9
de prijsvraag moeten beantwoorden, zelf verschillende on
kosten moeten maken, hij vreest, dat er niet voldoende
ernstig werk gemaakt zal worden en dat bijna uitsluitend
zullen mededingen personen die weinig te doen en nog
weinig ervaring hebben, zoodat groote kans geloopen
wordt, dat de prijsvraag mislukt.
De Voorzitter sluit zich hierbij aan, en betoogt verder,
dat de gemeente zou moeten beginnen met voor hare
kosten goede kaarten te laten maken, en dat het zeei
groote bezwaren zou opleveren om aan de verschillende mede-
dingers alle noodige 'aanwijzigingen en inlichtingen te ver-
strekken, waarop de heer Van Wickevoort Crommelin zijn
voorstel intrekt.
De heer Van den Berg geeFt in overweging een paar
deskundigen te peilen over de kosten.
De Voorzitter antwoordt, dat voor een uitbreidingsplan
geen tarief bestaat en dat dit voor elke gemeente een ge-
heel bijzonder werk is, door een minder goed plan kan de
gemeente bedorven worden, zoodat het van het grootste
belang is dat een goed plan gemaakt wordt. waarvan ook
het nageslacht de vruchten plukt, waarop de heer Van den
Berg mededeelt dat hij zelf de geraamde kosten niet te
hoog vond, maar het voorstel deed, om aan de bezwaren
van anderen tegemoet te komen.
De Voorzitter brengt nu in stemming het voorstel om
in beginsel te besluiten, tot het doen maken van een uit-
breidingsplan en om later, als het bedrag der kosten onge
veer bekend is, eene financieële regeling te treffen, welk
voorstel met algemeene stemmen wordt aangenomen even-
als zijn voorstel, om over de personen, die daarvoor het
meest geschikt geacht worden, in geheime zitting te
spreken.
[X Hierna brengt de Voorzitter aan de orde de hernieuwde
Bouwplan vaststelling van het bouwplan Dölleman.
Dölleman. Dit bouwplan werd vastgesteld in de vergadering van
6 Februari 1908 en aan Gedeputeerde Staten ter goed-
keuring ingezonden, omdat daarin eene bepaling voorkwam
omtrent overdracht van grond.