21
een paardepad alleen geschikt is voor een smallen weg en
niet voor een weg als deze, waar veel vervoer is met
wagens bespannen met twee paarden, omdat daar een
paardepad tot veel ongelukken aanleiding geeft, over deze
zaak is steeds verschil van meening tusschen het bestuur
van den Haarlemmermeerpolder en de gebruikers der wegen,
het gebrek zit bij den Meerweg hoofdzakelijk in de haag
staande zuidelijk van dien weg nabij den Achterweg en in
de te hooge kant aldaar, spreker heeft reeds met den Voor-
zitter de wenschelijkheid besproken om den wegkant bij
die haag flink te laten afgraven.
De Voorzitter zegt hierop, dat hij den eigenaar van
bedoelde haag heeft aangeschreven om ze te doen op-
snoeien en last heeft gegeven om den te hoogen kant af
te graven, hij meent. dat het beter is nu geen paardespoor
te leggen, omdat op den duur de Meerweg toch zal moe-
ten bestraat worden.
Nadat de heer Van Wickevoort Crommelin nog nader
tegenover den heer Dr. Droog, die een bestraat paardespoor
1 lijft verdedigen, heeft betoogd, dat bij breede wegen als de
Meerweg de paarden niet op het bestrate pad blijven en
dan spoedig de kantlaag kantelt, geeft laatstgenoemde in
overweging om dan voorloopig den Meerweg te bestraten
zoover de bedoelde haag loopt.
De heer Van den Berg kan zich met het denkbeeld
van bestrating van den Meerweg goed vereenigen, te meer
daar aan dien weg villabouw te wachten is.
De Voorzitter geeft in overweging, alvorens over de
bestrating te beslissen daarvan eerst eene kostenbegrooting
te doen opmaken en tot den aanleg niet over te gaan voor
de gaspijpen gelegd zijn.
De Raad kan zich hiermede algemeen vereenigen.
XXVII. De heer Höcker geeft Burgemeester en Wethouders
Pomp bij de in overweging nog te wachten met het uitbetalen der reke-
Glipperbrug ning van de firma J. J. de Waal Malefijt en Zonen wegens
het maken van een put van houten putbuizen bij de Glip-
perbrug daar de pomp geen water geeft, waarop de Voor-
zitter antwoordt, dat het defect niet zat in de geleverde
