15 Apriî 1909.
9
lngevolge eene nadere vraag van den heer Jansen Hen-
driks deelt de Voorzitter mede, dat een lantaarn wordt ge-
plaatst aan den Heerenweg tegenover de Manpadslaan, een
in de bocht van die laan en een in die laan bij de brug
over de Leidsche Vaart.
De heer Honig vraagt, wat de kosten der petroleumver-
lichting zullen zijn, waarop de Voorzitter antwoordt, dat
deze vroeger gemiddeld f 18 per Iantaarn bedroeg, als in
den zomer geene verlichting plaats had. Nu er minder
lantaarns zijn, zal het bedrag vermoedelijk wel wat hoo-
ger zijn, vooral voor den lantaarn aan de Zandvoortsche-
Laan, voor het aansteken en onderhouden der veertien an-
dere lantaarns zal eene aanbesteding worden gehouden.
De heer Honig merkt op, dat in het request van de be-
woners der buitenplaatsen aan het zuidelijk deel van den
Heerenweg er op gewezen wordt, dat het juist in de
zomermaanden op dat weggedeelte zoo donker is.
De Voorzitter erkent dit, het is echter nog niet uitge-
maakt, of ook in den zomer dat weggedeelte zal verlicht
worden, spreker raamt de totale kosten der petroleum-
verlichting op ongeveer f 300.- per jaar.
De heer Van Meeuwen betreurt het, dat zoo weinig
bewoners zich bereid hebben verklaard hunne huizen aan
de gasleiding aan te sluiten, zoodat nu nog petroleum-
lantaarns moeten geplaatst worden, hij acht de plaatsing
van die lantaarns eigenlijk weggegooid geld.
De Voorzitter zet uiteen, dat de palen met lampen en
lantaarns in voorraad zijn, zoodat de gemeente alleen de
kosten heeft van plaatsing, welke spreker raamt op hoog-
stens f 2,- per stuk, de kosten van de verlichting van een
petroleum-lantaarn zijn niet duurder dan die van een
gaslantaarn. Spreker acht het beter te wachten met het
leggen der gasleiding tot er meer behoefte blijkt te be-
staan, de groote perceelen aan het zuidelijk deel van den