26 October 1909.
—39—
XIV
Ingekomen
stukken en
mededeelin-
gen.
Rondvraag
Straatkol-
in het
noordelijk
pad van de
Camplaan.
Brandver-
zekering
goederen
van den
aannemer
van den
reinigings-
dienst.
De Voorzitter deelt mede:
a. een schrijven, dd. 9 September 1909, van Mej. E.
M. H. Schrameîjer, dat zij de benoeming tot onderwij-
zeres aanneemt.
b. het proces-verbaal van kasopname bij den gemeen-
te- ontvanger over het 3de kwartaal 1909.
c. de goedkeuring door Gedeputeerde Staten dezer
provincie van het bouwplan der Woningvereeniging
Berkenrode en van het besluit tot het verleenen van
een voorschot aan die vereeniging.
d. dat van het Bestuur der Woningvereeniging Berken-
rode is ingekomen de verklaring voorgeschreven bij
voorwaarde 12 van het Raadsbesluit van 19 Augustus
1909.
De Voorzitter deelt alvorens tot de rondvraag over
te gaan mede, dat hij na afloop daarvan eene verga-
dering met gesloten deuren zou willen houden.
De Raad vindt dit algemeen goed.
De heer Van den Berg wijst er op, dat van de
nieuwe rioleering in het pad aan de noordzijde der
Camplaan een kolk en wel ongeveer in het midden
van dat pad veel te laag ligt.
De Voorzitter antwoordt, dat de heer Etmans in o-
verleg met hem heeft aangegeven, waar de kolken
moesten geplaatst worden en dat deze wat lager zijn
geplaatst om het water te laten toeloopen; hij belooft
echter, dat hij er naar zien zal.
De heer Van Wickevoort Crommelin vraagt, of het
niet gewenscht is, dat de gemeente gewaarborgd is
voor de goederen van den aannemer van den reini-
gingsdienst, meestal verzekert zoo iemand niet zelf
de goederen, en voor de gemeente zou het eene ge-
