Een rooms schoolschrift uit de
bezettingstijd
www.onsbloemendaal.nl
www.onsbloemendaal.nl
14
nr. 4 winter2023
nr. 4 winter 2023
15
Schoolse impressie van Kraantje Lek, compleet met fietsenrek.
Het schrift met etiket. Kent iemand M. Lobry?
Links een van de vele pastoors, rechts een aandoenlijke tekening van een bollenveld.
Gert Jan van Setten
n het archief van de Stichting
Ons Bloemendaal berust een
uniek manuscript van onbekende
herkomst. Het betreft een
schoolschrift van ongebruikelijk
groot formaat, in een lichtbruine
slappe kaft. Op het beschadigde etiket staat
in vaardig handschrift te lezen: M. Lobry -
Zaakvakken - Heemkunde.
Die laatste term trok meteen mijn aandacht.
Er is maar één periode geweest waarin het vak
‘heemkunde’ op Nederlandse lesroosters voorkwam,
en wel tijdens de Duitse bezetting. Het was een
van de stokpaardjes van de secretaris-generaal van
Opvoeding, Wetenschap en Cultuur prof. dr. Jan
van Dam, alias ‘Jan Pudding’ die zich sterk maakte
voor een combinatie van op de omgeving van de
leerling gerichte aardrijkskunde en geschiedenis,
met een 'Blut und Boden'-achtige inslag. Uit de
inhoud valt inderdaad moeiteloos op te maken
dat het geschrevene dateert uit het begin van het
oorlogsjaar 1942, alsook dat het zijn oorsprong vindt
in een rooms-katholieke lagere school in Overveen.
Een mooie gelegenheid om eens na te gaan hoe op
een dergelijke school inhoud werd gegeven aan dit
besmette nieuwe vak.
Dictaat
Het schrift bevat een dictaat, in keurig schoolschrift,
verluchtigd met ingeplakte illustraties en met
tekeningen en andere versieringen in kleurpotlood
van de scribent. Het resultaat werd onregelmatig
met een rood potlood voorzien van correcties en
een dubbel cijfer; onze leerling presteerde matig.
De keuze van de leerstof doet vermoeden dat het
om een meisje ging. In het dictaat wordt bovendien
ruim aandacht besteed aan de oprichting in
1927 van de rooms-katholieke meisjesschool
‘Maria Onbevlekt Ontvangen’ verbonden aan de
Overveense Mariastichting. Gezien het niveau zat
ze in de zesde of de zevende klas; de achtste werd
pas in september 1942 ingevoerd, en in de praktijk
lang niet op alle scholen.
Nu de inhoud. Na 23 lege bladzijden opent
het dictaat met ruim vier beschrevene onder
het hoofd ‘Geschiedenis’ en de ondertitel
‘Volksontwikkeling’ De laatste term past goed in
het nationaalsocialistische idioom, maar wordt hier
wel heel specifiek ingevuld: een even rudimentaire
als katholiek partijdige les over de Schoolstrijd,
eindigend met de ‘Schoolwet’ (de Wet op het Lager
Onderwijs) van 1920. ‘Hiermee was dus het doel
bereikt, waarvoor men ongeveer zestig jaar lang
gestreden had’ Tot zover de geschiedenis.
Heemkunde
Ruim baan vervolgens voor de ‘heemkunde’ maar
op een manier die al evenmin de goedkeuring had
kunnen wegdragen van Jan Pudding, verklaard
tegenstander van het bijzonder onderwijs. Het
grootste deel beslaat namelijk een zeer uitgebreid
overzicht van de ‘Opkomst der Parochie Overveen’
vanaf de stichting in 1692 door apostolisch vicaris
Petrus Codde. Alle elf opeenvolgende pastoors
worden in devote bewoordingen behandeld, in
het bijzonder natuurlijk de ‘tegenwoordige Herder’
pastoor G. van Niekerk. Behalve bij de oprichting
van de meisjesschool was hij nauw betrokken bij de
bouw van het Parochiehuis ‘Domi’ in 1933: ‘159.000
stenen waren voor de bouw nodig. Pastoor Niekerk
stelde voor, dat de Parochianen zelf de stenen
Lichtere kost
Gelukkig bevat het vervolg, ‘Bijzonderheden van
Bloemendaal en Overveen’, lichtere kost. Het
gaat dan over Kraantje Lek en de Holle Boom,
de Kluizenaar van Overveen, de Brouwerskolk,
Elswout, de bloembollencultuur en de Zeeweg, ‘Een
werk, waarop Bloemendaal waarlijk trots kan zijn!’
Tenslotte komen het Bloemendaalse Kopje (‘Is dit nog
Nederland??’), Thijsse’s Hof en ‘De Duinen’ aan bod,
en alleen in de laatste zin is een verwijzing naar de
oorlogsomstandigheden te vinden: ‘Jammer genoeg
zijn de duinen nu grotendeels afgesloten voor de
wandelgrage natuurliefhebbers’ Het dictaat wordt
waardig afgesloten met het ‘Overveense Volkslied’
door leerlinge Lobry abusievelijk aan Mr. Piet Tideman
toegeschreven. Zie pagina 2 van dit nummer.
zouden opbrengen: voor elke steen 5 cent’ Het
hoofdstuk besluit met een blijde aankondiging: ‘15
Augustus 1942 hoop (sic!) onzen Pastoor zijn 40-jarig
Priesterfeest te vieren’. Het rode potloodje liet het hier
even afweten.
De heemkundecursus wordt voortgezet met een veel
korter, maar niet minder eerbiedig exposé over de
oprichter van buurparochie Bloemendaal in 1907,
pastoor L.J. Willenborg, ‘de nu wereldbekende Stichter
van het Zieken-Apostolaat’ In Januari 1926 telde het
Apostolaat reeds 725 leden, en in December 1929
dertigduizend zieken over de hele wereld. In 1940
werd hij benoemd tot ‘Geheim Kamerheer van den
Paus’, en ‘in Maart 1942 viert Monseigneur Willenborg
zijn zilveren feest als stichter en Pastoor van de
Parochie Bloemendaal’ De hooggestemde tekst over
de buitengewone kwaliteiten van de geestelijke was
misschien wat zwaar voor ons onbekende scholiertje:
veel spelfoutjes, en het judicium viel niet hoger uit
dan 5-6.
Is er onder onze lezers iemand bij wie de naam
M. Lobry een belletje doet rinkelen? Dan horen wij
het graag!
Leuk, dit schoolschrift. Het biedt een kijkje in het
rijke roomse leven in het vooroorlogse Overveen
en Bloemendaal, maar ook enig inzicht in de vraag
waarom de nationaalsocialistische initiatieven om
greep te krijgen op het Nederlandse bijzonder
onderwijs gedoemd waren te mislukken. De in hun
verzuilde instellingen verschanste schoolleiders en
onderwijzers plooiden zich als het niet anders kon
voor de vorm naar de opgelegde maatregelen, maar
gaven daar vervolgens een geheel eigen draai aan,
met volle instemming van de ouders. Zestig jaar
schoolstrijd en twintig jaar verregaande autonomie
lieten zich niet zomaar wegvlakken.
I