3.
Aan den Raad der Gemeente Heemstede.
In Uwe Vergadering van 4 Juni 1908 werd în onze
handen om praeadvies gesteld een adres van C. Khnke en
twee anderen, houdende verzoek om in de omgeving van
het Schouwtjesplein eene openbare school te stichten.
Adressanten gronden hun verzoek op het feit, dat hunne
kinderen niet meer op de openbare scholen te Haarlem
zouden kunnen geplaatst worden.
Waar er tijdens de indiening van dit adres reden mocht
zijn geweest om ie denken, dat werkelijk de kinderen uit
deze gemeente op de openbare lagere scholen te Haarlem
niet meer zouden worden toegelaten, daar is echter sedert
niet gebleken, dat die scholen voor hen zijn gesloten.
De regeling betreffende de toelating van kinderen uit de
Gemeente Heemstede op de scholen voor openbaar lager
onderwijs te Haarlem, waar schoolgeld wordt geheven,
vastaesteld door de Raden van Haarlem en Heemstede,
respectievelijk dd. 23 en 30 Augustus 1893, goedgekeurd
door Gedeputeerde Staten bij hun besluit van 6 September
1893, No. 71, is nog steeds van kracht en niet door een
der partijen opgezegd, en evenmin is gebleken, dat er geen
plaats zou zijn in de klassen, waarin de betrokken ktnde-
zouden behooren te worden toegelaten.
Wij meenen dus, dat adressanten, althans voorlooptg,
gerust kunnen zijn.
Mocht het eventueel later blijken, dat op de Haarlemsche
openbare lagere scholen geen Heemsteedsche kinderen meer
kunnen worden toegelaten, dan nog behoeven die kinderen
niet van onderwijs verstoken te blijven, omdat op de O-
penbare Lagere School in onze Gemeente nog in ruime mate
plaats is.
Wel is die vrij ver van het kwartier, door adressanten
bewoond, verwijderd, doch die afstand bedraagt niet meer
dan 4 Kilometer, welke afstand (zie Art. 10 der Leerplicht-
wet) een wettelijk maximum mag worden genoemd.