www.onsbloemendaal.nl
nr. 2 zomer 2023
21
Piet Tideman
Het huis van Piet Tideman aan de Duinwijckweg 3
een promotie op 25 Stellingen. Hij werkte enkele
jaren als volontair bij advocaat F.W. van Styrum
en had daarna gedurende ruim veertig jaar een
eigen advocatenprakrijk in Haarlem. Vanaf 1898
woonde het gezin in Bloemendaal, eerst op de
Bloemendaalseweg 96, vervolgens op de Vijverweg
7, begin jaren twintig kort op de Vijverweg 29 en
vanaf 1924 op de Duinwijckweg 3.
In het Haerlem Jaarboek van 1979 verscheen het
artikel ‘De twee levens van Piet Tideman’ en dat was
raak getypeerd, want zijn Haarlems/Bloemendaalse
periode verschilde nogal van zijn studententijd.
Tideman behield zijn scherpe pen en onstuimig
karakter, maar zijn literaire aspiraties liet hij achter
zich en hij stortte zich in het plaatselijke leven en op
de advocatuur. In de loop der jaren zat hij in de meest
uiteenlopende besturen. In Haarlem werd hij lid en
later voorzitter van het Bureau van Consultatie tot
Verlenen van Rechtsbijstand aan Onvermogenden en
in 1905 bestuurslid van de Remonstrantse Gemeente
in Haarlem, waarvoor hij ook het jaarboekje
verzorgde. Dan waren er nog het voorzitterschap van
1938 tot 1943 van de Koninklijke Liedertafel ‘Zang en
Vriendschap”, het oudste mannenkoor in Haarlem, en
in 1922 van het subcomité Haarlem van het Comité
tot Steun aan de Hongerenden in de Sovjet-Unie.
Deze werkzaamheden verbleken bij wat hij in
Bloemendaal deed. Bijna dertig jaar was hij secretaris
van de Gezondheidscommissie, daarnaast lid
van het Scheidingsgerecht voor Ambtenaren en
Werklieden van de gemeente, commissaris van de
Woningbouwvereeniging ‘Bosch en Duin’ en lid van
de Volksweerbaarheid ‘Bloemendaalsch Commando‘.
Van 1901 tot 1913 was hij gemeenteraadslid voor de
Vrijzinnige Kiesvereeniging, een liberale partij. In die
functie wist hij de dreigende annexatie bij Haarlem
af te wenden. In 1928 behoorde hij tot de oprichters
van de filmfabriek Multifilm in Haarlem. Daar werkte
hij samen met zijn buurman op de Duinwijckweg 5,
J.C. Mol, pionier op het gebied van het maken van
wetenschappelijke films.
In 1913 nam Tideman afscheid van de gemeenteraad
en meteen werd hij voorzitter van het hoofdbestuur
van de vereniging De Evangelische Maatschappij, die
een duidelijk anti-roomse signatuur had en gekant
was tegen het regeringsplan een gezantschap bij
de paus in te stellen. Het was ook het jaar van zijn
voorzitterschap van het jonge Genootschap voor