebroken om plaats
te maken voor eenvormige nieuwbouw, waarbij
het karakter van de parken als eenheden van villa’s,
percelen en stratenplannen werd aangetast. De
Bloemendaalse villaparken kennen echter nog
steeds een indrukwekkende hoeveelheid villa’s in de
oorspronkelijke bouwstijlen. Ondanks dat er in de
langs de oude zandwegen van het dorp, waarbij
opnieuw Springer het park vormgaf. Tot in de jaren
twintig van de vorige eeuw bleven verschillende
exploitanten bouwkavels verkopen, met toenemende
zorg gadegeslagen door gevestigde bewoners
die vreesden dat alle natuur uit de omgeving zou
verdwijnen.
van de rust, de ruimte en een inniger contact met de natuur. De bereikbaarheid van
Bloemendaal, Overveen en Aerdenhout werd na de totstandkoming van spoor- en
tramlijnen steeds beter.
De Bloemendaalse villaparken werden aan het einde van de negentiende en in
het begin van de twintigste eeuw aangelegd ten behoeve van gegoede burgers uit
Amsterdam, Haarlem en de Zaanstreek, die buiten de stad wilden wonen omwille
j!
D
E <-"j1
TV
-
I*.