Qpcenten Personeele Belasting.
De Raad der gemeente Heemstede;
Gelet op de artikelen 282, 240 en 247 der Gemeente-
wet, zooals beide laatstgenoemde artikelen gewijzigd zijn
bij artikel 12 der Wet van 24 Mei 1897 Staaisblad.
No. 156)
BESLUIT
Artikel 1.
Er zullen, te rekenen van den eersten Januari negentien
honderd en negen, ten behoeve dezer gemeente, op de
hoofdsom der personeele belasting opcenten worden ge-
hevtn tot een maximum van honderd, met dien verstande,
dat het getal der te heffen opcente'n steeds door vijf zal
deelbaar zijn, Dit getal zal telken jare bij de begrooting
voor het volgend dienstjaar worden bepaaid.
Artikel 2.
Voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare
huurwaarde niet te boven gaat het dubbel van de som in
artikel 12 der Wet op de Personeele Belasting van 16
April 1896 (Staatsblad No 72) bepaald, (zijnde voor
deze gemeente, behoorende tot de 3de en de 7de klasse
respectievelijk Fl. 100 en Fl. 50) en dus niet hooger is
dan Fl. 200 respectievelijk Fl. 100, worden 50 opcenten
geheven, wanneer het aantal opcenten, dat geheven wordt,
hooger is bepaald dan 50.
Echter zal dan op de aanslagen van hen, die niet naar
den grondslag huurwaarde worden aangeslagen, het volle
getal opcenten worden geheven.
Artikel 3.
Bij heffing van 55 of meer opcenten zal de heffing ge-
schieden volgens den volgenden staat