26 October 1909.
—12—
en zich vereenigende met de daarin aangegeven gron
den;
Overwegende, dat het bij Koninklijk Besluit vast-
gestelde verlaagde maximum der te verleenen vergun-
ningen tot verkoop van sterken drank in het klein
in deze gemeente is bereikt;
Gelet op art. 5, alinea 1, der Drankwet.
BESLUIT
Eerbiedig voor te stellen aan Hare Majesteit de
Koningin dat het Haar moge behagen aan Burgemees-
ter en Wethouders dezer gemeente machtiging te ver-
strekken, om voor het restauratiegebouw der in 1910
onder Haarlem en Heemstede te houden Nationale
Bloemententoonstelling, welke lokaliteit derhalve deel
uitmaakt van eene buitengewone inrichting voor maat-
schappelijk verkeer, vergunning te verleenen tot ver-
koop van sterken drank in het klein boven het bij
Koninklijk Besluit vastgestelde verlaagde maximum.
De heer Dr. Droog kan zich met het voorstel niet
goed vereenigen; hij ziet niet in dat de tentoonstelling
gevaar zou loopen als het verzoek werd geweigerd
tegenwoordig is er een ernstig streven het misbruik
van sterken drank tegen te gaan, voor de vreemde-
lingen is de sterke drank niet noodig, in andere lan-
den toch zijn meer wijn en bier de hoofddranken.
De Voorzitter is het met den heer Dr. Droog eens,
waar deze spreekt van misbruik, dat het zeer nuttig is
dit tegen te gaan; spreker verwacht hier echter alleen
gebruik en niet bepaald misbruik.
Bij de stemming over het voorstel werd dit aan-